Toen de Franse president Emmanuel Macron maandag bij de Verenigde Naties bekendmaakte dat Frankrijk overgaat tot de erkenning van de staat Palestina, begon hij zijn toespraak met een geschiedenisles.

„In 1947 besloot deze vergadering het mandaatgebied Palestina te verdelen tussen twee staten, een Joodse en een Arabische, en erkende daarmee het recht van beide staten op zelfbeschikking”, aldus Macron. „De belofte van een Arabische staat blijft echter tot op de dag van vandaag onvervuld.”

De Britse premier Keir Starmer verwees eveneens naar de periode na de Tweede Wereldoorlog toen hij een dag eerder verklaarde dat ook zijn land de Palestijnse staat erkent. Dat besluit, zei Starmer, volgde meer dan 75 jaar op de Britse erkenning van Israël als „een thuisland voor het Joodse volk.”

Maar de twee regeringsleiders hadden hun geschiedenis van de regio ook zo’n dertig jaar eerder kunnen beginnen. Toen het VK en Frankrijk in 1916 de Sykes-Picot-overeenkomst sloten, het geheime verdrag waarin de twee koloniale machten het Midden-Oosten opdeelden in een Britse en Franse invloedssfeer, en dat vandaag de dag in de Arabische wereld alom wordt beschouwd als de kiem van meer dan een eeuw aan oorlogen en bloedvergieten in de regio.

Mark Sykes en François Georges-Picot verdeelden het Midden-Oosten door er een diagonale lijn doorheen te trekken. Pictures from History

Zoom in

„Hoewel in het Westen weinig mensen het verdrag zullen kennen, is ‘Sykes-Picot’ in de Arabische wereld een synoniem voor een gebrek aan zelfbeschikking,” zegt historicus James Barr. „Het is onderdeel van het schoolcurriculum en herinnert mensen in de regio eraan dat hun lot veelal in handen is van buitenstaanders.”

Diagonale lijn

In zijn boek A Line in the Sand beschrijft Barr hoe Frans-Britse rivaliteit aan het begin van de vorige eeuw het Midden-Oosten vormgaf, en de voorwaarden schiep voor het huidige Arabische-Israëlische conflict.

Sykes-Picot was een antwoord op de vraag wat er moest gebeuren met het afbrokkelende Ottomaanse Rijk, dat tijdens de Eerste Wereldoorlog meevocht aan de zijde van Duitsland en de centrale mogendheden. „Hoewel het VK en Frankrijk bondgenoten waren in de oorlog, wantrouwden ze elkaars bedoelingen in het Midden-Oosten”, zegt Barr.

Mark Sykes (L) en François Georges-Picot (R) trokken een diagonale lijn door het Midden-Oosten. Foto Pictures from History

Zoom in

Dit wantrouwen groeide toen de Fransen erachter kwamen dat de Britten met de Arabieren – in persoon van de sjarief van Mekka – spraken over een opstand tegen de Ottomanen in ruil voor een eigen staat.

„De Britten beseften dat ze een soort van overeenkomst met de Fransen moesten sluiten om hun bondgenoten gerust te stellen, zegt Barr. „Dus werd begin 1916 het Sykes-Picot-akkoord gesloten, dat een diagonale lijn trok door het Midden-Oosten, door het Arabische deel van het Ottomaanse Rijk. De Fransen zouden het gebied ten noorden van de streep krijgen en de Britten het gebied ten zuiden daarvan.”

Zoom in

Dat die verdeling arbitrair was, blijkt wel uit de woorden van Mark Sykes, de diplomaat die met zijn Franse evenknie François Georges-Picot zijn naam aan het akkoord gaf. Wijzend op een kaart bij de Britse premier Herbert Asquith legde hij in 1915 al uit hoe hij de lijn wilde trekken „van de ‘E’ in Acre tot de laatste ‘K’ in Kirkuk” – van de kustlijn van het hedendaagse Israël tot aan de bergen van Noord-Irak.

Alleen konden de twee onderhandelaars die hun naam aan het akkoord gaven het niet eens worden over de toekomst van Palestina, zegt Barr. De Britten wilden de regio hebben omdat die grensde aan Egypte en het strategisch belangrijke Suezkanaal – dat in Britse handen was. Maar de Fransen wilden Palestina óók hebben, aangespoord door de christelijke koloniale lobby die Frans zeggenschap over het Heilige Land nastreefde.

Krijtjes

Uiteindelijk was niemand blij met de oplossing die Sykes en Picot bedachten. Op de kaart waarop de twee diplomaten het Midden-Oosten met krijtjes verdeelden was Palestina niet blauw ingekleurd (Frans gebied) en ook niet rood (Brits gebied), maar een gelig bruin als een ‘internationale zone’.

„Zodra het krijt op de kaart was aangebracht, begonnen de Britten en Fransen na te denken over manieren om de afspraak te omzeilen,” zegt Barr. „De Fransen spraken met de Russen om hun steun te krijgen voor Franse controle over Palestina, terwijl de Britten zich wendden tot de zionisten.”

Historicus James Barr schreef onder meer een boek over de verdeling van het Midden-Oosten. Foto privécollectie

Zoom in

Achttien maanden na Sykes en Picot volgde in 1917 de Balfour-declaratie: de brief van de Britse minister van Buitenlandse Zaken Arthur Balfour aan Lord Rothschild, een leider van de Britse Zionistische Federatie, waarin hij steun beloofde voor het vestigen van een „nationaal thuis voor het Joodse volk” in Palestina. De Britten hoopten onder meer via een groeiende en dankbare joodse gemeenschap in Palestina hun grip op het gebied te vergroten.

De geschetste grenzen onder het Sykes-Picotverdrag veranderden ook op andere manieren. Na het einde van Eerste Wereldoorlog volgden twee decennia aan nieuwe verdragen, geopolitieke schermutselingen en opstanden van Arabieren tegen Brits en Frans bewind in de regio. De Turken wisten de Fransen uit Anatolië te houden en het lukte het VK om van Palestina een Brits mandaatgebied te maken.

Historisch onrecht

Aangespoord door bijna twee jaar oorlog in Gaza en inmiddels meer dan 65.000 Palestijnse doden in de kuststrook, betoogde buitenlandminister David Lammy eind juli in een toespraak bij de VN dat de erkenning van Palestina historisch onrecht zou rechtzetten. De Balfour-declaratie stelde immers dat het vestigen van een Joods nationaal thuis geen afbreuk zou doen aan „de rechten van bestaande niet-joodse gemeenschappen in Palestina”.

Uiteindelijk is de Franse erkenning van de Palestijnse staat misschien wel van historischer betekenis dan die van de Britten

Maar hoewel Lammy in zijn toespraak ook stelde dat het VK trots kan zijn dat het „de basis legde voor een thuisland voor het Joodse volk”, namen de Britten in aanloop naar de Tweede Wereldoorlog juist afstand van hun pro-zionistische houding. Hierdoor hoopten ze hun afbrokkelende betrekkingen met de Arabische wereld te herstellen.

Zo beperkten de Britten in 1939 Joodse immigratie naar Palestina tot vijftienduizend mensen per jaar. Dit tot ontsteltenis en grote woede van de joden die al in Palestina woonden, die steeds meer hoorden over de jodenvervolging en het ontvouwen van de Holocaust in Europa. De joden in Palestina „radicaliseerden” hierdoor, aldus Barr. Ze namen in toenemende mate de wapens op tegen de Britten – wat tegen het einde van de oorlog uitmondde in een algemene opstand.

In een toespraak voor de VN erkende de Franse president Macron maandag de staat Palestina. Foto Lukas Coch/EPA

Zoom in

Uiteindelijk is de Franse erkenning van de Palestijnse staat misschien wel van historischer betekenis dan die van de Britten, stelt Barr. Want hoewel de Verenigde Staten nu gelden als de grootste steunpilaar van Israël, vergeten we volgens hem dat Frankrijk essentieel was voor het vestigen van de staat Israël in 1948.

„Terwijl Amerikaanse regeringen aanvankelijk helemaal niet zo pro-Israël waren, leverden de Fransen wapens aan de joden in Palestina en hielpen bij het organiseren van grootschalige immigratie vanuit Europa.” De rivaliteit tussen Frankrijk en het VK in het Midden-Oosten was zo groot dat die Franse steun aan wat de Britten „Joods terrorisme” noemde al tijdens de Tweede Wereldoorlog begon. „Terwijl Britten vochten en stierven om Frankrijk te bevrijden, steunden hun vermeende Franse bondgenoten Joodse inspanningen om Britse soldaten en functionarissen in Palestina te vermoorden”, aldus Barr in het boek dat hij hierover schreef.

Na 1948 bleven Franse regeringen Israël steunen. Dat kwam deels voort uit een collectief schuldgevoel over de medewerking van het Franse Vichy-regime aan de jodenvervolging, aldus Barr. Ook bood Israël tegenwicht aan de Egyptische president Gamal Abdel Nasser, die in 1954 de Algerijnse antikoloniale opstand tegen het Frans bewind steunde.

Lees ook

Speciale vergadering VN markeert toenemende erkenning van Palestina

President Mahmoud Abbas van de Palestijnse Autoriteit tijdens zijn speech, afgespeeld op een groot scherm.

De Fransen leverden onder meer de kennis en technologie waarmee Israël uiteindelijk een atoombom wist te ontwikkelen. Het land blijft daarmee tot op de dag van vandaag de enige kernmacht van het Midden-Oosten.

Met de Brits-Franse geschiedenis in de regio in gedachten is de erkenning van de Palestijnse staat door het VK en Frankrijk volgens Barr van historisch belang. Tegelijkertijd vraagt hij zich af wat het concreet zal veranderen. „Het zal een levensvatbare Palestijnse staat niet per se werkelijk dichterbij brengen.”

Israël zegt daarbij er alles aan te doen om zo’n Palestijnse staat te voorkomen. Zolang de VS achter Israël blijven staan, kan zowel het VK als Frankrijk daar weinig aan doen. De wereld van Mark Sykes en François Georges-Picot behoort tot het verleden. In de woorden van de extreemrechtse Israëlische minister Bezalel Smotrich: „De tijd waarin het Verenigd Koninkrijk en andere landen onze toekomst bepaalden is voorbij.”

Lees ook

De draai van Macron: van een ‘internationale coalitie tegen Hamas’ tot erkenning van Palestina

De Franse president Emmanuel Macron (links) in april bij de expositie ‘Schatten gered uit Gaza’ bij het Institut du Monde Arabe in Parijs.  Foto Michel Euler/EPA

Geef cadeau

Deel

Mail de redactie

NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.