Onderzoekers van de TU Delft publiceerden deze maand ‘scheurenkaarten’ van de ijsplaten van Antarctica. Ze tonen waar het ijs scheurt en hoe de schade door de jaren heen verandert. De kaarten verschenen in Nature Climate Change en zijn gebaseerd op 24 jaar aan satellietdata. „Antarctica vormt een heel grote onzekerheid voor de wereldwijde zeespiegelstijging, en die onzekerheid zit in wat er met de ijsplaten gaat gebeuren”, zegt hoofdonderzoeker Maaike Izeboud (31) in een leeg koffiezaakje in Hilversum. „Met dit onderzoek hebben we de deur geopend om schade aan de ijsplaten wél mee te nemen in voorspellingsmodellen.”
De publicatie is onderdeel van haar promotieonderzoek, dat inmiddels is afgerond. Izeboud werkt nu aan de Vrije Universiteit Brussel als Antarctica-onderzoeker. Afgelopen winter was ze daarvoor nog op de Zuidpool, op zoek naar „heel oud ijs, een supercool project”.
Het ijs op Antarctica scheurt en kalft constant af, de grote vraag is of en hoe dat versnelt door klimaatverandering, steekt Izeboud van wal, terwijl ze haar opgetilde koffie voorzichtig weer neerzet op het schoteltje. „Specifiek keken wij naar de ijsplaten: de drijvende uiteindes van de hele ijskap. Die zijn heel belangrijk, omdat die al het landijs een beetje tegenhouden; ze fungeren als een soort buffer. Dus op het moment dat die afbreken, kan dat grote gevolgen hebben voor het massaverlies van Antarctica – en daarmee voor zeespiegelstijging wereldwijd. Wij hebben specifiek naar één klein deel daarvan gekeken, het scheuren van het ijs. In een sterk opwarmend klimaat neemt dat scheuren toe, in een minder opwarmend klimaat blijft het redelijk stabiel, blijkt uit ons onderzoek.”
Dat klinkt vrij logisch: als het warmer wordt, dan smelt en scheurt het ijs eerder.
„In principe is het wel logisch, maar je moet het ook kunnen laten zien. En er zijn heel veel verschillende processen tegelijkertijd aan de gang; het betekent niet per se dat er dus meer ijs verloren gaat. Want het kan bijvoorbeeld ook zo zijn dat er meer sneeuw valt als het warmer wordt, misschien is dat wel een veel belangrijker proces. Inmiddels zijn we erachter dat dat niet zo is; dat is jammer. De belangrijkste oorzaak dat het ijs meer scheurt, is dat er diep oceaanwater omhoogkomt rondom Antarctica. Dat is warmer dan het water aan de oppervlakte, waardoor het ijs meer kan smelten en dus scheuren.”
Meer scheuren betekent niet direct een afname van het landijs, toch?
„Nee. De ijsplaten liggen in afgebakende baaien met drijvend ijs. Het is een heel natuurlijk proces dat het een beetje naar de zee stroomt, dat er een stuk afbrokkelt. Als dat een beetje fluctueert maar in balans is, is het prima. Maar op het moment dat het allemaal afbreekt, gaan we echt grote verschillen zien.
„En de ijsplaten drijven al: dus als er wat afbreekt, levert dat geen zeespiegelstijging op. Maar het heeft wel impact op de ijssnelheid: de nieuwe influx van landijs dat naar de oceaan komt. We hebben gezien dat hoe meer scheuren er zijn, hoe sneller dat ijs gaat vloeien, zo’n 5 tot 10 procent sneller. En hoe meer scheuren je hebt, hoe groter de kans ook dat er iets anders gebeurt waardoor de hele ijsplaat in elkaar kan storten.”
Ik vind het belangrijk dat we mensen geen angst aanpraten
Nemen de huidige modellen de invloed van schade aan ijsplaten mee?
„Heel weinig. Omdat het een lastig proces is om goed mathematisch in een ijskapmodel te stoppen, waarna het uiteindelijk naar een klimaatmodel gaat. We hebben tot nu toe ook heel weinig observaties om modellen aan te evalueren. Door mijn onderzoek hebben we nu meer dan twintig jaar aan scheurkaarten die we naar de toekomst konden extrapoleren. We hebben de deur geopend om het wél mee te kunnen nemen in de voorspellingen. Dit is hopelijk een goede impuls voor het verder ontwikkelen van ijsmodellen, ik werk nu ook al samen met mensen die daarmee bezig zijn. Dus dat is heel fijn, maar het zijn op dit moment allemaal nog toekomstplannen.”
Is het erg dat het nu niet meegenomen wordt? Hoe groot kan de invloed van Antarctica zijn op de zeespiegelstijging?
„Dat kan een heel groot effect hebben. Het is lastig om te zeggen hoeveel dat nu is. In het laatste IPCC-rapport vormt Antarctica een heel grote onzekerheid voor de wereldwijde zeespiegelstijging: het verschilt van 30 centimeter tot meer dan een meter. En in latere jaren, richting 2300, kan het zelfs meer dan 5 meter bijdragen. En die onzekerheid zit echt in wat er met die ijsplaten gaat gebeuren.
„Wat we zeggen met ons onderzoek is: als er meer opwarming is, worden de ijsplaten instabieler. En dat kan grote gevolgen hebben voor Antarctica. Dat klinkt misschien heel eng, omdat dat echt meters zeespiegelstijging kan betekenen. Dus ik vind het ook altijd belangrijk om erbij te zeggen: we zien dat de keuzes die we nu maken ertoe doen. En meters zeespiegelstijging door Antarctica gaat op een heel lange tijdschaal – het is er niet ineens over tien jaar. Ik vind het belangrijk dat we mensen geen angst aanpraten. Het moet mensen niet inactief – hoe zeg je dat…”
Het moet niet verlammend werken.
„Ja, precies.”
Heeft u het idee dat dat gebeurt bij mensen die u spreekt?
„Soms wel. Het ligt er denk ik een beetje aan in wat voor bubbels je zit. Ik krijg zoveel klimaatdingen te zien, dat kan me soms wel een beetje moedeloos maken. Ik denk dat het belangrijk is dat we beseffen dat we iets kunnen doen.”
U bent niet moedeloos over de toekomst van Antarctica?
„Ik denk wel dat we heel veel van Antarctica gaan verliezen. Dat vind ik heel erg jammer, want het is zo’n bijzondere omgeving, en nog zo weinig aangetast door mensen. Maar ik denk nog wel dat we er veel voor kunnen betekenen.”
Foto Ans Brys
Zoom in
Schrijf je in voor de nieuwsbrief NRC Wetenschap
Op de hoogte van kleine ontdekkingen, wilde theorieën, onverwachte inzichten en alles daar tussenin
Inschrijven
Uitschrijven
Geef cadeau
Deel
Mail de redactie
NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.