Oude treinwagons zijn nog het opvallendste aan Station F, met duizend startups de grootste incubator van de wereld. Die staat niet in Silicon Valley, maar in hartje Parijs, in Halle Freyssinet, een goederenstation uit 1920.

Vorig jaar haalde Station F een miljard euro aan funding op, voor het derde jaar op rij overigens. Dat is meer dan het hele startupecosysteem van Italië in 2023, klink het juichend in het jaarverslag.

Wie heeft het grootste deel van de koek, pardon baguette, binnengehaald bij Station F: AI natuurlijk. Vooral gezondheids- en klimaatinitiatieven met AI hebben gescoord. De grootste klepper van 2024 is healthtech-bedrijf Alan met 173 miljoen euro, de nummer twee is klimaatech-speler Greenly met 48 miljoen.

Meer dan cocorico

Station F heeft sinds de opening in 2017 meer dan 7000 bedrijven begeleid en ondersteund. AI is er dé sleuteltechnologie. Microsoft heeft er zijn eigen GenAI Studio, AWS zijn Gen AI Loft en Google houdt er regelmatig workshops. Om er maar een paar te noemen.

Microsoft-ceo Satya Nadella komt er op bezoek, Pharrell Williams is er de gastheer van een inclusief event, net als Dario Amodei, co-founder en ceo van Anthropic. Zie je al groen van jaloezie? Dit is nog maar één van de initiatieven die Frankrijk een leidende rol in AI hebben bezorgd.

Dat zeggen ze natuurlijk zelf, cocoricoooo, maar het wordt ook bevestigd door OpenAI-ceo Sam Altman bij de opening van hun nieuwe kantoor in Parijs. ‘Frankrijk wordt wereldwijd erkend om zijn innovatie en leiderschap in technologie en AI.’ En door Google-ceo Sundar Pichai bij de opening van de AI Hub: ‘Parijs is een wereldwijd centrum voor innovatie en een magneet voor techtalent.’

De treinwagons vormen een restaurant in de chill zone van Station F. Foto Jérôme Galland
Niet alleen klein grut

De cijfers uit The French AI Report 2024 van Revaia, Chausson Paris en Gallion.exe bevestigen dat ook: de laatste vier jaar heeft Frankrijk 22 procent van alle internationale AI-investeringen binnengehaald. Daarmee staat het op de tweede plaats, na het Verenigd Koninkrijk. Nederland staat met 2,7 procent op de zesde plaats.

De grootste slokop in Frankrijk is Mistral AI, met Le Chat de uitdager van ChatGPT van OpenAI. Vorige zomer scoorde het 600 miljoen euro aan funding. Het rapport schudt zo nog 399 belangrijkste AI-toppers uit zijn mouw. Met een hele brede range, van taalmodellen tot klantenservice, van logistiek tot media, van onderzoek tot industrie, van landbouw tot CO2-management.

Dankzij een robuust Frans ecosysteem groeien en bloeien meer dan duizend AI-startups. Dat is een verdubbeling sinds 2021. Het is echt niet alleen maar klein grut, Mistral wordt gewaardeerd op 6 miljard euro. En dan zijn er nog Hugging Face (waarde 4,3 miljard euro), Dataiku (3,5 miljard) en Poolside (3 miljard).

Lees ook: Arthur Mensch, ceo van Mistral, kiest bewust zijn eigen pad

Hoog in de rankings

Hoe komt Frankrijk aan zo’n benijdenswaardige positie? Dankzij een combinatie van traditionele sterktes, investeringen én langetermijnpolitiek. Het slim inzetten daarvan heeft een sneeuwbaleffect veroorzaakt waar het land de vruchten van plukt.

In de ranking van de Global AI Index staan de Fransen inmiddels op de vijfde plaats (in 2023 nog op de dertiende). Nederland staat hierin nu ook op die dertiende plaats. Frankrijk is het bewijs dat die positie nog omhoog kan. Valt er iets van die Franse aanpak te leren? Oordeel zelf.

#1 Investeren in menselijk kapitaal

Frankrijk heeft traditioneel een sterke onderwijs- en onderzoekscultuur. De École Polytechnique, INRIA en de universiteit van Sorbonne hebben een behoorlijke naam opgebouwd in onderzoek naar algoritmen voor machinaal leren, computervisie en natuurlijke taalverwerking. Heel wat Franse wetenschappers werken voor big tech.

President Emmanuel Macron zet al sinds 2017 in op de ‘startupnatie’. AI ziet hij niet als een bedreiging, maar als een ‘onomkeerbare revolutie’. Een jaar wordt later de Nationale AI Strategie uitgerold. De focus ligt op het investeren in menselijk kapitaal.

De eerste 1,5 miljard euro uit dit plan gaan naar het oprichten van vier onderzoeksinstituten voor AI, de bouw van de Jean Zay-supercomputer, een hub voor gezondheidsdata en het trainen van 40.000 studenten en professionals in AI per jaar. Het doel is om dit op te voeren naar 100.000 per jaar.

#2 Talent lokken uit het buitenland

De overheid gooit de deuren bovendien wijd open voor buitenlands talent. Bij Station F lopen 65 nationaliteiten op de campus rond. De Franse bureaucratie is berucht, maar voor AI-professionals en wetenschappers wordt die bewust vereenvoudigd.

De Fransen hebben niet alleen een techvisum, maar ook een speciaal talentpaspoort. Daarmee kunnen kenniswerkers en wetenschappers langere tijd in het land blijven. Hun partner en de kinderen kunnen met een vereenvoudigde procedure gewoon meeverhuizen.

Inmiddels zijn er meer dan 9000 AI-onderzoekers aan het werk. Ze zijn verspreid over negen AI-clusters en -laboratoria, aldus het rapport Make France an AI Powerhouse.

#3 AI integreren in de privésector

De grote spelers in Frankrijk geven AI-bedrijven ook graag een zetje. Zo worden bijvoorbeeld de tools van Mistral geïntegreerd bij energie-, water en afvalgigant Veolia, defensiebedrijf Helsing en autobouwer Stellantis.

Ze adopteren de technologie niet alleen in hun bedrijfsprocessen, ze investeren ook in onderzoek. De Thales Group, actief in defensie, lucht- en ruimtevaart, heeft een eigen AI-accelerator cortAIx, 600 AI-experts en 100 doctoraatsstudenten in huis.

Kyutai opent in 2023 meteen de deuren met 330 miljoen euro aan funding, bijeengebracht door onder meer rederij CMA-CGM en telecombedrijf Lliad. Het AI-lab is het speeltje van de Franse techmiljardairs Xavier Niel en Rodolphe Saadé. Beiden zijn fan van het ontwikkelen van AI in alle openheid. Open source dus, wat iets heel anders is dan de insteek van Amerikaanse miljardairs.

#4 Funding stimuleren voor AI-bedrijven

Het zijn nog niet de honderden miljarden waar de VS mee uitpakt, maar de Franse overheid zit wel degelijk actief achter investeringen aan. Vaak in de combinatie belastinggeld met privékapitaal. Het groeigeld is ook bedoeld voor alle fases: van het prille begin tot flink opschalen.

Een kleine bloemlezing van de overheidstools van de laatste zeven jaar: 3 miljard euro via het Deeptech-plan, ruim 13 miljard via het Tibi-initiatief en de klapper ‘France 2030‘ met een pot van 54 miljard.

Bpifrance, sinds 2012 de nationale investeringsbank voor bedrijven, heeft speciaal voor AI-startups 10 miljard euro opzijgezet. Met het ‘plan Tech‘ wil de bank tegen 2030 honderd unicorns op Franse bodem laten landen. De teller staat nu nog op 16 bedrijven met een beurswaarde van meer dan 1 miljard.

Ook buitenlandse investeerders worden omarmd. Al vijf jaar op rij is Frankrijk voor hen zelfs het aantrekkelijkste land van Europa. Maar vlak de eigen investeerders niet uit. Franse AI-startups haalden vorig jaar 1,9 miljard euro aan groeigeld. Dertig procent daarvan komt van investeerders van eigen bodem. Met dit percentage doet het land het beter dan de VS, het VK en China.

Lees ook: Nederlandse startups vrezen investeringsdip

#5 Goedkope energie in eigen handen

Frankrijk heeft natuurlijk nog een troef: eigen kerncentrales die veel te veel stroom produceren. Dat overschot is weer heel interessant voor energieslurpende datacenters. Frankrijk heeft er zelf al aardig wat neergepoot, met private spelers zoals Scaleway, Outscale en OVH, maar werkt aan uitbreiding.

Voor dat soort projecten zijn inmiddels 35 geschikte plekken aangewezen, waarvan er 16 onmiddellijk ter beschikking zijn. Wie daar een datacenter wil neerpoten, kan rekenen op snelle procedures, een toegewijde taskforce en belastingkorting. Ze krijgen bovendien de belofte tegen 2028 of 2029 aangesloten te zijn op het stroomnet.

Daar staan bedrijven vandaag voor de rij. Amazon wil tot 2031 6 miljard euro in Frankrijk investeren voor meer cloudcapaciteit. Het Canadese Brookfield investeert 15 miljard in uitbreiding van de datacenters van Data4 en nog eens 5 miljard in andere datacenters.

Ook de Verenigde Arabische Emiraten zien wel brood in meer computing power. Afgelopen februari is met Frankrijk een samenwerkingsakkoord gesloten 50 miljard euro om de grootste AI-datacentercampus van Europa te ontwikkelen.

Deze nieuwe investeringen zijn ook onderdeel van het pakket van 109 miljard euro dat Macron afgelopen februari aankondigde op de AI Action Summit in Parijs.

#6 Autonomie vooropzetten

Frankrijk is allergisch voor afhankelijkheid van grootmachten, dat zit gewoon in de genen. Als het niet lukt om volledig autonoom te zijn, dan worden materialen en producten bij diverse leveranciers ingekocht. Ook digitaal wil Frankrijk onafhankelijk zijn en dus is de overheidscommunicatie niet ondergebracht bij big tech.

Franse software is voornamelijk open source. Voor de ontwikkeling van AI geldt hetzelfde: zoveel mogelijk in alle openheid en samenwerking. Buitenlandse partijen zijn welkom, maar Frankrijk zal wel degelijk het eigen AI-ecosysteem behouden, met eigen wetenschappers, eigen AI-producten, eigen cloud- en datacenters en eigen supercomputers.

Die onafhankelijkheid maakt het land ook extra aantrekkelijk voor binnen- en buitenlandse investeerders. Vooral vandaag met een wereldwijde handelsoorlog én oorlog op het Europese continent.

Lees ook: Dit is het Europese alternatief voor Starlink en Amazon

#7 Voluit voor een thema gaan

Frankrijk loopt nog altijd achter op de VS en China, maar dat geldt niet voor het thema ethische en verantwoordelijke AI. Een nationale commissie doet hier onderzoek naar en ontwikkelt richtlijnen. AI moet transparant zijn en gebruikt worden op een manier die waarden en mensenrechten respecteert.

Daarmee wil de overheid ook het vertrouwen winnen van de werkende bevolking. Niet met blabla, maar met echte actie. In speciale ‘AI Cafés’ wordt uitleg gegeven en gedebatteerd over de voor- en nadelen van deze technologie. Tegen 2027 moet zo bij 2 miljoen Fransen meer bewustwording zijn gekweekt.

Het recente initiatief ‘Current AI’ speelt ook in op de achterdocht bij het groot publiek. Dat is een open ecosysteem voor AI dat alleen de publieke belangen zal dienen, zoals het anoniem verzamelen van gezondheidsdata voor bijvoorbeeld oplossingen tegen kanker.

Werknemers actief beschermd

Daar zit al 400 miljoen euro in, maar verwacht wordt dat er 2,5 miljard voor wordt ingezameld. Naast de Franse overheid nemen ook een Google en Salesforce eraan deel. Toch wordt erop gehamerd dat dit echt een maatschappelijk project is.

Werknemers worden ook actief beschermd. Ze moeten bijvoorbeeld de kans krijgen om in beroep te gaan als ze vinden dat ze bij ontslag of een reorganisatie het slachtoffer zijn van AI, schrijft de krant Le Monde. Ook worden rechten voorzien ‘met het oog op prestatiesystemen en menselijke besluitvorming’.

Macron wil het liefst een wereldwijde AI-regulator hebben die zich bezighoudt met desinformatie, deepfakes, het beschermen van auteursrechten en het labelen van door AI gemaakte content. Daarvoor lanceert Frankrijk nu eerst een publiek-private samenwerking. Het hoofdkwartier van dat instituut zal worden gevestigd in Parijs. Tsja, waar anders?

Lees ook: Gaan in de race om grondstoffen de Europese mijnen weer open?