Het virus is maandagochtend vastgesteld. Twee weken geleden is ook vogelgriep vastgesteld bij twee bedrijven in het Friese Drogeham, op zo’n 10 kilometer afstand van Opende. ‘De Noordelijke kustgebieden zijn vatbaar voor vogelgriep, dat is gewoon een feit’, zegt LTO Noord Nederland. 

‘Een hoop gedoe’

De getroffen bedrijven hebben volgens Piet Faber, van LTO Noord en zelf ook pluimveehouder, te maken met ‘een hoop gedoe, een hoop werk en geen geld verdienen’.

‘Het begint met stress bij de pluimveehouder, als je ontdekt dat je zieke dieren hebt’, zegt Faber. ‘Je moet een circuit opstarten en er worden monsters genomen. Dan geldt: keep your fingers crossed. En als de dieren dan vogelgriep hebben, moeten ze volgens Europese wettelijke regels ter plekke worden afgemaakt.’

Vervoersverbod ingesteld

Om verspreiding van het virus te voorkomen, heeft de NVWA een vervoersverbod ingesteld van 10 kilometer rondom het getroffen bedrijf. ‘Je valt in een heel streng, wettelijk stramien. Ook worden bedrijven die binnen de drie kilometerzone liggen intensief gescreend’, zegt Faber.

De NVWA laat weten dat drie bedrijven, die op enkele kilometers van het bedrijf in Opende liggen, de komende dagen getest zullen worden op vogelgriep. Ook mogen 29 andere pluimveebedrijven in het getroffen gebied hun dieren niet vervoeren en ook geen mest afvoeren. ‘Een machteloze positie’, aldus Faber. 

Ontsmettingsfase

‘Wat je doet, is de dieren intensief in de gaten houden en de hygiëne rondom je bedrijf tot het maximale opvoeren. In de pluimveehouderij moet je altijd per stal je schoeisel en kleding wisselen. Maar toch zien we dat jaar op jaar zo’n virus vanuit de omgeving in een stal terechtkomt, met alle gevolgen van dien.’

Volgens Faber maken de getroffen pluimveehouders zich op voor een ontsmettingsfase van een aantal dagen. ‘Daarna moeten de dieren eruit en begin je aan een intensief project van reinigen en desinfecteren.’

Het hoeft niet lang te duren voordat de bedrijven daarna weer opgestart zijn. Faber: ‘Voor vleeskuikens heb je broedeieren nodig. Die liggen drie weken in de broedmachine en dan heb je weer kuikentjes.’ 

Dit bericht is aangevuld met een reactie van Piet Faber, LTO Noord.