Dat het binnen verschillende asielzoekerscentra niet veilig is, weet Sabi uit Irak door persoonlijke ervaringen. Sabi is non-binair, geboren als man, maar voelt zich zowel man als vrouw. Toen ze hier aankwam in Nederland was haar beeld van ons land in eerste instantie erg positief maar dit veranderde al snel na zes overplaatsingen.

‘Psychisch zwaar’

In het asielzoekerscentrum waar Sabi verbleef, kreeg ze veel te maken met discriminatie, pestgedrag en seksueel geweld. “Het was psychisch erg zwaar voor mij. Ik voelde me gevangen en ik huilde erg veel. Andere asielzoekers in het centrum lieten mij niet in vrede leven.”

Sabi verwachtte dit soort situaties niet tegen te komen in Nederland, maar begreep later dat dit gedrag vooral door de mensen binnen de azc’s werd aangewakkerd. “Als ik naar buiten ga voel ik me veilig, want de Nederlandse mensen hebben mij geaccepteerd. Ze zeggen bijvoorbeeld tegen mij: ‘wat zit je haar mooi’ en ‘Je bent welkom hier’, maar binnen in het centrum zou dat nooit gebeuren.”

Intimidatie en opmerkingen

Ook werd Sabi vaak geïntimideerd door Arabische jongens. “Ze maakten dan nare opmerkingen over mijn nagellak. Ze vonden het abnormaal voor een jongen om dat te hebben en vonden dat ik daarvoor gestraft moest worden.” Maar het bleef niet alleen bij die opmerkingen, ook fysiek kreeg Sabi veel te verwerken. “Ze trokken aan mijn haar, probeerden mijn tas te stelen en achtervolgden me.”

“Het ergste wat ik heb meegemaakt, gebeurde met een oude kamergenoot”, vertelt een geëmotioneerde Sabi. “Hij probeerde mij midden in de nacht te verkrachten. Ik probeerde zo snel mogelijk de kamer uit te vluchten en gelukkig is mij dat ook gelukt. Ik heb toen gelijk een klacht ingediend bij de beveiliging.”

‘Niet als mens’

Sabi voelde zich enorm onveilig en sliep dagenlang niet. “Ik had geen vertrouwen meer en besloot in therapiesessie te gaan. Ik slikte ook veel kalmeringsmedicatie om zo een betere nachtrust te krijgen.” Toch blijft het gevoel van angst hangen bij Sabi. “Soms word ik midden in de nacht wakker en begin ik te huilen, uit angst dat iemand mij probeert te vermoorden of mij misschien weer wil verkrachten.”

“Ik heb het gevoel dat ik niet geaccepteerd ben hier. Ik ben uit mijn land gevlucht om in vrijheid te leven en mijn seksualiteit en diversiteit te omarmen. Maar nu heb ik het gevoel dat ik me weer in de kast bevind.” Ondanks de nare ervaringen ziet Sabi wel in dat het COA en de IND een grote steun zijn geweest. “Zij hebben mij altijd gesteund, maar ik hoop wel dat ze ooit stoppen met de azc’s. Je krijgt daarbinnen het gevoel dat je niet als mens wordt behandeld.”

Wél veilig

Volgens Sabi zou het een goed idee zijn om een azc te hebben waar de lhbti+-gemeenschap samen kan verblijven. “Een plek voor meer mensen uit onze gemeenschap zou juist heel mooi zijn. Dit kan juist voorkomen dat we ons onveilig voelen.”

Sabi verbleef al eerder in een hotel met ongeveer zestig mensen die tot de lhbti+-gemeenschap behoorden en voelde zich toen wél veilig. “Ik had het gevoel dat ik eindelijk een familie om me heen had. Het kwam niet één keer in me op dat iemand mij pijn zou doen omdat we allemaal in dezelfde situatie zaten. We waren daar allemaal om in vrede en rust te leven.”