Dubbel zo experimenteel, dubbel zo eclectisch, dubbel zo heftig. Dat is onze rubriek Dubbel Zo Zwaar met een nieuw album dat simpelweg vraagt om van meer dan één kant bekeken te worden. Redacteuren MaartenO (favoriete genre: alles wat eindigt met core) en Patrick (favoriete genre: dissonant death) pakken de nieuwste plaat van Igorrr genaamd Amen bij de lurven en geven beiden hun ongezouten mening.

Wat halen we onszelf toch op de nek om deze nieuwe van Igorrr te reviewen? Voor de hand liggende muziek schrijven doet meesterbrein Gautier Serre al sinds de start niet, maar het kunstige is dat er iedere plaat weer nieuwe konijnen uit de hoge hoed getoverd worden. Op voorganger Spirituality and Distortion was het resultaat wederom genieten geblazen en de grote vraag is uiteraard of ook dit nieuwste Amen aan die zegereeks toegevoegd mag gaan worden. Eerlijk is eerlijk: de fans moesten er even op wachten -vijf jaar maar liefst-, maar dan heb je ook iets unieks te pakken. Dat is een gegeven, weten we bij Igorrr. Amen is plaat nummer vijf in de discografie en ziet het levenslicht via Metal Blade Records.

Hoe vaak stonden je wenkbrauwen in een frons tijdens het beluisteren van dit album?

MaartenO: Met name de eerste luisterbeurt wel enkele keren ja. Daarna ‘wen’ je al snel aan de dollemansrit waar je je in begeeft. Igorrr levert weer een paar geniale parels af op Amen die traditiegetrouw zeker niet via de geijkte paden gaan. ADHD leek aanvankelijk vooral sterk in combinatie met het zien van de videoclip, maar na enkele keren beluisteren is het ook zónder video gewoon een elektronische beuker van jewelste waar goed over nagedacht is. En wat te denken van het totaal geflipte Mustard Muscous waarbij de valse blokfluittonen lachwekkend zijn geïmplementeerd in de muziek en toch moeiteloos samengaan met onder andere blastbeats.

Patrick: Misschien is de betere vraag: wanneer niet? De Franse multi-instrumentalist Gautier Serre, die als Igorrr door het muzikale leven gaat, staat erom bekend het onverwachte tot kunst te verheffen. Alsof hij een Grand Prix-winnaar op het FISM World Championships of Magic is, haalt hij de één na de andere verrassing uit zijn hoge hoed. Denk aan het inzetten van ongebruikelijke instrumenten: een harp, een thermin (een elektronisch instrument), een dungchen (een drie meter hoge koperen hoorn die wordt gebruikt bij boeddhistische ceremonies), taiko’s (een Japanse drum), Tibetaanse cimbalen of een gigantisch, extra dik zaagblad voor stenen dat dienstdoet als gong. En laat ik de koebel niet vergeten. Voeg daar een kooropname in een klooster aan toe, puur om de natuurlijke galm van die ruimte te benutten. En daar houdt de drang om grenzen te verkennen nog niet op: wat te denken van een piano die met een graafmachine wordt aangeslagen (Headbutt)? Of een aambeeld dat als snaredrum wordt bewerkt met een voorhamer (Pure Disproportionate Black and White Nihilism)? Wie Igorrr kent, weet dat hij het muzikale experiment niet schuwt. “I have always been fascinated and passionate about pushing boundaries in music, this album is no exception.” zegt hij daar zelf over. Je houdt ervan of je vindt het niets…

Welke twee songs zijn je favoriet op Amen?

MaartenO: Opener Daemoni vind ik érg sterk, temeer omdat daarmee gelijk de toon goed wordt gezet voor de rest van de plaat. Het terugkerende headbangritme in combinatie met de zware elektronische aanzetten en de klassieke, vrouwelijke zang is gruwelijk gaaf uitgevoerd. Dat nummer moet live nog wel extra genieten zijn met goed geluid eronder. Omdat ik liefhebber ben van het hardere werk, kies ik als tweede nummer voor Blastbeat Falafel, dat overigens wel erg veel wegheeft van Camel Dancefloor van de vorige plaat. De tempowisselingen, puike grunts, Perzische sferen en hak-op-de-tak ritmiek van de song maken mij liefhebber van Igorrr en zijn de reden dat ik zijn muziek zo kan appreciëren.

Patrick: Ik sluit mij bij Maarten aan wat betreft Blastbeat Falafel; ook voor mij het meest opvallende nummer op dit album. Om niet in herhaling te vervallen, zal ik mij op twee andere nummers richten. De eerste waar ik dan bij uitkom, is Mustard Muscous. Het nummer teert op zware riffs, getergde, verbeten felheid, pulserende, elektronische ritmes … en een verrassend aanwezige en ogenschijnlijk vals klinkende blokfluit. En nee, die laatste is zeker niet misplaatst, maar zorgt juist voor een heerlijk wringend, frivool contrast in het nummer.

Daarnaast mag 2020 (het jaar waarin Igorrr zijn vorige album Spirituality and Distortion uitbracht) niet ongenoemd blijven. Met zijn explosieve botsing van energie en intensiteit en door zijn ‘lengte’ doet het denken aan S.O.D. (Stormtroopers of Death). Hoewel het compositorisch geen al te grootse indruk maakt, verrast de beknoptheid: slechts twaalf seconden. Van een artiest die zijn muziek veelal uitbundig en breeduit neerzet, komt deze bondigheid toch wel als onverwacht.

Zijn er weer gastmuzikanten die een doorslaggevende factor bieden voor bepaalde nummers?

MaartenO: Op Spirituality and Distortion vond ik vooral de bijdrage van George Fisher (Cannibal Corpse) tijdens Parpaing lekker bruut en een échte meerwaarde. Met zijn stemgeluid drukte hij ook meteen een stempel op het nummer. Op Amen vinden we ook enkele gastmuzikanten terug waaronder Scott Ian van Anthrax (Mustard Muscous) en Trey Spruance van Mr Bungle (Blastbeat Falafel) als meest bekende namen. Toch zijn de bijdrages deze keer niet zo boeiend en is het bovendien lastig om te bepalen wat nou precies de input van de gastmuzikanten geweest is. Dat laatste komt natuurlijk ook omdat de muziek van zichzelf al zo avontuurlijk in elkaar zit.

Patrick: De lijst met gastmuzikanten is indrukwekkend, met onder meer Scott Ian (Anthrax, Mr. Bungle), violist en trompettist Timba Harris, Mike Leon (CKY, ex-Havok, ex-Soulfly) en Trey Spruance (Mr. Bungle) Voor mij springen de bijdragen van Harris (onder andere: Daemoni, Blastbeat Falafel en ADHD) er het meeste uit. Daarnaast kun je niet om de verrijkende vocale toevoegingen van Lily Refrain heen. De meerwaarde van een aantal andere bijdragen kan ik jammer genoeg niet meteen ontdekken. Om maar een voorbeeld te noemen: het is dat ik weet dat Scott Ian een bijdrage op gitaar levert op Mustard Muscous, maar ik kan het er niet in terugvinden. Of ga je nu beweren dat hij die schurend valse blokfluit in het nummer heeft bespeeld?

Wat zijn de sterke kanten van Amen?

MaartenO: Wederom is de experimenteerdrang op dit album te prijzen. Enkele nummers zijn flink uiteenlopend ten opzichte van elkaar, maar toch luistert Amen in zijn geheel consistent weg. Het is erg knap dat de rode draad zo goed bewaakt wordt terwijl de muzikale ideeën alle kanten op schieten. Bovendien bevat de plaat enkele beukers van formaat, waarbij ik naast mijn twee favorieten van hierboven ook nog het experimentele Limbo en de deathmetalbeuker Infestis extra in het zonnetje wil zetten. Lekker hoor!

Patrick: De experimentele dadendrang spat er ook op dit Amen weer vanaf. Ongebruikelijke en gedurfde ideeën komen samen in een uitermate veelzijdig en weids uiteenlopend album. Daarmee zou je het idee kunnen krijgen dat het album te rijk geschakeerd is, te bont is gekleurd en Igorrr te frivool, en daarmee veel te ver, buiten de lijntjes kleurt. Dat het flink zoeken is naar samenhang. Maar juist in die rijkdom en speelse onvoorspelbaarheid schuilt de aantrekkingskracht van het album: het verrast, daagt uit en nodigt daardoor uit om te blijven luisteren.

En de minder sterke kanten?

MaartenO: De plaat bevat enkele nummers die qua sfeer en uitvoering prima passen in het geheel, maar tegelijkertijd ook niet heel veel om handen hebben. Het voortkabbelende en kalme Ancient Sun en Étude n°120 bijvoorbeeld, beide op het einde van de tracklist. Omdat de uitgerekte afsluiter Silence óók slechts enkele uitspattingen kent maar in de basis vergelijkbaar en timide is, eindigt Amen op die manier wat in mineur. Dat had zeker voorkomen kunnen worden door er minstens nog één heftiger nummer tussen te plaatsen.

Patrick: Het is zoals Maarten zegt: het album kabbelt tegen het einde wat naar zijn einde. Vanaf Infestis is het gedaan met de meest felle intensiteit. Pure Disproportionate Black and White Nihilism vlamt weliswaar tegen het einde van het nummer nog wat op, maar Ancient Sun, Étude n°120 en Silence zorgen voor een vrij timide einde van het album. Het daarvoor hevig opgelaaide kampvuur lijkt in de laatste nummers slechts nog te bestaan omdat de laatste takken nog een beetje smeulen. Jammer, want van mij had het vuurtje tot aan het einde best wat feller aangewakkerd mogen worden.

Als Igorrr een gerecht was, hoe zou je het dan op basis van deze plaat omschrijven?

MaartenO: Ik mag graag Boboti maken als de tijd het toelaat: een Afrikaans gerecht met -zo maak ik het- onder andere sperziebonen, stukken brood, gehakt, appel, abrikozen en rozijnen door elkaar gemixt met als toevoeging nog een berg aan verschillende specerijen. Het oogt voor geen meter, maar is een ware smaaksensatie. Ingrediënten waarvan je niet verwacht dat ze met elkaar gedijen, maar dat wel degelijk doen. Veelzijdig, eigenaardig en een resultaat dat smaakt naar meer. Net als dit Amen, want ik ben nu al nieuwsgierig naar de volgende plaat van Igorrr, hoewel ik hier zeker nog wel even op kan teren!

Patrick: Zout, zoet en hartig in een umami-bom van jewelste? Bacon jam, verrassingseffect gegarandeerd. Hoewel de naam doet denken aan confituur, gaat het hier om een hartige, grovere saus. Of beter gezegd: een relish. Ideaal om gerechten extra diepte en intensiteit te geven. De relish bestaat uit (gerookte) bacon, ui, knoflook, suiker, (balsamico)azijn, cayennepeper en espresso (tip: of whisky). Het resultaat is een saus met een rijke textuur en een complexe smaak, die fantastisch combineert met gegrild vlees, kaas of knapperig stokbrood. Een verrassende boost voor je smaakpapillen, maar door het uitgesproken karakter ook iets waar je echt zin in moet hebben.

Wat vinden we van Amen als we moeten komen tot een compacte eindconclusie?

MaartenO: Igorrr gaat ‘gewoon’ door met zijn eigenaardige visie op muziek en Amen voldoet in dat opzicht compleet aan de verwachting. De sterke en minder sterke kant heb ik hierboven beschreven, maar de positiviteit en tevredenheid overheersen na het meermaals beluisteren. Door de variatie die we krijgen voorgeschoteld, biedt Amen ook op langere termijn voldoende uitdaging.

Patrick: Op Amen weet Igorrr zijn ongebruikelijke en gedurfde ideeën te vertalen naar een bijzonder veelzijdig en breed uitwaaierend album. Nee, dit is geen easy-listening of een gemakkelijk in het gehoor liggende, vrijblijvende allemansvriend. Maar zeg nou zelf: daar ben je als luisteraar van Igorrr toch ook helemaal niet naar op zoek? Juist die experimentele dadendrang, waardoor eigenzinnige nummers als Headbutt, Limbo, ADHD en Mustard Muscous tevoorschijn komen, kleuren dit album tot wat het is. Een zeer vermakelijke plaat, die hier ongetwijfeld nog vaker zal worden opgezet. Maar wel eentje waar je, net als met het uitgesproken karakter van bacon-jam, juist op dat moment zin in moet hebben.

Cijfer MaartenO: 82

Cijfer Patrick: 80

Score:

81/100

Label:

Metal Blade Records, 2025

Tracklisting:

  1. Daemoni
  2. Headbutt
  3. Limbo
  4. Blastbeat Falafel
  5. ADHD
  6. 2020
  7. Mustard Mucous
  8. Infestis
  9. Ancient Sun
  10. Pure Disproportionate Black And White Nihilism
  11. Étude n°120
  12. Silence

Line-up:

  • Gautier Serre: Programmering
  • Jb Le Bail: Vocalen
  • Marthe Alexandre: Vocalen
  • Remi Serafino: Drums
  • Martyn Clément: Gitaar

Links: