Twee uithuisgeplaatste kinderen van tien en negen jaar oud zijn circa drie jaar lang mishandeld in een ‘gezinshuis’. De verzorgers deelden stelselmatig klappen uit met de vuist of vlakke hand, evenals oorvijgen. Ook werden de slachtoffers gebeten door een hond, waardoor ze een forse wond en litteken opliepen. Over de hondenbeten moesten ze zwijgen, de huisarts werd gemeden.

Verder moesten de minderjarigen, die op een boerderij verbleven, dode dieren opruimen, hokken uitmesten en schoonmaken. Als deze kinderarbeid niet tijdig was afgerond, kregen ze geen eten, blijkt uit een tussenuitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, die dinsdag werd gepubliceerd. De mishandeling begon een maand na plaatsing, circa drie jaar terug.

Volgens de kinderrechter is de verklaring die de kinderen hebben afgelegd „gedetailleerd, specifiek en consistent”. De rechter gebruikte een „neutrale interviewmethode”, om beïnvloeding zoveel mogelijk te voorkomen.

Over de pedagogische vaardigheden van de verzorgers van het gezinshuis bestonden al langer twijfels, stelt de rechtbank. Volgens Dagblad van het Noorden omdat de kinderen onder meer vet haar hadden en onverzorgde kleding. Toen een van de kinderen op school aankwam met een onbehandelde bijtwond, trok het schoolhoofd aan de bel. Na een gesprek met de jeugdbeschermer zijn beide kinderen „onmiddellijk” overgeplaatst naar een ander gezinshuis.

De rechtbank wil dat de politie en Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) de zaak verder onderzoeken.

Gezinshuizen

Gezinshuizen zijn een vorm van jeugdhulp waarbij vaste begeleiders – dikwijls stellen – de hele week professionele zorg bieden aan kinderen en jongeren tussen 0 en 24 jaar. Nadat de verantwoordelijkheid voor jeugdzorg in 2015 bij de gemeente kwam te liggen, zijn dergelijke huizen in opmars.

De William Schrikker Stichting had de voogdij over de twee kinderen. Deze organisatie was ook verantwoordelijk voor het mishandelde ‘Vlaardingse pleegmeisje‘. Zij had botbreuken, striemen, hersenletsel en was ondervoed. Hulpverleners hadden echter de indruk dat het pleeggezin goed met het slachtoffer overweg kon, zonder thuis polshoogte te nemen. In die zaak doet de rechtbank volgende week dinsdag uitspraak.

Een woordvoerder van de stichting stelt tegenover Dagblad van het Noorden dat de zaak van de twee kinderen verschilt van de kwestie met het Vlaardingse pleegmeisje, „omdat in deze zaak onmiddellijk gereageerd is na signalen en de kinderen in veiligheid zijn gebracht.” In het geval van de twee kinderen heeft de stichting melding gemaakt bij de Inspectie, schrijft ze in een verklaring. Ook volgde een aangifte tegen de gezinshuisouders.

Lees ook

Wie precies verantwoordelijk was voor de gruwelijkheden in Vlaardingen en hoe dit stel pleegouder kon worden, blijft ook op de derde zittingsdag onbeantwoord

Rechtbank op het Wilhelminaplein in Rotterdam.

Geef cadeau

Deel

Mail de redactie

NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.