ANPHet bos- en heidegebied De Maasduinen is verslechterd door droogte en door te veel stikstof
Renee van Hest
onderzoeksredacteur Nieuwsuur
Fleur Damen
redacteur-verslaggever Nieuwsuur
Renee van Hest
onderzoeksredacteur Nieuwsuur
Fleur Damen
redacteur-verslaggever Nieuwsuur
De stikstofplannen van meerdere politieke partijen blijken onvoldoende effectief om de wettelijke doelen te halen. Toch krijgen meerdere partijen een positieve beoordeling van het Centraal Planbureau (CPB). Experts zijn daar kritisch over. Zij stellen dat het CPB-oordeel een “te rooskleurig beeld” geeft van de verkiezingsplannen van bijvoorbeeld CDA en VVD. Dat komt doordat het CPB een cruciale stikstofdeadline niet heeft bekeken.
Vast staat dat na de verkiezingen snel stikstofvermindering moet plaatsvinden in Nederland. Het stikstofbeleid dat sinds 2021 door het Rijk is ingezet, doet te weinig, concluderen experts. Natuurorganisaties, maar ook belanghebbenden zoals ondernemersvereniging VNO-NCW en Bouwend Nederland, waarschuwen al tijden.
Door het uitblijven van stikstofvermindering is het onmogelijk om nieuwe vergunningen uit te geven voor boeren, bedrijven, en bouwprojecten. Milieuorganisaties voeren al jaren succesvolle rechtszaken tegen de staat en bedrijven omdat forse stikstofreductie uitblijft. Volgens recent onderzoek leidt het uitblijven van structureel beleid tot 15 miljard euro schade aan gezondheid en natuur, en nog eens miljarden aan economische schade. De effecten van de stikstofplannen van politieke partijen zijn daarom cruciaal.
‘2030 erg kort dag’
Hoewel de doorrekeningen van het CPB geen exacte wetenschap zijn, is het wel een belangrijke indicator om te beoordelen hoe realistisch plannen zijn. Echter blijkt na vragen van Nieuwsuur aan het PBL dat meerdere partijen die een positieve beoordeling kregen, zoals het CDA en de VVD, het belangrijke stikstofdoel in 2030 niet halen. Dat komt omdat het bureau die doelstelling niet heeft bekeken. Dat is opvallend, want dat doet het bureau normaal gesproken wel (.pdf).
Plusjes
Partijen kregen van het CPB een “plus” of “twee plusjes” als ze stikstof verder verminderen dan zou gebeuren met de nu bestaande maatregelen. Dit is de beoordeling van het Centraal Planbureau (CPB) en Planbureau voor de Leefomgeving (PBL):
– Meest positieve beoordeling (twee plusjes): GroenLinks-PvdA, D66, ChristenUnie, Volt
– Positieve beoordeling (één plusje): CDA, VVD
– Blijft gelijk aan huidig beleid: JA21, BBB, NSC, SGP
De SP en de PVV lieten hun plannen niet doorrekenen.
Een van de redenen om het bij de verkiezingsdoorrekeningen weg te laten is omdat 2030 “erg kort dag” is om dan zoveel stikstof te verminderen om de doelstelling te halen, aldus het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Dat instituut voerde de doorrekening uit in samenwerking met het CPB. Maatregelen zoals het verminderen van de veestapel en het aanpassen van stallen duren vaak enkele jaren totdat ze effect hebben, aldus een woordvoerder.
De rekenmeesters vonden het daarom “zinvoller” om naar de lange termijn te kijken: het andere wettelijk verankerde doel van 60 procent uitstootvermindering in 2035. Maar onder meer GroenLinks-PvdA en D66 kregen al twee plusjes – de beste beoordeling – bij een vermindering van minstens 42 procent.
Op vervolgvragen wilde het PBL niet ingaan.
Het CPB zegt in de doorrekeningen dat deze partijen “een grote stap” zetten richting 2035, maar dat het doel “niet noodzakelijkerwijs” wordt gehaald.
‘Kiezer moet dit weten’
Experts zijn verbaasd over de keuze om 2030 niet door te rekenen. “Hiermee wordt een te rooskleurig beeld geschetst”, zegt Hoogleraar omgevingsbeleid aan de Open Universiteit Raoul Beunen. “Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen partijen die serieus aan de slag willen en partijen die opnieuw inzetten op uitstel, met alle gevolgen van dien.”
Hoogleraar omgevingsrecht Chris Backes noemt de keuze “onlogisch en willekeurig”. “Beide stikstofdoelen staan in de wet en beide zijn relevant. Het toekomstige kabinet kan ook op haar stikstofplannen voor 2030 afgerekend worden. Dit is relevante informatie en de kiezer zou dit moeten weten.”
Dat het jaartal 2030 relevant is, bevestigde de rechter onlangs in een zaak die Greenpeace aanspande tegen de Staat. De rechtbank besloot dat de Staat de stikstofuitstoot voor 2030 flink moet terugbrengen. Gebeurt dat niet, dan moet de Staat een dwangsom van 10 miljoen euro betalen aan Greenpeace. De staat tekende hoger beroep aan. Totdat de rechter daarin uitspraak doet, blijft de eerdere beslissing geldig.
Backes legt bovendien uit dat het voor Nederland niet zal uitmaken als het jaartal 2030 uit de wet wordt gehaald, zoals het demissionaire kabinet voornemens is. “Het vonnis in de Greenpeace-zaak liet zien dat de rechter zich niet op de Nederlandse wet baseerde, maar op de Europese regelgeving.”
Waarom 2030?
Volgens de Omgevingswet moet in 2030 in 50 procent van het stikstofgevoelige oppervlak in Natura 2000-gebieden de stikstofneerslag lager zijn dan de kritische depositiewaarde, de maximale hoeveelheid stikstof die een natuurgebied aankan zonder dat de natuur er verslechtert.
Voor het jaar 2035 is dat in 74 procent. Om dat laatste doel te halen, moet de stikstofemissie dalen met ongeveer 60 procent ten opzichte van 2019.