Viervoudig wereldkampioen Max Verstappen heeft de Formule 1 al meer dan eens op de kop gezet. Een ultieme titanenstrijd met Lewis Hamilton in 2021 en een recordseizoen in 2023: geef de Nederlander een goede auto, en hij lijkt haast onverslaanbaar. Daar is Verstappen zich zelf ook goed van bewust. Hij maakt het verschil vooral met zijn mindset, benadrukt hij in gesprek met de BBC. 

“Ik weet dat ik nooit op zal geven. Ik weet dat ik altijd zal proberen om het maximale uit een situatie te halen. Kan ik op één dag verslagen worden? Natuurlijk, dat kan iedereen overkomen. Maar kan je me 24 races in een jaar verslaan? Nee. Als je mee wil vechten in een kampioenschap, moet je dat zo aanpakken. Dat is het lastigste deel.”

Toch kreeg Verstappen dat lastigste deel al op jonge leeftijd mee van vader Jos. “Dat kreeg ik volle bak ingeprent, toen ik nog een kind was. Maar het niveau waarop ik nu presteer, heeft ook wel te maken met mijn ervaring.” 

Verstappen: ‘Ik wist wat ik moest doen, maar het was niet mogelijk’

“Mijn mentaliteit is altijd hetzelfde gebleven. Daarom kon ik vroeg in mijn carrière ook heel gefrustreerd raken. Ik wist namelijk wel wat ik moest doen, maar het was gewoon niet mogelijk. Of dat ik het bijvoorbeeld niet tot uiting kon brengen, omdat er nog een hele hoop andere factoren bij kwamen kijken. Maar dan wist ik wel dat het er was.” 

“Tot 2021 had ik natuurlijk nooit echt een auto die het mogelijk maakte te vechten om een titel, en dan is het onmogelijk om echt te laten zien dat je dat kan.” 

Dat kan ook dit seizoen goed van pas komen, in de titelstrijd met Lando Norris en Oscar Piastri. “Mijn ervaring zal me waarschijnlijk wel helpen kalm te blijven. Voor Norris en Piastri is dit zenuwslopend, maar dat is normaal als je vecht om je eerste titel. Maar aan de andere kant hebben zij een hele snelle auto, en daar kunnen ze echt op bouwen.”