Tikhoe Isaack (25) kent het woord ‘genocide’ niet alleen uit geschiedenisboeken, maar ook uit familieverhalen. In Namibië, het land van zijn vader, werden in het begin van de twintigste eeuw de Nama en Herero-gemeenschappen door Duitse troepen verdreven en uitgeroeid, in wat later de eerste genocide van de twintigste eeuw zou heten. Onder de Domtoren in Utrecht richt de 25-jarige Rotterdammer zijn blik op Soedan – All Eyes on Sudan is een van de belangrijke leuzen van deze demonstratie. Want daar dreigt in de westelijke provincie Darfur een nieuwe genocide, tegen de niet-Arabische Zahrawi-gemeenschap.
Toch gaat het Isaack tijdens het protest zondagmiddag – georganiseerd door collectief Yalla for Sudan – om meer dan alleen Soedan. „Hoeveel van dit onrecht willen we negeren voordat we erkennen dat dit ook over ons gaat?”
De val van Al Fashar, de laatste stad in Darfur die standhield tegen de paramilitaire Rapid Support Forces (RSF), bracht afgelopen weekend ook in Amsterdam, Den Haag en Enschede mensen op de been in solidariteit met het Soedanese volk. Dat deden ze met een gelaagde boodschap: stop de genocide, stop de oorlog, en: doorbreek de wereldwijde onverschilligheid. De machtsstrijd tussen het Soedanese regeringsleger en de RSF houdt inmiddels al tweeënhalf jaar aan en heeft honderdduizenden levens gekost en miljoenen mensen ontheemd. En dat zonder enig betekenisvol ingrijpen door de internationale gemeenschap.

In een demonstratie voor Soedan op het Domplein in Utrecht eisen demonstranten sancties op wapenhandel.
Foto Jeroen Jumelet / ANP
Zoom in
Wereldwijde dimensie
Het is een frustratie die Isaack zondag met zich meedraagt: „zonder buitenlandse steun zou deze oorlog niet bestaan.” Hij doelt op de landen die invloed hebben, maar ervoor kiezen die niet te gebruiken. Volgens VN-onderzoek leveren de Verenigde Arabische Emiraten, een economische en politieke bondgenoot van de VS en Europa, wapens aan de RSF. Nederland gaf in 2024 nog voor bijna 5,7 miljoen euro aan wapenexportvergunningen af aan de VAE.
De toespraken en protestborden op het Domplein benadrukken de wereldwijde dimensie van het conflict. De demonstratie is niet alleen een uiting van solidariteit, maar ook een poging om dat web zichtbaar te maken. ‘US, UAE and Israel (the usual suspects) profit from Sudanese blood’, is op een van de borden te lezen. Yalla for Sudan eist onder meer dat Nederland sancties instelt tegen de Emiraten en zich uitspreekt tegen wapenhandel die de oorlog voedt.
Lees ook
Op enkele uren van Al Fashar zoeken honderdduizenden Soedanezen een uitweg: ‘Ze willen iedereen die anders is uitroeien’

In een reactie tegenover NRC verzekert het ministerie van Buitenlandse Zaken dit weekend dat er „geen risico op omleiding naar Soedan” [van de wapenstromen via de VAE] is en dat er geen „verifieerbare aanwijzingen” zijn, dat Nederlandse wapens in de Soedan-oorlog belanden. Daarnaast omschrijft het kabinet de Emiraten als een „relevante speler met invloed om tot een einde aan het conflict te komen”. In Utrecht zien demonstranten een andere werkelijkheid. ‘They call them partners, we call them killers in uniform’, valt er op een bord te lezen. Een ander bord vat het bondiger samen: ‘Fuck Dubai chocolate!‘
Niet zo maar een burgeroorlog
En nee, zeggen de demonstranten, dit is niet zo maar een burgeroorlog. Martine Doppen (32) uit Utrecht spreekt liever van „een systeem van uitbuiting en onverschilligheid” en zet zich als organisator van Yalla for Sudan in om dat zichtbaar te maken. „In onze koloniale blik past Afrika als een plek waar altijd conflict is. Terwijl het in werkelijkheid een proxy-oorlog is, een speelveld van het westen.”
Terwijl de groep demonstranten zich klaarmaakt voor een mars, klinkt een oud revolutionair lied uit de Soedanese hoofdstad Khartoem over het plein. De woorden – Hurriya, Salaam, wa Adala, vrijheid, vrede en rechtvaardigheid – mengen zich met het geroezemoes van de stad.
De beelden uit Al Fashar laten Doppen niet los, maar wat haar vooral bijblijft is de veerkracht van de Soedanezen die tijdens de revolutie van 2019 de straat opgingen. Als activist – eerder demonstreerde ze voor het klimaat, antiracisme en een rechtvaardig vluchtelingenbeleid – spreekt ze met bewondering over dat moment in de Soedanese geschiedenis. „Na dertig jaar een autoritair regime omverwerpen? Dat doe je niet zonder sterke bewegingen. Mensen droegen elkaar letterlijk en figuurlijk. En nog steeds houden ze vast aan het idee van een revolutie.”

Demonstratie op het Domplein in Utrecht.
Foto Jeroen Jumelet / ANP
Zoom in
Mazin Ali (24) was onderdeel van de opstand die Soedan destijds in beweging bracht. Hij werd geboren in Khartoem, het hart van die revolutie. Om zijn hals bungelt een zilveren ketting met daaraan het Afrikaanse continent in de kleuren van de Soedanese vlag. „2019 was iets bijzonders. Eindelijk konden we de blije boodschap van eenheid uitdragen naar de rest van de wereld. Nu voelt het alsof we ons thuis zijn kwijtgeraakt.”
Hij kwam in 2020 op een studiebeurs naar Nederland, waar hij inmiddels is afgestudeerd als ingenieur. Ondanks het gevoel van machteloosheid blijft Ali geloven dat Soedan zich ooit zal herstellen. „Misschien maak ik het zelf niet meer mee, maar elke natie heeft fases van vernietiging en wederopbouw gekend. Of het nu Zuid-Afrika, Duitsland of Japan is. Ook Soedan zal herrijzen.”
In Nederland klinkt de solidariteit met Soedan vooral in kleine kring. Mensen mobiliseren voor Soedan blijft lastig, ziet ook Ali. „Palestina is een verhaal dat mensen kennen: tegenover het slachtoffer staat een helder kwaad: de bezetter Israël. De vijand en het slachtoffer zijn heel duidelijk. Soedan laat zich niet vangen in een paar woorden.”
‘Echte solidariteit’
Dat bijna niemand het over Soedan heeft, lijkt iets waar velen zich bij neer hebben gelegd. Maar volgens het Soedanese mediacollectief Sudfa gaat in dat verhaal verloren waar het werkelijk om draait: de internationale belangen, de wapenstromen, de uitbuiting die eraan ten grondslag ligt. „Wat overblijft is medelijden zonder betrokkenheid. Echte solidariteit begint niet bij de constatering dat niemand kijkt, maar bij de wil om werkelijk te begrijpen wat er gebeurt.”
Tussen de spandoeken en leuzen krijgt die gedachte in Utrecht gestalte. Volgens Ali moeten media niet alleen Soedan zichtbaar maken, maar ook tonen wat er werkelijk op het spel staat. „De meeste mensen begrijpen niet wat er in Soedan speelt. Ons continent is meer dan louter een plek waar mensen elkaar zonder reden te lijf gaan. Wij willen elkaar niet uitmoorden. Dat zit niet in onze identiteit.”
Wat voor impact heeft een kleine menigte – deze zondag lopen enkele honderde mensen mee – in een land ver weg van de oorlog? Tikhoe Isaack wéét dat demonstreren werkt. „In Namibië zijn mensen nog steeds dankbaar dat Nederland destijds Zuid-Afrika [Het land bezette Namibië en voerde er een oorlog tegen de onafhankelijkheidsbeweging SWAPO] boycotte tijdens de apartheid. Dus als we dat voor Gaza doen, moeten we ook voor Soedan de straat op. Je mag niet selectief zijn in je solidariteit.”
Lees ook
NRC zou de oorlog in Soedan vanuit meer invalshoeken kunnen belichten

Geef cadeau
Deel
Mail de redactie
NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.