Bovendien hekelden burgerrechtenorganisaties zaterdag nog twee soortgelijke verhalen. In het ene geval gaat het om een moeder en haar vierjarige zoon die een “zeldzame vorm van kanker” zou hebben, in het andere geval gaat het om een vrouw en haar zevenjarig kind. De uitzettingen zouden volgens de organisaties Aclu en NIP vrijdag in alle vroegte gebeurd zijn vanuit Louisiana.
Opnieuw komt het Amerikaanse gerecht zo in aanvaring met het migratiebeleid van president Donald Trump. Die maakt volop werk van grootschalige deportaties van migranten die zonder papieren de VS binnenkwamen.
Federaal rechter Terry Doughty legde op 16 mei een zitting vast, die “ons sterke vermoeden moet wegnemen dat de regering zonet een Amerikaanse burger heeft gedeporteerd zonder echte procedure”, blijkt vrijdag uit het gerechtelijke document. Doughty wijst erop dat de Amerikaanse wet verbiedt dat een Amerikaanse burger wordt gedeporteerd.
Volgens het document betwist de regering-Trump de feiten niet, maar zegt ze dat de deportatie van het tweejarige meisje er kwam op uitdrukkelijke vraag van haar moeder. Ook zij werd gedeporteerd, omdat ze illegaal in de VS verbleef.
“De regering houdt vol dat het normaal is, omdat de moeder wou dat het meisje samen met haar gedeporteerd zou worden. Maar het hof weet dat zo niet”, schrijft de rechter. Volgens hem werd het meisje, samen met haar moeder die uit Honduras afkomstig is, begin deze week opgesloten door de immigratiedienst ICE. De advocaten van de vader van het meisje waren donderdag naar de rechtbank getrokken om haar vrij te krijgen.
Dergelijke verhalen komen de jongste tijd regelmatig vanuit de VS tot ons. Zo is er de zaak van Kilmar Abrego Garcia, een migrant uit San Salvador, die ten onrechte gedeporteerd werd vanuit de VS naar een megagevangenis in zijn land van herkomst. Een Amerikaanse rechtbank beval recent zijn terugkeer, maar dat gebeurt niet. (belga)