In een poging de publicaties over privéuitingen van Hans Wijers, gedaan ruim voordat hij de functie van informateur aanvaardde, te rechtvaardigen, wijst de hoofdredactie op „het belang van waarheidsvinding”. Maar wat heeft NRC nu helemaal aangetoond? Dat een informateur van D66-huize een voorkeur heeft voor een middenkabinet in plaats van een samenwerking met een radicaalrechtse antimigratiepartij vol partijhoppende politieke opportunisten? Daar hadden we dit verhaal echt niet voor nodig. Daarbij: een persoonlijke voorkeur mag in een functie als procesbegeleider helemaal geen rol spelen.

Natuurlijk is het bewuste appje wanstaltig en het woord ‘feeks’ is naar en misogyn taalgebruik. Betrokkene zou daarop op moeten reflecteren en dat heeft hij niet gedaan. Maar wat overblijft van „de waarheidsvinding” is uiteindelijk toch niet veel meer dan bericht over een particuliere mening die is geuit door een op dat moment ambteloos burger. Wil NRC dan dat een ieder die ooit in privécontacten een stevige mening heeft vertolkt voortaan op voorhand wordt uitgesloten van een rol als informateur?

Wouter van Aggelen Arnhem

Lees ook

Wijers uitte in appbericht nog meer kritiek op ‘feeks’ Yesilgöz, treedt terug na vragen van NRC

Informateur Hans Wijers (D66) vertrekt na een gesprek met D66 en CDA over de kabinetsformatie.

SabotageFormatie vertraagd

Ik las net de berichtgeving over het appje van dhr. Wijers. Niets schokkends wat mij betreft. Het enige wat ik mij afvroeg: wat was de journalistieke waarde om deze informatie uit een privé-gesprek naar buiten te brengen? Van alle betrokkenen zijn na enig struinwerk ‘schadelijke’ teksten over anderen te vinden. Dat mensen privé-meningen hebben over anderen, is geen nieuws. Ook niet als je informateur bent. Informateurs zijn ook mensen en mensen vinden dingen over anderen. Het wordt alleen ongemakkelijk en onwerkbaar als iedereen precies weet hoe de één over de ander denkt of schrijft.

Dhr. Wijers is professioneel genoeg om als informateur zijn privé-mening opzij te zetten en in het landsbelang te werken aan zijn opdracht. Net als alle informateurs die de afgelopen decennia coalities hebben verkend. Ook die informateurs vonden dingen van de personen met wie ze gesprekken voerden.

Resultaat van deze berichtgeving: een scoop voor NRC zonder echte nieuwswaarde en, nog veel belangrijker, de (in)formatie loopt vertraging op. Ik merk dat ik er boos van word, want op deze manier kun je elke samenwerking saboteren. En daar zitten we op dit moment juist niet op te wachten.

Bram de Deugd Bilthoven

grensWat is de volgende stap?

Wat Wijers schreef, maakte het inderdaad onmogelijk voor hem om aan te blijven als informateur. Maar het riep wel voor mij de vraag op waar de grens ligt voor journalisten van de NRC. Is app-verkeer immers niet net zoiets als telefoneren?

En wat is de volgende stap? Worden nu alle neefjes van Henri Bontebal benaderd of er misschien iets sappigs in een familie-appgroep staat? Of krijgen de oppassen van Jesse Klaver de vraag of zij misschien in een appje van hem iets leuks hebben gelezen, waaraan we nog politieke consequenties kunnen verbinden?

Het doet me een beetje denken aan de ophef die ontstond toen vijftien jaar geleden journalisten de vuilniszakken van André Rouvoet en Alexander Pechtold analyseerden. Is er sindsdien veel veranderd?

Erik Jan Kleingeld Rotterdam

HuldeEvident vooringenomen

Ik vind het dapper en noodzakelijk dat NRC dit nieuws heeft gebracht.  Een informateur mag uiteraard een politieke kleur hebben. Maar een informateur mag niet een pesthekel hebben aan een partijleider en haar hele partij en de voorkeurscoalitievorming van die partij. Zeker niet wanneer nu juist een kernvraag is: gaan we met die partij en dier voorkeuren samenwerken of niet?  
 
Wijers is evident sterk vooringenomen over de uitkomst van het proces en daarmee geen geloofwaardig informateur.  Hulde aan NRC dat ze dit hebben uitgevogeld en nog meer hulde voor de, naar ik hoop, rechte rug. Hierover het boetekleed aantrekken zou voor mij het kapituleren zijn voor ideologische waarheid boven neutrale waarheid. 

Margot Smits via LinkedIn 

Terughoudend

Doorgeefluik

Essentieel lijkt mij of de journalist het betreffende […] privé-appje actief kreeg aangereikt of deze informatie na lang zoeken en doorvragen min of meer zelf vond. In het eerste geval moet NRC zich toch afvragen of het voor een karretje is gespannen, en zo ja voor welk. Die gedachte alleen al maakt onrustig. 

De macht ligt niet enkel bij Wijers. Informateurs komen altijd van een politieke partij en ze zijn dus per definitie politiek gekleurd. Het is daarom niet gek dat sommige mensen en politieke partijen baat hebben bij de val van een informateur. Juist in dit geval had NRC terughoudend moeten zijn, en moeten checken wie dit lekte en met welk doel. Nu werd NRC gebruikt als doorgeefluik, met succes.

Niet het appje maar het belang achter het lek zou het nieuws moeten zijn. Bovendien totaal niet te vergelijken met Plasterk en Van Strien, die werden beschuldigd van strafbare feiten. 

Jeroen Smit onderzoeksjournalist, via LinkedIn 

JournalistiekTerechte conclusie

De journalisten van NRC hebben gedaan wat je van een redactie van dit niveau mag verwachten: relevante informatie boven tafel krijgen die ertoe doet. De uitkomst is helder. Hans Wijers heeft terecht geconcludeerd dat hij, in deze context, geen rol kan vervullen die past bij wat Nederland van een informateur verlangt. Dat is geen politieke intrige, maar het gevolg van normale journalistieke controle.

De vraag naar de identiteit of kleur van de ‘lekker’ is daarom een dood spoor. Verwachten dat NRC die onthult, zodat er weer een rondje speculatie kan beginnen, mist het punt volledig. Journalistiek mag — en moet soms — werken met anonieme bronnen, mits daar een gerechtvaardigde reden voor is. In dit geval ligt die reden er gewoon.

Guido van Nispen, via LinkedIn

PrecedentVandaag Wijers, morgen iemand anders

De val van Hans Wijers zegt meer over het huidige politieke klimaat dan over Wijers zelf. Eén uit zijn context getrokken appje, één morele reflex, en een van de meest ervaren bestuurders van ons land wordt zonder aarzeling aan de kant geschoven. 

Niet op basis van de inhoud, maar door een gecreëerde hetze rondom een persoon, een van de meest ervaren bestuurders die ons land heeft voortgebracht.  Dat is geen gezonde politieke cultuur. Dat is een bestuursklimaat dat zichzelf langzaam ondermijnt. De verklaring van Rob Jetten — „de enige logische keuze” — illustreert dit pijnlijk.

Het klinkt resoluut, maar in werkelijkheid creëert het een precedent. Vandaag Wijers, morgen iemand anders. Uiteindelijk treft het iedereen die nog bereid is verantwoordelijkheid te dragen in het vizier. Want wie ziet dat één privébericht, hoe onhandig ook, genoeg is om een loopbaan of inzet van decennia in één klap weg te vegen, vraagt zich af: waarom zou ik dit werk nog willen doen?

Als we bestuurders reduceren tot momentopnames en reflexen, dan maken we het openbaar bestuur niet schoner, maar leger. Dan jagen we de kundige mensen weg en blijven de ja-knikkers over. Dat is geen vooruitgang — dat is bestuurlijke verarming.

Het gevolg is voorspelbaar: nog minder ervaren mensen, nog minder bereidheid om verantwoordelijkheid te nemen, nog meer angst om fouten te maken. En dus nóg meer incidentpolitiek. Meer tinnen soldaatjes in de Eerste Kamer, Tweede Kamer, gemeenteraad; meer  tinnen soldaatjes die de departementen besturen.

Ibrahim Wijbenga Amsterdam

FraudeManke vergelijking

In uw redactionele verantwoording over het publiceren van het Wijers-appje trekt u de vergelijking met publicaties over Van Strien en Plasterk. Naar mijn mening gaat de vergelijking mank. De één had fraude gepleegd en de ander was met patenten aan de haal gegaan. Bij Wijers publiceert u privéberichten die op geen enkele manier strafbaar zijn. Je kunt er van alles van vinden, maar dan nog. De spindoctor van Yesilgöz had een fijne dag.

Peter Cornelisse Arnhem

TaalgebruikZonder meer nieuwswaardig

Het is in elk geval duidelijk geworden hoe de heer Wijers praat over een vrouw als Dilan Yesilgöz. Het is goed dat dat snel duidelijk is geworden. Ik kan me zelden vinden in wat ze zegt of doet, maar de bewoordingen zijn ongepast en zeggen iets over hoe de heer Wijers ‘in de wedstrijd’ zit. Je kunt twisten over de manier waarop het naar buiten is gekomen, maar het is goed dát het naar buiten is gekomen. We moeten af van dit soort taalgebruik en denkbeelden in de benadering van vrouwen die een hoge politieke functie vervullen. Ik vind het zonder meer nieuwswaardig. 

Caren Schipperus via LinkedIn 

PrivacyZand in democratische machine

Het is natuurlijk niet netjes om iemand leugenaar of feeks te noemen. Maar wat je in een privé-appje zegt, is privé.

„Wijers is een publiek figuur”, luidde de verdediging van de hoofdredactie: zijn uitlatingen komen sneller onder een vergrootglas te liggen. Maar stel dat een journalist van NRC privé een kritisch appje schrijft over een politicus, en iemand brengt dat appje, los van de context, naar buiten? Het openbaar maken van zo’n privé-uitlating zou terecht worden gezien als een inbreuk op de privacy, het telecommunicatiegeheim en de journalistieke vrijheid.

In de politiek bestaan grote tegenstellingen. Die worden flink uitvergroot. Door politici én media. Want daar smullen de lezers van. Veel mensen die een belangrijke rol spelen in de politiek, zullen privé weleens iets lelijks hebben gezegd over een andere politicus. Zo zal het dus heel moeilijk worden om nog iemand te vinden die informateur kan worden.

NRC heeft daarmee effectief zand gestrooid in de democratische machine. Nota bene de krant waarin Sigrid Kaag ooit in een cartoon als heks werd afgebeeld, terwijl zij op een bezemsteel op de Twin Towers af vliegt. Niet in een privébericht, maar op pagina 10 van de krant. Natuurlijk: een cartoonist mag ver gaan en schokken. Maar heeft een (oud-)politicus minder vrijheid in een privébericht?

Nico Visser Leidschendam

WillekeurBreder levend symptoom

Te vaak en te gemakkelijk wijzen journalisten op hun basale taak om relevante informatie met de wereld te delen, zonder daarbij de consequenties voldoende te hebben afgewogen. Het asymmetrische speelveld (privéberichten van Wijers lijken op zichzelf te staan en daarmee nieuwswaarde te hebben, terwijl iedereen weet dat alle andere spelers ook een privémening hebben, die al dan niet gedeeld is met hun directe omgeving maar verborgen blijft) zorgt voor een extra verantwoordelijkheid die naast ‘nieuwswaarde’ meegewogen mag worden.  

Een redactie is simpelweg nooit in staat om dat brede speelveld te objectiveren, zodat er een wel-symmetrische situatie kan ontstaan. Dat geldt richting politiek net zozeer als richting bedrijfsleven, sportwereld, de entertainmentindustrie of de journalistiek zelf. Op al die terreinen zien we dat journalisten misstanden aan de kaak stellen, terwijl het op zijn best sprekende voorbeelden zijn van een breder levend symptoom. Journalisten zijn beperkt in hun tijd en daarbij volledig afhankelijk van de toevallige tips, bewuste lekken en eigen keuzes die hun focus bepalen. De factor toeval leidt daarbij tot (gepercipieerde) willekeur. In de zaak-Wijers is dat pijnlijk zichtbaar geworden. 

Bart Brouwers hoogleraar journalistiek, via LinkedIn 

Geef cadeau

Deel

Mail de redactie

NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.