•
Vandaag
•
leestijd 2 minuten
•
2193 keer bekeken
•
bewaren
Het debat over Wierd Duk laaide dit weekend opnieuw op toen hij in het EO-programma Dit is de Week opstond en wegliep zodra het gesprek te kritisch werd. In zijn Volkskrant-column van vandaag schrijft Sander Schimmelpenninck dat redacties hem niet meer moeten uitnodigen omdat het gesprek dan automatisch wordt bepaald door rancune en nooit meer over de inhoud gaat. Een herkenbare frustratie, maar helaas ook een miskenning van wat een open democratie verlangt.
Dat Wierd Duk theatrale uitwegen zoekt zodra hij inhoudelijk wordt bevraagd, is niet een argument om hem nergens meer te laten aanschuiven. Het is precies het argument om dat wél te blijven doen. Een journalist, columnist of influencer die alleen functioneert in zijn eigen veilige omgeving moet niet worden weggefilterd, maar worden tegengesproken. Niet om hem een podium te geven, maar om het publieke debat te beschermen tegen de illusie dat wegkijken een vorm van de-escalatie zou zijn.
Schimmelpenninck stelt dat Duk maar een klein hoekje van het internet vertegenwoordigt en dat uitsluiting geen achterban raakt. Dat klopt feitelijk, maar het gaat voorbij aan de essentie van het publieke debat. Want zodra je besluit een stem niet meer inhoudelijk te benaderen, verschuift de strijd van argumenten naar slachtofferschap en martelaarschap. Precies daar gedijt desinformatie het snelst. Niet omdat het numeriek groot is, maar omdat het onaangevochten blijft.
De zaterdagavond liet iets anders zien. Op het moment dat Duk werd geconfronteerd met feitelijke citaten en een scherpe vraag, liep hij weg. Het contrast kon niet groter zijn. De enige die het podium verliet, was hijzelf. Niet zijn critici. Niet de kijker. Niet het debat. Dat wegloopmoment had geen stilzwijgen nodig maar duidelijkheid: je kunt altijd weglopen, maar je kunt niet verwachten dat een democratie met je meeloopt.
Waar Schimmelpenninck terecht waarschuwt voor valse balans en gemakzuchtige empathie, vergist hij zich in de consequentie. Het antwoord op de normalisatie van extremiteit is niet een boycot, maar een sterke interviewer, scherpe redactie en een publiek dat ziet dat feiten overeind blijven, ongeacht het volume van de verontwaardiging. Het gesprek ongevoeld laten is één ding, het gesprek structureel ontlopen is iets anders.
Democratie is geen veilige ruimte. Ze is een strijdtoneel van ideeën waarin juist de botsing zichtbaar moet blijven. Wie moeilijke stemmen uit de media bant, versterkt ze in hun parallelle universum. Wie ze confronteert, haalt ze daar weg en test hun argumenten op open veld. Dat is geen naïviteit, dat is vertrouwen in de kracht van openbaarheid.
Het echte gevaar is niet dat Wierd Duk aan tafel zit. Het echte gevaar is dat progressieve en democratische stemmen zichzelf van die tafel verwijderen. Want dan wint niet het beste argument, maar het hardste slachtofferverhaal. Dat zagen we zaterdag. Precies daarom moet het debat niet worden vermeden, maar beter worden gevoerd.

