Iets minder dan drie maanden wachten en dan komt Avatar: Fire and Ash eindelijk uit in de bioscoop. De derde film in de Avatar-reeks van James Cameron gaat naar verwachting weer enorm veel geld opleveren.
Dat mag ook wel, want de film had een budget van $250 miljoen. De Avatar-films staan bekend om hun verbluffende visuele effecten, met CGI dat de concurrentie vaak omverblaast. Maar ze gebruiken ook praktische effecten.
Echt vuur
In een nieuw interview met Empire Magazine bespreekt assistent-regisseur Garrett Warren zo’n praktisch effect. Hij vertelt over een scène waarin twee groepen Na’vi, de aliens uit de sciencefictionfilm, tegen elkaar vechten in de lucht.
Voor de sequentie werd echt vuur gebruikt. “We willen dat mensen de hitte voelen,” legt Warren uit. “Dit is James Cameron, weet je wel? We doen geen dingen voor de schijn.”
Luchtgevecht
Warren beschrijft de scène als “een kruising tussen een invasie met piratenschepen en een luchtgevecht met de ikran, de vliegende wezens die zich door de lucht bewegen, als straaljagers.”
Naast het gebruik van echt vuur werden er ook metalen schepen en poppen gebouwd waar de stuntmensen mee konden werken. Zo moest stuntcoördinator Steve Brown meerdere keren van een ‘ikran’ afspringen. “Er waren een paar mooie valpartijen,” aldus Warren.
Bioscoop
Avatar: Fire and Ash vervolgt het verhaal van Jake Sully (Sam Worthington), Neytiri (Zoe Saldaña) en hun kinderen. Zij komen in aanraking met de gevaarlijke Ash People, geleid door Varang (Oona Chaplin).
De film draait vanaf 17 december in de bioscoop. Begin volgende maand kun je het vorige deel, Avatar: The Way of Water, weer opnieuw zien in de bioscoop. Die actie geldt voor een week.