1. Waarom stopt Verhoeven bij Glory?
Om meerdere redenen, zoals ‘meer geld en meer aanzien’, maar dit is volgens ex-kickbokser Remy Bonjasky de belangrijkste: Verhoeven wil van vechtsportfans wereldwijd erkenning krijgen als een belangrijke vechter. “Er wordt in de vechtsportwereld vaak gekscherend gezegd dat Rico wereldkampioen is in Nederland”, legt Bonjasky uit. “Kickboksen is populair in Nederland, maar veel minder in de rest van de wereld.”
Vechtsportjournalist Giovanni Tjin noemt dezelfde reden: “Kickboksen is groot in Nederland. Hij heeft in het kickboksen niets meer te bewijzen. Er zijn geen tegenstanders over. Hij wil een nieuwe uitdaging.”
Voor mondiale erkenning moet Verhoeven zich dus laten zien in een andere discipline. Het ligt voor de hand dat hij óf gaat boksen, óf overstapt van Glory (dat alleen kickboks-evenementen organiseert) naar een organisator van MMA-gevechten. Boksen is nog altijd groot, maar MMA is nu de populairste vechtsport ter wereld.
MMA staat voor Mixed Martial Arts, een combinatie van meerdere vechtsporten. Gevechten spelen zich af in een kooi en er wordt niet alleen staand gevochten, maar ook grondgevechten zijn toegestaan.
UFC (Ultimate Fighting Championship) is de grootste organisator van deze sport, maar er zijn andere organisaties zoals PFL (Professional Fighters League).
“Op een gegeven moment is het genoeg geweest”, zei Verhoeven. Dat zie je in deze video:
Fans wereldwijd erkennen dat Verhoeven een goede vechter is, stelt Bonjasky, toch wordt hij niet tot de groten in de vechtsport gerekend. “De fans denken: laat het eerst maar zien tegen de grote jongens in de MMA, dan zullen we zien wat het waard is. Een goed voorbeeld is Alex Pereira, een lichtzwaargewicht die bij Glory in het kickboksen alles won. Pas toen hij in de MMA ook won, kreeg hij van fans écht erkenning. Die erkenning krijgt Rico niet.”
Zowel Bonjasky als vechtsportjournalist Tjin legt ook een link met de ambitie van Verhoeven om een carrière op te bouwen als acteur in Hollywoodfilms. Tjin zegt daarover: “Je krijgt de beste rollen als je populair bent en veel volgers hebt, dat speelt natuurlijk een rol. Aandacht is in Hollywood de hoogste valuta die er is. Wil je internationaal doorbreken, dan is de MMA een veel groter podium dan kickboksen.”
2. Wordt het boksen of MMA?
Tjin denkt MMA, Bonjasky neigt meer naar boksen.
Tjin legt uit: “Rico heeft affiniteit met MMA. Hij heeft al een keer een gevecht gedaan ook. Toen heeft hij zijn tegenstander in een grondgevecht verslagen. En hij heeft ook geflirt met een gevecht tegen Francis Ngannou, die onder contract staat bij PFL. Gisteren had ik contact met iemand van die organisatie, en ik weet dat ze Rico graag zouden tekenen.”
Bonjasky ligt zijn vermoeden toe: “Hij zou voor MMA een heleboel nieuwe technieken moeten leren, zoals verwurgingen. Maar boksen kan hij al. En hij is een staande vechter.”
Mocht de keus op MMA vallen, dan moet Verhoeven volgens Bonjasky uit een ander vaatje tappen. Verhoeven staat bekend als een tactische vechter die zijn tegenstanders op punten verslaat. “Voor MMA-fans is een kampioen iemand die zijn tegenstanders horizontaal slaat. Dat doet Verhoeven niet. Pas als hij zijn mannetje staat tegen vechters als Tom Aspinall en Jon Jones gaan ze hem echt serieus nemen.”
Tjin hoopt op een gevecht tegen Pereira, die bij Glory in een lagere gewichtsklasse uitkwam, maar Verhoeven al wel eens uitdaagde. “Toen kwam het niet tot een gevecht, maar hoe mooi zou het zijn?”
3. Is Verhoeven met zijn 36 jaar nog op tijd?
Bonjasky denkt van wel, al had Verhoeven volgens hem niet veel langer moeten wachten. “Het is op het randje, maar het kan nu nog prima. Zeker bij de zwaargewichten: Francis Ngannou is 39, Jon Jones is 38. Rico kan met zijn 36 jaar dus nog wel even mee.”
Ook Tjin ziet in Verhoevens leeftijd geen bezwaar: “Dat kan nog prima.”
4. Is Verhoevens exit de doodsteek voor Glory?
Volgens Bonjasky is het kickboksen, en de toekomst van Glory, niet uitgespeeld. Maar hij begint zijn betoog wel met de vaststelling dat kickboksen momenteel weinig belangstelling heeft van vechtsportfans. Bovendien, zegt hij, zijn er naast Verhoeven nog meer Glory-vechters die een overstap naar een andere discipline overwegen, zoals Ben Saddik en Levi Rigters.
Bonjasky vergelijkt het met karate: “In de jaren 80 was je de master als je kampioen was in karate. Toen kwam K1-kickboksen, waarin ik zelf actief was. Sneller, harder, spectaculairder. Al snel kon je karate alleen nog zien in lokale gymzaaltjes. Als het kickboksen niet oppast, wacht dat lot nu voor deze sport. Fans hebben zich opnieuw op een sport gericht die sneller, harder en spectaculairder is.”
Maar Bonjasky ziet ook kansen: Verhoeven was al meer dan 10 jaar de onbetwiste kampioen en ‘hield de sport in zijn greep’. “Knap natuurlijk, maar dat maakte het ook saai en voorspelbaar voor volgers”, zegt hij.
“Eens per jaar verdedigde hij zijn titel, en dat was het weer”, gaat Bonjasky verder. “De spanning was eruit. Nu kan die spanning terugkeren. Glory is zijn kampioen kwijt, maar daardoor kunnen er juist nieuwe kampioenen opstaan. Gevechten worden weer leuk om te volgen, omdat je niet weet wie er zal winnen.”
De voormalig K1-kampioen heeft nog wel een advies voor Glory: “Organiseer toernooien, in plaats van losse gevechten. Dat geeft gewoon meer spektakel.”
Ook Tjin ziet nog toekomst voor kickboksen en Glory: “Ik denk zelfs dat het goed is voor de sport. Het kan een nieuwe impuls geven. Nieuwe verhalen opleveren. Als ze de marketing eromheen ook goed aanpakken, kunnen er mooie gevechten worden georganiseerd.”