Op het Circuit of the Americas heeft Max Verstappen zich vrijdag de snelste getoond in de eerste van twee kwalificaties dit weekend. Het is in meerdere opzichten tekenend voor de progressie van Red Bull Racing in de afgelopen weken. Om te beginnen bestond vooraf het idee van de medium-speed bochten van Austin juist goed bij McLaren zouden passen. Niet voor niets zei Laurent Mekies dat Red Bull in Zandvoort nog werd ‘vermoord’ door McLaren in die bochten. De snelheid op COTA onderstreept de stappen die sindsdien zijn gezet door Red Bull, al geldt dat ook op nog een ander vlak.

Operationeel heeft Red Bull het in het (recente) verleden namelijk ook vaak lastig gehad op vrijdag. Meermaals moest de set-up van vrijdag op zaterdag volledig overhoop worden gehaald, waarna Red Bull pas bij het ingaan van de kwalificatie een acceptabele afstelling vond. Ook in dat opzicht is de vrijdag in Texas tekenend. Na slechts één vrije training was het team meteen in staat om zich met de besten te meten. Het bevestigt dat Red Bull de auto nu beter begrijpt dan in de eerste seizoenshelft.

De aanpak van Red Bull: Set-up Tsunoda leidde tot verbetering

Daarbij is de aanpak in Austin interessant. Door het gebrek aan trainingstijd heeft Red Bull met beide auto’s iets anders geprobeerd tijdens de enige oefensessie, om twee verschillende datasets te krijgen. “Tijdens iedere kwalificatie proberen we de performance natuurlijk altijd te maximaliseren door de auto zo laag mogelijk af te stellen”, legde technisch directeur Pierre Waché na afloop uit. “Tijdens de eerste training hebben we twee verschillende afstellingen geprobeerd met beide auto’s. Daarna realiseerden we ons dat de set-up van Yuki iets beter was.”

Die kennis is vervolgens in de praktijk gebracht richting de sprintkwalificatie. “Die set-up hielp om het bottomen in de snelle bochten tegen te gaan en kwam de performance van de auto ten goede zonder ten koste te gaan van onze snelheid in langzame bochten”, aldus Waché. “Vervolgens heeft Max alles uit de auto gehaald. Hij heeft alles samen gebracht om uiteindelijk pole te kunnen pakken.”

Mekies onder de indruk van ‘bizarre’ laatste bocht Verstappen

Waar Waché de poleronde van Verstappen noemt, spraken andere Red Bull-kopstukken vooral over de laatste sector. Helmut Marko liet in de paddock aan deze website weten dat Verstappen enigszins dwars kwam te staan in de eerste bocht – waar zijn boordradio na het behalen van pole ook op sloeg – maar dat hij alles heeft rechtgezet in sector 3. Teambaas Laurent Mekies wees zeer specifiek naar de laatste bocht. “Max weet ons iedere keer dat hij in de auto stapt weer te verrassen. Het is ongelooflijk.”

“Het is ook geen toeval. Zo is het ongelooflijk om te zien wat voor hard werken hij er achter de schermen allemaal in stopt. Tijdens die laatste ronde voelde je bijna – en dat bleek uiteindelijk ook te kloppen – dat hij er een bizarre laatste bocht uit zou gooien om Lando te verslaan”, aldus de Fransman voor de camera van Sky Sports F1. “Max heeft natuurlijk niet alle informatie [over de tijden van concurrenten] in de auto, maar hij is er volledig voor gegaan in die laatste bocht en wist zo een klein gaatje te slaan. Het is geweldig voor het team om zo’n coureur in de auto te hebben en dat bleek vandaag doorslaggevend.”

Data bevestigen woorden van Marko en Mekies

Bij een blik op de GPS-data zijn beide door Marko en Mekies genoemde factoren terug te zien. Verstappen liep aan het eind van het rechte stuk (start-finish) twee kilometer per uur harder dan de McLaren van Norris: 311 om 309 kilometer per uur. De tractie vanuit de laatste bocht – dus bij het ingaan van de vliegende ronde – was echter beter van de McLaren, waardoor Norris bij het rempunt een minieme voorsprong van 0.026 seconde had. Door het momentje van Verstappen in de eerste bocht liep die marge nadien op tot ruim een tiende bij het uitkomen van de bocht.

Die achterstand wist Verstappen ongedaan te maken aan de vloeiende bochtencombinaties die volgden, en die aan de Esses in Suzuka doen denken. Het is geen toeval, maar onderstreept juist dat de RB21 meer dan behoorlijk is in snelle bochten. Na dat gedeelte bleef het min of meer gelijk op gaan, met enkele kleine fluctuaties doordat Norris doorgaans iets eerder remde dan Verstappen en dan bij tijd en wijle een betere exit kende. Het betekent dat het inderdaad – zoals Mekies al aangaf – allemaal op de laatste bocht aankwam.

Bij het uitkomen van de voorlaatste bocht kon Norris op een voorsprong van 0.031 seconde op Verstappen rekenen. In de laatste bocht – inmiddels officieel de Andretti-bocht genaamd – herhaalde het welbekende patroon zich: Norris ging eerder van zijn gas en trapte eerder op de rem dan dat Verstappen dat deed. Het betekende dat de Nederlander zijn achterstand van 0.031 seconde wist om te buigen in een voorsprong van 0.130 seconde net na het raken van de apex. Norris had logischerwijs een iets betere exit doordat hij een fractie eerder op zijn gas kon, maar dat leverde hem op de meet niet genoeg op. Verstappen wist immers nog 0.071 seconde over te houden op de streep.

Het is de combinatie van later remmen en alsnog een relatief goede exit hebben die Verstappen – net zoals in Suzuka eerder dit jaar – pole-position heeft opgeleverd, al gaat het ditmaal slechts om een sprintpole. Met de ‘bizarre’ laatste bocht zoals Mekies het noemde, heeft de Nederlander in ieder geval een volle tiende gewonnen, en dat heeft inderdaad het verschil gemaakt tijdens de vrijdagse baanactie.

Bekijk hieronder de GPS-data van Verstappen en Norris in SQ3:

Verstappen Norris GPS-gegevens kwalificatie US GP sprint

Foto door: F1-Tempo

Verstappen Norris GPS-gegevens kwalificatie US GP sprint

Foto door: F1-Tempo

We willen jouw mening!

Wat zou jij graag willen zien op Motorsport.com?

Doe mee aan onze 5 minuten durende enquête.

– Het Motorsport.com-team