zo 12 okt, 10:00





Interview




744
keer gelezen

“Zolang ik me herinner wil ik graag tekenen en schilderen. Met Sinterklaas en mijn verjaardag kreeg ik altijd een schetsblok, een verfdoos of kleurtjes en daar was ik meestal het gelukkigst mee. Ik keek graag naar schilderijen, maar ik kwam als kind niet zoveel in aanraking met kunst. Ik zag schilderijen in kerken, en verder vooral in boeken en op kalenders.”  

Door: Henk Lunenburg.

Kunstenares José Heerkens uit Zeeland werd geboren in Heeswijk-Dinther in een gezin van vijf kinderen. Haar vader Harrie had een meubelfabriek die inmiddels door de derde generatie wordt gerund. Na de lagere meisjesschool Maria Goretti in Dinther, ging José naar de mulo en later naar de Havo in Veghel. José is getrouwd met oud-leraar Cees Bongers. Ze wonen op ’t Oventje en hebben twee dochters.

José volgde voordat ze naar de kunstacademie ging, de lerarenopleiding in Den Bosch. “Ik kende niemand die op een Kunstacademie zat, daarom besloot ik om naast mijn werk drie avonden in de week voor een acte tekenen en schilderen te gaan. Daarna meldde ik me aan op de kunstacademie en volgde de opleiding Vrije Schilderkunst. Daar komen onder meer stilleven, model tekenen, buiten schilderen, kunstgeschiedenis, kleurenleer en filosofie aan bod. Je leert en ontdekt er wat schilderen en kunst is. In het derde jaar begon ik abstract te werken.” 

Jouw werk is abstract en minimalistisch. Waarom? 
“Abstract schilderen laat je op een andere manier denken. Het gaat over ruimte, ritme, kleuren, vorm en beweging. In mijn schilderijen speelt ruimte een belangrijke rol. Kleur is daarbij voor mij een hoofdthema geworden. Mijn werk bestaat uit opgebouwde ritmische composities van lijnen en kleurvlakken op doek, vaak met horizontale oriëntatie. Zelfs op vierkante formaten wordt het beeld meer horizontaal dan verticaal. De horizontale lijnen trekken het beeld naar de zijkant, waardoor een horizontale ruimte ontstaat. De kleuren gaan van lijn naar lijn, van vlak naar vlak, van links naar rechts. Je ogen volgen de kleuren en bewegingen over het schilderij. Je leest in het schilderij de keuzes van de schilder. Elk kunstwerk vraagt om goed te kijken. Je moet ervoor open staan.”

Hoe ga je te werk?
“Door lang met schilderen bezig te zijn, ontwikkel je een eigen beeldtaal. In elk schilderij zitten honderden keuzes, over kleur, vorm, ritme, ruimte, over wat belangrijk is voor een sterk beeld en wat kan worden weggelaten. Het begint al met de keuze van het formaat van het doek. Meestal heb ik meer werken tegelijkertijd onder handen, vaak van verschillende concepten.

Het werken in het atelier is een solitair proces dat veel concentratie, stilte en tijd verlangt. Daarom is het goed om met regelmaat te exposeren> Kunst is immers ook communicatie.

Sinds 2010 werkte ik onder meer aan concepten geïnspireerd op de tijden van de dag, met titels als Morning, This Afternoon, Evensong, Vespere, Predawn en Dawn. Sinds enkele jaren werk ik aan concept Pilgrimage.”

Je hebt ook een artist residence gedaan. Wat houdt dat in?
“Een artist residence houdt in dat je een bepaalde periode een atelier met woon- en slaapgelegenheid ter beschikking krijgt. De directeur van de Josef & Anni Albers Foundation uit Amerika had mijn werk digitaal gezien en wilde mij ontmoeten toen ik meedeed aan een tentoonstelling in Parijs, vijftien jaar geleden. Tijdens deze ontmoeting bood hij mij een artist-residence aan in Bethany CT in de Verenigde Staten. Er was geen enkele verplichting en het enige doel was dat het verblijf mijn werk ten goede zou komen.

Ik kreeg het aanbod om er drie maanden te komen werken met ook vrije toegang tot de bibliotheek en het archief van de stichting. Ik zag er veel werken van Josef en Anni Albers. Beide kunstenaars zijn van Duitse afkomst, maar verlieten Duitsland in 1933 toen het naziregime opkwam.
Ik kwam daar aan toen het hoog zomer was en vertrok ver in de herfst. Het was fantastisch en ik heb er heel goed kunnen werken. Eenmaal thuis maakte ik twee kunstenaarsboeken met werken die ik daar had gemaakt: Meet me in Brooklyn en Upon The Long River.” 

Waar was en is je werk te bewonderen?
Mijn werk was te zien op diverse solo- en groepstentoonstellingen in Nederland en in het buitenland. In 2023 had ik vijf maanden lang een solotentoonstelling in het Kröller-Müller Museum in Otterlo: Colour – Free and Connected. Dat was geweldig. Bij de tentoonstelling verscheen een boek, dat verkrijgbaar is bij het museum.
Mijn eerste grotere solo tentoonstelling was in Museum Jan Cunen in 1999. In de Pronkkamer in Uden was mijn werk drie keer te zien, de eerste keer in een duo tentoonstelling met Paul Haentjes.
Met name in Duitsland heb ik veel kansen gekregen, zoals een solo in het Mies van der Rohe Haus in Berlijn. Dit jaar was een groot schilderij opgenomen in de tentoonstelling ImageMusic in het Vasarely Museum in Boedapest.
En nu in Helmond, in de Cacaofabriek. Titel van de tentoonstelling is Being on the Grid. De opening is op zondag 12 oktober om 15.00 uur. Behalve van mij wordt er werk getoond van Ditty Ketting, Fenna Koot, Bert Loerakker, Art van Triest en Maurice van Venrooij.
De expositie is tot en met 7 december 2025 dagelijks gratis te bezoeken.