De regels voor de huurtoeslag worden vanaf 1 januari 2026 aangepast, waardoor ook mensen met een hogere huur in aanmerking komen. Jongeren van 21 en 22 jaar kunnen volgend jaar soms een hoger bedrag ontvangen. Daarnaast tellen de servicekosten niet meer mee in de berekening.

Vanaf 2026 kan je huur niet meer te hoog zijn om de toeslag aan te vragen, zolang je aan de overige voorwaarden voldoet. Het inkomen en vermogen van een huurder mogen bijvoorbeeld niet boven de toegestane grenzen uitkomen en de woning moet een zelfstandige woonruimte zijn.

De hoogte van je toeslag blijft dus wel onder andere afhankelijk van je huurprijs en je inkomen. Zo geldt voor alleenstaanden in 2026 een maximale vermogensgrens van 38.479 euro.

Jongeren

Voor huurders vanaf 21 jaar wordt de toeslag berekend tot een maximale huur van 932,93 euro. Is de huur hoger, dan wordt over het deel boven dit bedrag geen toeslag berekend. Voor jongeren van 18 tot en met 20 jaar geldt een maximale huurgrens van 498,20 euro. Bij een lagere huur wordt de toeslag berekend op basis van de daadwerkelijke huurprijs.

In 2025 vielen de jongeren van 21 en 22 jaar nog onder de lagere jongerengrens. Vanaf volgend jaar is dat dus niet meer het geval, waardoor zij soms meer huurtoeslag kunnen ontvangen.

Servicekosten

Vanaf 2026 telt de Dienst Toeslagen alleen de kale huur. Servicekosten worden niet langer meegenomen in de berekening. Dienst Toeslagen past dit automatisch aan als huurders in 2025 wel huurtoeslag over servicekosten ontvingen.

Het berekenen van je toeslag, eventuele uitzonderingen en meer informatie lees je op de site van de Belastingdienst. Huurders die al toeslagen ontvangen, krijgen in december 2025 een brief met het voorschotbedrag voor 2026 op basis van de bij Dienst Toeslagen bekende gegevens.