Meestal hoor je in de politiek over uitersten, maar de echte keuze gaat vaak tussen partijen die dicht bij elkaar liggen. We maken een vergelijking voor de progressieve stemmer, de christelijke stemmer, de rechtse stemmer en de linkse stemmer.
De progressieve stemmer: D66 en GroenLinks-PvdA
De partijen zelf omschrijven het verschil tussen hen als ‘een andere mentaliteit’. Dat betekent andere oplossingen voor problemen in ons land: volgens GroenLinks-PvdA moet de overheid problemen oplossen, D66 gelooft meer in de markt.
Die verschillen zie je duidelijk terug in hoe ze de wooncrisis willen aanpakken, of hoe beide partijen kijken naar het klimaat.
Het CDA en de ChristenUnie hebben allebei een christelijke basis: het ChristenUnie is wel een stuk conservatiever. Bijvoorbeeld als het gaat om medisch-ethische kwesties, zoals het toestaan van euthanasie onder de 30.
Andere verschillen tussen de partijen vind je als het gaat om de hypotheekrenteaftrek, en over waar extra geld voor defensie vandaan moet komen.
Pak je vergrootglas er maar bij, want beide partijen lijken echt op elkaar: Dilan Yeşilgöz van de VVD kreeg dan ook JA21 als tweede keuze bij de stemwijzer. Het eerste verschil vind je als het gaat om migratie: de partij van Joost Eerdmans wil graag uitstralen dat zij daar strenger over zijn.
Ook ligt de focus van beide partijen anders als het gaat over de woningmarkt, en over hoe ons land om moet gaan met islamitische scholen.
SP en de Partij voor de Dieren: allebei links en bij de vorige verkiezingen visten ze in dezelfde vijver. PvdD-stemmers overwegen vaak ook SP, de andere kant op gebeurt dat iets minder vaak.
Beide partijen kijken in elk geval anders naar het klimaat. De SP wil het klimaatprobleem aanpakken met oog voor mensen met een kleine portemonnee, de partij van Ouwehand wil graag meer tempo maken. Andere verschillen vind je op het gebied van defensie en het standpunt over Gaza.