De 54ste editie van Military Boekelo – Enschede belooft opnieuw een prachtige editie op te gaan leveren van deze klassieker in de paardensport. Zo zullen op zaterdag weer ruim 60.000 bezoekers hun weg weten te vinden naar het Twentse land voor de cross-country. Zij kunnen onder de bijna 100 deelnemende combinaties er zeven van Nederlandse bodem aanmoedigen. Vier van hen vertegenwoordigen ons land in de internationale landenwedstrijd, te weten: Splinter Bergsma (20, Hilversum) met Vigo Key SR Z (foto), Tijn de Blaauw (20, Bodegraven) met The Joker, Sterre van Houte (21, Deurningen) met Crossborder Radar Love en Aliene Ruyter (29, Opheusden) met Veloumani Tess Ly.
Nederlandse titel
Bijzonder is dat alle vier debuteren in ‘Boekelo’. Bergsma, tevens lid van het KNHS Talententeam, en De Blaauw waren dit jaar ook al bij de jeugd succesvol, met onder meer zilver en brons op het NK Young Riders. Nu maken zij kans om bij de senioren voor het eremetaal te gaan. Regerend Nederlands kampioen Janneke Boonzaaijer is afwezig en dat laat de titel open voor een opvolger, met als overige kanshebbers Gert Jan Heijnen (Varsseveld) met Goliath, Nina Hut (Rijssen) met Cartageno en Jordy Wilken (Lemelerveld) met Champ van ’t Vhij. De laatste is voormalig lid van het KNHS Talententeam en werd al eens tweede op het NK tijdens de 2019 editie van Military Boekelo.
Concentreren op jeugd
TeamNL bondscoach Andrew Heffernan licht zijn keuze toe voor de vier debutanten die eerder dit seizoen met hun paarden al mooie klasseringen behaalden op CCI4*-S niveau. Hij zegt: “Het is mijn filosofie om ook te concentreren op de jeugd en ruiters te vinden die onze toekomst vormen. Het is geen geheim dat ik ruiters wil leren kennen om goed met hen te kunnen samenwerken. Dat alles is belangrijk voor mij en ik heb daarom specifiek gekozen voor een jong team, om hen zo mede een opstap te geven naar het seniorenniveau. Voor ons allen is dit een leercurve. Weet dat er geen verwachtingen zijn en er geen druk ligt op hen. De wijze waarop ze tot hun resultaat komen en zich met hun paarden presenteren is voor mij belangrijker dan het feitelijke resultaat zelf.”