Een psychiater ziet spoken in deze onlogische en ongeloofwaardige thriller vol houterige dialogen.
Regie: Daniel O’Hara, Nicole Volavka, Wayne Yip | Cast: Sam Claflin (Joel ‘Laz’ Lazarus), Alexandra Roach (Jenna Lazarus), Bill Nighy (Jonathan Lazarus), David Fynn (Seth McGovern), Kate Ashfield (Alison Brown), Eloise Little (Sutton Lazarus), Edward Hogg (Sam Olsen), e.a. | Afleveringen: 6 | Speelduur: 47-54 minuten | Jaar: 2025
Harlan Coben schrijft al sinds 1990 de ene misdaadbestseller na de andere. Zijn boeken gingen inmiddels negentig miljoen keer over de toonbank. Dat zijn nog niet de aantallen van John Grisham of Dan Brown (met wie Coben samen bij een studentenvereniging zat), maar de royalties laten de kachel toch lekker branden. Veel van Cobens pageturners zijn verfilmd, altijd met de man zelf als uitvoerend producent. Lazarus is de eerste door Coben geschreven serie die niet is gebaseerd op een van zijn boeken. Het is ook meteen een van zijn slechtste.
Lazarus draait om psychiater Joel Lazarus wiens vader ook psychiater was: zo vader, zo zoon. “Tijd is cyclisch.” Overigens wordt Joel door iedereen Laz genoemd. Ook door zijn eigen familieleden, wat natuurlijk nergens op slaat want zij hebben allemaal diezelfde achternaam. Het is een van de vele stompzinnigheden waar deze serie mee behept is. Maar goed, Laz ziet dode mensen (dat iemand in de serie naar The Sixth Sense verwijst is dan wel weer grappig) en dat zijn er in zijn leven al flink wat geweest.
Laz’ zusje is als tiener onder mysterieuze omstandigheden om het leven gekomen en zijn vader Jonathan heeft zojuist (zo’n vijfentwintig jaar later) een kogel door zijn eigen hoofd gejaagd. Alhoewel, was het wel echt zelfdoding? Er wordt een briefje bij het lichaam gevonden dat “irritant vaag” is. Laz herkent het handschrift van zijn vader, maar het is net alsof een deel van de boodschap ontbreekt. En dan is er nog de dood van een van de patiënten van vader Jonathan.
De drie sterfgevallen lijken allemaal iets met elkaar te maken te hebben. Het is aan Laz om de waarheid te achterhalen middels visioenen van het verleden. Ook krijgt hij hulp van spoken die levensecht voor hem verschijnen waar hij lekker mee kan sparren en een bevriende rechercheur die hem dan weer wel en dan weer niet gelooft. Er valt weinig peil te trekken op dit personage
Op Cobens papier zijn alle ingrediënten aanwezig voor een spannende, bovennatuurlijke thriller met thema’s als dood, familierelaties en geestesziekte, maar het resultaat op het televisiescherm is niet te harden. De dynamiek tussen de mysteries van de doden en de aanwijzingen die Laz krijgt vanuit het hiernamaals slaat eigenlijk nergens op. Zoals het een moordmysterie betaamt wordt alles pas in de laatste aflevering (min of meer) duidelijk, maar waarom hebben die geesten niet gewoon eerder alles aan Laz uit de doeken gedaan? En waarom verschijnen ze überhaupt?
Lazarus gooit heel veel lijntjes uit, maar als die worden binnengehaald zit er alleen een oude schoen of een fietswiel aan. De illusie van spanning wordt gewekt door moeilijk kijkende, langzaam pratende personages en slecht verlichte vertrekken, maar die truc werkt niet als het script vol gaten zit en de scènes vreselijk ongeloofwaardig zijn.
Laz ziet bijvoorbeeld in het huis van een volslagen vreemde een verborgen ruimte op zolder (vraag niet hoe hij daar komt) en pakt meteen een hamer die precies binnen handbereik ligt om de tussenwand weg te slaan. De bewoner van het huis protesteert twee seconden en gaat dan vrolijk verder waar Laz is gebleven: met het slopen van zijn eigen muur! Alles aan deze scène is psychologisch onlogisch. Niemand gedraagt zich zo.
De toevalligheden in het script worden aaneengeregen als kralen aan een ketting. Bij een grote nachtelijke zoekactie in het bos is het natuurlijk uitgerekend Laz die de vermiste persoon vindt. Hij belandt door een valpartij precies ernaast; hoe groot is die kans? Het is haast alsof iemand wilde dat dit zo zou gebeuren. Cobens schrijfwerk wordt geprezen om de onverwachte plotwendingen, maar als alles maar lukraak kan gebeuren is dat natuurlijk geen kunst.
Over Lazarus ligt een dikke laag onnatuurlijkheid en dan niet alleen van het bovenzinnelijke type. De dialogen zijn vreselijk houterig en geforceerd en worden door de cast in verstarde poses opgelepeld. De enige die een beetje schwung in het geheel brengt, maar die veel te weinig scènes heeft, is Bill Nighy. Het Britse icoon brengt in de rol van de overleden Jonathan meer leven naar het scherm dan alle andere acteurs bij elkaar. Stond hij maar op uit de dood voor het tweede seizoen.
Interesse om voor ons te komen schrijven? Wij zijn op zoek naar freelance redacteuren.