Sinds de lancering van de DJI Mini 5 Pro vorige week is er wereldwijd veel discussie ontstaan onder dronepiloten. De reden: sommige gebruikers merken dat hun toestel nét boven de grens van 250 gram uitkomt. DJI wijst er in de productspecificaties inderdaad op dat het gewicht kan variëren door verschillen in gebruikte materialen en andere factoren. Het opgegeven gewicht bedraagt circa 249,9 gram, met een marge van ± 4 gram. Daardoor kan het voorkomen dat bepaalde exemplaren iets zwaarder zijn dan 250 gram. Maar wat betekent dit in de praktijk?

De relatie tussen gewicht en risico

De grens van 250 gram is niet willekeurig gekozen. Toezichthouders hebben gekeken naar de kinetische energie die vrijkomt wanneer een drone uit de lucht valt of ergens tegenaan vliegt. Bij toestellen die minder dan 250 gram wegen, is die energie relatief beperkt. Daardoor is de kans op ernstig letsel of schade bij een incident veel kleiner dan bij zwaardere drones. Daarom mogen drones die minder dan 250 gram wegen zonder vliegbewijs worden gebruikt. Bovendien mag men ermee boven mensen vliegen (uitgezonderd menigten) – een belangrijke reden voor de populariteit van de DJI Mini-serie.

Voor drones die boven de grens van 250 gram uitkomen, neemt het risico toe. Een zwaardere drone kan immers meer kracht uitoefenen bij een botsing of val. Om dat verhoogde risico te compenseren, is in zowel de VS als de EU vastgelegd dat bestuurders van drones boven de 250 gram over extra kennis moeten beschikken. Vandaar de verplichting om een vliegbewijs te behalen zodra je met een zwaarder toestel wilt vliegen.

De 250 gram-grens in de regelgeving

Een paar gram meer of minder lijken misschien onbeduidend, maar juridisch kan het grote gevolgen hebben. Zowel in de Verenigde Staten als in de Europese Unie vormt 250 gram een harde grens in de regelgeving. In de VS geldt dat drones boven dit gewicht alleen mogen worden gevlogen met een vliegbewijs. Gebruikers moeten hun drone dus eerst op de weegschaal plaatsen om er zeker van te zijn dat de drone inderdaad minder dan 250 gram weegt, wil men zonder vliegbewijs kunnen vliegen.

In Europa ligt het iets anders: hier zijn het de CE-labels die de spelregels bepalen. De Europese verordening 2019/945 bepaalt dat drones met een C0-label een maximum startmassa van minder dan 250 gram mogen hebben, inclusief lading. Op papier is er dus geen ruimte voor overschrijding, hoe klein ook. Door de Mini 5 Pro met een C0-label op de markt te brengen, inclusief het meeleveren van een EU-conformiteitsverklaring, stelt DJI echter dat het toestel officieel binnen de gewichtslimiet van 250 gram valt, en dat er dus geen vliegbewijs vereist is.

Mogelijke gevolgen

Consumenten in de EU moeten ervan op aan kunnen dat een drone met het C0-label aan de wettelijke gewichtseisen voldoet, en dat het toestel in Europa gewoon legaal zonder vliegbewijs te gebruiken is. Van de consument wordt namelijk alleen verlangd om na te gaan welk Cx-label een drone heeft om te bepalen welke Open subcategorie van toepassing is; men hoeft het toestel niet zelf te wegen. Alleen buiten de EU kan het zijn dat het daadwerkelijke gewicht van belang is.

Een woordvoerder van DJI bevestigt dat de gewichtsvariaties geen invloed hebben op de manier waarop de drone in de EU gebruikt mag worden: “De DJI Mini 5 Pro heeft een ontwerpgewicht van 249,9 gram en heeft een C0-certificering verkregen van een door EASA erkende Notified Body. Door productietoleranties kan het daadwerkelijke gewicht van het product enigszins variëren binnen een marge van ±4 gram. Kleine schommelingen in gewicht zijn normaal. Voor gebruik buiten Europa wordt gebruikers aangeraden de geldende lokale regelgeving te raadplegen en op te volgen.”

DJI stelt dat de Mini 5 Pro aan alle vereisten voor het C0-label voldoet.

(update 11:30: reactie DJI toegevoegd)