SBS 6-ster Linda de Mol was er helemaal voor uitgeleend aan RTL 4. Er is alles op alles gezet om van haar tv-kindje Briljante Breinen een succes te maken, maar het is geflopt. “Gunfactor kwijt.”

Door onze entertainmentredactie

Linda de Mol © RTL

Linda de Mol teert momenteel volledig op oude successen: Miljoenenjacht en Gooische Vrouwen houden haar nog aan het werk, maar op haar nieuwe format Briljante Breinen zat niemand te wachten. Het programma is genadeloos geflopt op RTL 4, en van de week werd bekend dat er dan ook geen tweede seizoen komt.

‘Gunfactor kwijt’

Hoe kan een show van Linda, die toch lange tijd gold als tv-koningin van ons land, zó hard floppen? Telegraaf-verslaggever Jordi Versteegden bespreekt het in zijn podcast Strikt Privé. “Linda de Mol heeft een uitstapje gemaakt naar RTL 4 met Briljante Breinen, een programma uit haar briljante brein, maar er komt geen tweede seizoen van.”

Daarop zegt Privé-sterjournalist Jan Uriot: “Nee, maar al die spin-offs en wat een beetje gejat is van De Verraders en De Slimste Mens, is allemaal in een trechter gegooid, in een blender gegooid, en dan krijg je er dit uit. Het werkt niet altijd. En ik geloof dat Linda de gunfactor niet meer helemaal heeft op het ogenblik.”

‘Hoe kan dat?’

Jordi vraagt zich af waar de gunfactor gebleven is. “Hoe komt dat dan?”

Jan: “Ja, dat zal dan toch wel met die zaak te maken hebben met Jeroen. Ik denk dat de publieke opinie daar inderdaad wel over verdeeld is.”

Jordi: “Ik weet het niet. Als het een leuke quiz is, dan blijf je toch kijken, en op zich waren de kijkcijfers niet eens zo superslecht. Dat waren er ongeveer 600 duizend. Dat is ook niet om over naar huis te schrijven, maar…”

Niet geweldig

Linda is haar magie gewoon kwijt, aldus Jan. “Je ziet het nu ook met Gooische Vrouwen. Dat gaat ook al niet zo geweldig, terwijl ik het enig vind.”

Het wordt tijd om op andere mensen in te zetten, besluit hij. “Ik vind vooral die Tante Cor zo leuk. Als ik John de Mol was, zou ik die vrouw, Beppie Melissen, een eigen talkshow geven als Tante Cor.”