Lutsharel Geertruida heeft donderdagavond in Polen niet weten te overtuigen als vervanger van de geblesseerde Denzel Dumfries. Het Nederlands elftal speelde in Warschau met 1-1 gelijk en stelde daarmee officieus deelname aan het WK van 2026 veilig, maar de prestatie op het veld was pover. Geertruida krijgt na afloop kritiek van Hans Kraay junior, die teleurgesteld is in de rechtsback van Sunderland.

“Ik ben nogal fan van Dumfries, zoals jullie weten”, begint Kraay zijn analyse bij ESPN. “Maar ik hoopte zo dat Geertruida op die plek een goede wedstrijd zou spelen, en lekker binnendoor op zou komen.” 

“Bij Feyenoord was dat zo’n lust voor het oog”, aldus Kraay, die zoekt naar een verklaring. “Misschien had hij iets meer druk dan normaal, want hij heeft een tijd niet gespeeld. Hij oogde in ieder geval niet fris.” 

Geertruida kwam volgens de analist telkens net te laat en verloor regelmatig het duel met de Poolse vleugelaanvaller Michal Skoras. “Kijk, hier is hij hem even kwijt. Ik denk: snij hem dan af.”

De vergelijking met Dumfries viel daarbij in het nadeel van Geertruida uit. “Het was een hard act to follow om Dumfries te vervangen,” gaf Kraay aan. “Wat je met Dumfries hebt… hij heeft ook wel gebrekjes.” Toch ziet hij in de Inter-speler een onmisbare factor voor Oranje. “Het is een aanstekelijke energie die Dumfries doorgeeft, met zijn rushes, zijn opduiken voor de goal, zijn tackles, het meenemen van de bal tot de achterlijn.”

Volgens Kraay geeft Dumfries met zijn spel iets extra’s aan het team. “Ik heb de indruk dat als je naar hem kijkt, je zelf ook iets hebt van: dat geeft mij meer energie.” Geertruida slaagde er volgens hem niet in om datzelfde effect teweeg te brengen. Zijn optreden werd in de tweede helft beëindigd door een wissel van Ronald Koeman, die Jan Paul van Hecke inbracht.

Ondanks het gelijke spel is Oranje nagenoeg zeker van groepswinst in de WK-kwalificatie. Alleen een enorme zeperd tegen Litouwen én een monsterscore van Polen tegen Malta kunnen nog roet in het eten gooien. 

Toch overheerst na afloop vooral kritiek op het veldspel. “Het was in het algemeen tempoloos en fantasieloos”, concludeert Kraay. “Er waren heel weinig spelers die echt hun niveau haalden.”