De discussie over verkeersboetes is weer opgelaaid na uitspraken van CJIB-directeur Albert Hazelhoff in de Leeuwarder Courant. Hij zei dat de hoogte van de boetes en de verhogingen bij te laat betalen, niet meer in verhouding staan tot de ernst van de overtreding. Demissionair minister Foort van Oosten gaf in een reactie toe dat de boetes ’tamelijk hoog’ zijn, maar wil ze niet verlagen. “Makkelijkste manier om geen boete te krijgen, is je aan de regels houden.”
‘Om belastingspot te spekken’
Volgens deskundigen is dit een gemiste kans. Zij vinden dat het huidige boetestelsel inderdaad uit balans is. Boetes zijn te hoog, verhogingen buitensporig, en het systeem houdt geen rekening met de financiële draagkracht van de overtreder, zeggen ze.
“We horen al jaren dat boetes omhooggaan om de belastingpot te spekken”, merkt hoogleraar strafprocesrecht Joep Lindeman van Universiteit Utrecht op. De hoge bedragen zijn niet meer te rechtvaardigen, vindt hij. “Dat is een gek verhaal. Boetes horen te gaan over verkeersveiligheid, niet over het vullen van begrotingsgaten.”
Systeem uit jaren 80
Het boetesysteem zoals we dat kennen, bestaat al sinds de jaren 80. Oorspronkelijk vielen verkeersovertredingen onder het strafrecht, maar dat bleek te omslachtig. “Het ging toen om lichte feiten die veel tijd kostten voor rechters,” legt Lindeman uit. “Daarom kwam er het administratieve systeem via het CJIB zoals we dat nu hebben.”
Volgens Lindeman lopen verkeersboetes inmiddels gelijk met strafrechtelijke boetes voor geweldsdelicten. “Voor een klap zonder letsel krijg je een boete van 400 euro. Er zijn boetes voor verkeersovertredingen die ongeveer net zo hoog zijn. Toch kan je dat niet zomaar vergelijken, want bij die boete voor een klap krijg je ook een strafblad.”
Doel gaat verloren
Ook verkeerspsycholoog Matthijs Dicke-Ogenia noemt de huidige boetes “niet meer uitlegbaar”. Hij wijst erop dat een deel van de verhogingen vorig jaar werd ingevoerd om de begroting te dichten. “Dan gaat het doel van verkeersveiligheid volledig verloren. Zodra mensen doorhebben dat iets niet om gedrag maar om geld draait, nemen ze het niet meer serieus.”
Volgens Dicke-Ogenia werkt een hoge boete alleen op de korte termijn. “Als er snel iets moet worden aangepakt, kun je de boete even flink verhogen om aandacht te trekken. Maar structureel werkt dat niet. Gedrag verander je niet door angst voor een bon, maar door een reële pakkans.”
‘Belangrijker om pakkans te vergroten’
De verkeerspsycholoog pleit voor meer controle in plaats van hogere bedragen. “Het is veel belangrijker om de pakkans te vergroten. Mensen passen hun gedrag aan als ze denken: ‘straks ben ik aan de beurt’. Dat is de ideale situatie: weinig boetes, maar groot gedragseffect.”
In Nederland, zegt hij, is het aantal controles door de politie echter vrij laag. “De politie heeft grotere zorgen dan snelheidsovertredingen. Daardoor worden veel overtredingen automatisch afgedaan. En dan verdwijnt het menselijke oordeel.”
Menselijk onderdeel ontbreekt
Dat menselijke oordeel ontbreekt volgens strafrechtadvocaat Dieuwke van den Broek structureel. “Bij verkeersboetes wordt geen rekening gehouden met de mate van verwijtbaarheid. Of iemand bewust te hard reed of gewoon een bord miste, dat maakt niet uit. Dat is wrang.”
Ze noemt het voorbeeld van geen voorrang verlenen. “Dat kost je 350 euro, en 450 als het om iemand met een blindenstok gaat. Natuurlijk moet dat zwaar wegen, maar soms is het gewoon een vergissing. Dan voelt zo’n boete buiten proportie.”
Schulden door verkeersboetes
Een ander punt van kritiek zijn de verhogingen bij te laat betalen. Wie niet tijdig betaalt, ziet zijn boete met anderhalf vermenigvuldigd worden, en daarna nog eens verdubbeld. “Dan zit je dus op 300 procent van het oorspronkelijke bedrag,” zegt hoogleraar Lindeman. “Dat is veel hoger dan wat particuliere deurwaarders mogen rekenen.”
Volgens hem zorgt die stapeling ervoor dat mensen met lage inkomens diep in de problemen komen. “Je kunt iemand niet blijven straffen voor iets wat hij simpelweg niet kán betalen.”
Ongelijkheid
Dicke-Ogenia ziet in zijn praktijk dat het vaak misgaat bij mensen die al schulden hebben. “Ze openen hun post niet meer of weten niet hoe ze een regeling moeten aanvragen. Dan lopen de bedragen razendsnel op.” Hij noemt de verhogingen “absurd”: “Wie het geld niet heeft, kun je niet nog harder straffen.”
Tegelijk blijven sommige veelverdieners onverschillig. “Er zijn mensen die lachend 3.000 euro per jaar aan boetes betalen,” zegt Dicke-Ogenia. “Ze doen gewoon wat ze willen. Dat laat zien hoe ongelijk het systeem uitpakt.” Van den Broek pleit daarom voor inkomensafhankelijke boetes, zoals in Finland of Zwitserland. “Mensen met dure auto’s liggen niet wakker van 300 euro, maar iemand met een uitkering wél. De financiële pijn moet evenredig zijn.”
Hoge boetes zouden ons gedrag in het verkeer moeten verbeteren, maar doen ze dat ook?Menselijkere systeem
Volgens strafrechtadvocaat Van den Broek zou dat juridisch goed mogelijk zijn. “We hebben al systemen die rekening houden met draagkracht, bijvoorbeeld bij alimentatie of strafrechtelijke geldboetes. Er is geen reden waarom dat bij verkeersboetes niet zou kunnen.”
“Het systeem moet menselijker worden. Nu is het voor sommigen een financiële val, voor anderen een formaliteit. Dat ondermijnt het draagvlak voor de regels.”
‘De rechtvaardigheid verdwijnt’
Lindeman stelt dat het systeem ooit bedoeld was om juist rechtvaardiger te zijn. “Door overtredingen administratief af te doen, hoef je niet meteen een strafblad te krijgen. Dat werkt goed.”
“Maar nu zijn de bedragen zo hoog dat de rechtvaardigheid juist verdwijnt”, zegt hij tot slot.