zo 9 mrt, 10:00
Algemeen
69
keer gelezen
Voor een tank ongelode benzine betaal je in Nederland soms dertig procent meer dan in België. Waar komt dat verschil precies vandaan?
Zelfs met de accijnskorting die sinds 2022 in Nederland wordt toegepast, blijft brandstof een stuk duurder dan in België. Voor Euro 95 bedraagt het verschil officieel 28 procent, voor 98 octaan bijna 35 procent. Hoe komt dat?
€1,50 versus €2,20 per liter
Wie zowel in België als in Nederland het mobiliteitsnieuws volgt, ziet soms de gekste dingen. Neem nu de prijzen van brandstof. Die zijn in België al maanden aan de lage kant en bovendien stabiel, terwijl ze in Nederland best hoog zijn. Heb je in België al een liter Euro 95 voor ongeveer €1,50, dan kost diezelfde hoeveelheid in Nederland soms €2,20 en meer.
Bij diesel is het verschil kleiner, bij Euro 98 soms nog groter. En dat voor twee landen die een grens delen, deels dezelfde taal spreken en exact dezelfde brandstofsoorten gebruiken.
Dat de oliemarkt meedeint met de geopolitieke situatie en voor een stuk wordt gecontroleerd door oliesjeiks, dat weet iedereen, maar waarom is het prijsverschil met België en Duitsland zo groot dat het woord tanktoerisme gemeengoed is geworden?
Welnu, dat ligt om te beginnen aan de manier waarop de pompprijzen in België en Nederland tot stand komen. Bij de Rode Duivels geldt er een maximumprijs, in het land van Oranje een gemiddelde landelijke adviesprijs. De eerste wordt bepaald door de Belgische overheid, de tweede door de vijf Nederlandse marktleiders. Dat is op zich al een wezenlijk verschil. De overheid – en ik schrijf dit met het nodige cynisme – hoort er namelijk op toe te zien dat autorijden betaalbaar blijft, terwijl olieproducenten natuurlijk zoveel mogelijk winst willen maken (nu het nog even kan). Natuurlijk zijn adviesprijzen ook maar dat, net zoals lang niet alle Belgische pompen de maximumprijs hanteren. Vandaar ook dat je in België een liter Euro 95 voor €1,50 kunt tanken, terwijl de plafondprijs momenteel €1,698 per liter bedraagt.
€0,60 versus €0,80 accijnzen
Hoeveel een liter precies kost, is dus in beide landen variabel. Tankstations bepalen dat voor een deel zelf, vaak ingegeven door de ligging ervan. Op snelwegen zijn de prijzen hoger dan in landelijke gebieden, net zoals er in de grensstreek meer naar de buurlanden wordt gekeken om überhaupt nog klanten te hebben.
Vast zijn evenwel de accijnzen die de overheden in beide landen op brandstoffen heffen. In Nederland is dat door de tijdelijke verlaging ongeveer €0,80 voor ongelode benzine, in België rond de €0,60. In Nederland komt daar nog eens 21 procent btw bovenop, in België maar 17,3 procent. Tel al die factoren samen en je begrijpt waarom autobrandstof in Nederland een stuk duurder is dan in België. Het ligt dus niet alleen aan de schommelende prijs van ruwe olie, maar ook aan de ontradende accijnzen die erbovenop komen en gemakkelijk meer dan de helft van de literprijs uitmaken.
Volgens UnitedConsumers piekte de prijs van benzine in Nederland op 8 juni 2022 bij €2,505. Zover is het in België nooit gekomen. De hoogste maximumprijs in diezelfde periode bedroeg er €2,155 per liter, wat op zich al wereldschokkend was voor de Belgen.
Bron: Autoweek.nl