Dat in Groningen deze stof veel gebruikt wordt, heeft vooral te maken met het type landbouw in de provincie. Akkerbouwgewassen die hier veel worden geteeld, zoals aardappelen en suikerbieten, zijn gevoelig voor ziekten en plagen. Daardoor worden relatief veel gewasbeschermingsmiddelen ingezet, waaronder middelen met PFAS.

PFAS verbetert de werking van de bestrijdingsmiddelen, zegt Eric Kiers van stichting CropLife NL, de branchevereniging van fabrikanten van gewasbeschermingsmiddelen. ‘Het voordeel van deze middelen is dat ze gemiddeld genomen effectiever en stabieler zijn waardoor je met minder werkzame stof eenzelfde effect kunt bereiken.’

Alternatieven

Rubertus Clevering gebruikt PFAS-houdende beschermingsmiddelen, net als veel andere Groningse boeren. Hij teelt hoofdzakelijk pootaardappelen en gebruikt naar eigen zeggen zeven of acht middelen die PFAS bevatten: ‘Er zijn best belangrijke middelen die wij gebruiken in de aardappelteelt, waarvan nu blijkt dat er PFAS in zit.’

Clevering zegt dat alternatieven niet altijd beschikbaar zijn en dat boeren afhankelijk blijven van een bepaalde mix van middelen om ziekten effectief te kunnen bestrijden. Hij legt uit dat het advies al jaren is om gewasbeschermingsmiddelen af te wisselen om resistentie tegen middelen te voorkomen.

Knop omzetten

Volgens Clevering zouden boeren zonder PFAS-houdende middelen te weinig opties overhouden om goed die bestrijdingsmiddelen te kunnen afwisselen. ‘Ik kan me heel goed voorstellen dat PFAS een probleem is, maar we kunnen niet opeens van het ene moment op het andere de knop omzetten en zeggen: dat middel gebruiken we niet meer.’