Ruim 40 knoopcelbatterijen en andere batterijontwerpen liggen in glazen kasten in het laboratorium van Moniek Tromp bij de Rijksuniversiteit Groningen. Ze worden keer op keer opgeladen en weer ontladen. Soms sneller, soms langzamer. „We ontwerpen en bouwen deze batterijen zelf en testen ze onder verschillende omstandigheden”, zegt Tromp, hoogleraar materiaalchemie en wetenschappelijk directeur van het Zernike Institute for Advanced Materials (ZIAM).

Met haar onderzoeksgroep werkt Tromp aan de accu’s van de toekomst. „Batterijen worden steeds belangrijker en ze moeten langer meegaan, veilig zijn en uit duurzame materialen bestaan”, vertelt ze. Toepassingen variëren van mobiele telefoons, medische apparaten – in en op je lichaam – en drones voor defensie tot tijdelijke energieopslag voor het stroomnet en het elektrificeren van auto’s, scheepvaart en luchtvaart – al deze toepassingen eisen andere eigenschappen van de batterij.

Tromp heeft (mede) batterijen in Nederland op de agenda gezet. „We zijn nu afhankelijk van andere landen terwijl we veel industrie hebben die zal moeten elektrificeren, zoals trucks en landbouwwerktuigen.” Ze is betrokken bij een Nationaal Groeifondsproject voor de ontwikkeling van het Nederlandse ecosysteem voor batterijen, dat twee jaar terug 800 miljoen euro kreeg toegekend. Dat kan vanaf dit jaar besteed worden. „Ons doel is om de Nederlandse batterijontwikkelingen te versterken op het gebied van duurzaamheid, circulariteit en onafhankelijkheid – en een belangrijke wereldwijde speler te worden. Nederland heeft daarvoor de kennis en kunde in huis.”

Wat is er mis met de huidige batterijen?

„Batterijen bestaan nu uit twee elektroden met daartussen een vloeibaar elektrolyt. Tijdens het op- en ontladen bewegen ladingsdragers door het elektrolyt van de ene naar de andere elektrode. Als dit transport niet meer goed verloopt, materiaal zich ergens ophoopt of het elektrodemateriaal niet stabiel is en langzaam oplost, dan degradeert de batterij. Een ander probleem is dat het vloeibare elektrolyt kan reageren en dan bijvoorbeeld omgezet kan worden in een gas. Dat kan gebeuren als je de batterij niet goed gebruikt, of als hij beschadigd raakt, bijvoorbeeld als je elektrische fiets valt. De batterij kan dan zelfs exploderen.

„De herkomst van de materialen en duurzaamheid van de processen is ook een probleem. De lithium-ion-batterijen die we nu voor bijna alles gebruiken bevatten onder meer lithium, kobalt, nikkel en mangaan. Die materialen zijn schaars in Europa, we zijn afhankelijk van andere delen in de wereld, waar materialen bovendien niet altijd ethisch of milieubewust gemijnd en verwerkt worden.

„En de huidige geopolitiek limiteert onze toegankelijkheid tot vele materialen. Begin november kondigde China bijvoorbeeld exportrestricties aan op lithium-ion-batterijen en de materialen en apparatuur waarmee je ze maakt.”

Naar wat voor oplossingen kijkt u?

„Binnen het groeifondsproject kijken we naar manieren om materialen uit batterijen terug te winnen om ze opnieuw te gebruiken. Ook kan het productieproces, dat nu toxische stoffen en veel energie gebruikt, duurzamer. Daarnaast onderzoeken we manieren om lithium-ion-batterijen beter en duurzamer te maken en kijken we naar heel andere soorten batterijen, op basis van andere materialen.

„Binnen mijn onderzoeksgroep doen we ook fundamenteler onderzoek naar elektrochemie en verschillende soorten batterijen. Hiervoor maken we zelf batterijen die we bestuderen door er bijvoorbeeld met röntgenstraling in te kijken om te zien wat er precies gebeurt bij de elektrode, het elektrolyt en op de grensvlakken ertussen. Met die kennis kunnen we stabielere batterijen ontwerpen.

„Om een duurzaam batterij-ecosysteem te laten slagen, werken we ook aan nationale en Europese wet- en regelgeving, het vestigingsklimaat en een markt voor onze nieuwe batterijen. Dat is nodig om te kunnen concurreren met megafabrieken voor lithium-ion-batterijen in met name Azië.”

Wat voor alternatieven zijn er?

„We proberen bijvoorbeeld kobalt te verwijderen of lithium te vervangen door natrium, dat je gemakkelijker en duurzamer kunt winnen. Dit vereist wel aanpassingen aan het batterijontwerp. We kijken ook naar vastestof-elektrolyten, die veiliger kunnen zijn dan de vloeistoffen. Daarnaast onderzoeken we compleet andere chemische samenstellingen.

„We focussen bijvoorbeeld op batterijen gebaseerd op ijzer. IJzer is geen simpel materiaal om mee te werken binnen een batterij, maar qua duurzaamheid is het heel interessant. Ik zeg vaak gekscherend dat we genoeg roest hebben, laten we dat goed gebruiken. We kijken bijvoorbeeld naar ijzer-nikkel- en ijzer-lucht-batterijen. Die zijn technisch ingewikkeld en veel zwaarder dan lithium-ion-batterijen. Maar ze zijn wel geschikt voor bijvoorbeeld stationaire toepassingen waarbij je de batterij niet hoeft te verplaatsen, zoals in huizen of wijken.

„Ik denk persoonlijk dat we al deze verschillende paden moeten volgen, want we hebben veel batterijen nodig voor uiteenlopende toepassingen, om de energietransitie te laten slagen.”

Hebben we over twintig jaar Nederlandse batterijen?

„In onze telefoons en auto’s waarschijnlijk niet, maar misschien wel in drones, medische en gezondheidselektronica en stationaire opslag. Iedereen is sceptisch of ons dat gaat lukken, want China stopt veel meer geld en mankracht in die ontwikkelingen en goede batterijen op grote schaal maken is lastig, omdat het hele productieproces nauw luistert. Maar als we er niet in geloven, gaat het ook niet lukken. Dus ik geloof er heel graag in. Ik denk dat de eerste fabriek er een voor lithium-ion-batterijen zal zijn. Maar ik hoop dat we daarna ook snel naar andere materialen overstappen.”

Zou u zelf een batterijenfabriek willen beginnen in Nederland?

„Mijn vader had een eigen bedrijf, mijn broer heeft er een, en ik dacht tijdens mijn studie dat ik ook het bedrijfsleven in zou gaan. Ergens trekt dat nog steeds. Zeker als ik kijk naar wat er moet gebeuren in de Nederlandse batterijsector. Er moeten meer mensen actie ondernemen. Maar ik vind het nu mijn rol om de wetenschap, industrie en politiek te verbinden. Dat is essentieel om voldoende vaart en dus een verschil te maken. Ik ben daarom veel in Den Haag.” Lachend: „En ik weet niet hoe ik een fabriek moet bouwen. Maar ik ben wel betrokken bij een voorstel voor een Nederlandse batterijenfabriek. Dus misschien komt het er toch ooit van.”

Geef cadeau

Deel

Mail de redactie

NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.

De journalistieke principes van NRC