Als je aan het Romeinse Rijk denkt, denk je waarschijnlijk aan marmeren tempels, stenen aquaducten en imposante amfitheaters. Maar de Romeinen waren minstens zo afhankelijk van een veel bescheidener materiaal: hout. Wetenschappers hebben nu voor het eerst in kaart gebracht hoe de Romeinen de bossen ten noorden van de Alpen hebben gekapt (en hoe deze zich hebben kunnen herstellen).
Onderzoekers van de Universiteit van Keulen hebben meer dan 20.000 stukken hout uit de oudheid, afkomstig uit België, Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk en Zwitserland onder de loep genomen. Door de jaarringen in dat hout te bestuderen, konden ze een tijdlijn samenstellen die duizend jaar beslaat: van 300 voor Christus tot 700 na Christus.
De techniek die de wetenschappers gebruikten heet dendrochronologie, letterlijk “het meten van tijd met bomen”. Elk jaar vormt een boom een nieuwe ring en de dikte van die ring hangt af van de omstandigheden in dat jaar. Was het een natte zomer? Dan is de ring dikker. Was het droog? Dan is hij smal. Omdat alle bomen in een regio dezelfde weersomstandigheden ondergaan, lijken hun ringpatronen min of meer op elkaar.
Door de patronen te vergelijken met bomen waarvan we de kapdatum kennen, hebben wetenschappers inmiddels een soort kalender opgebouwd die duizenden jaren teruggaat. Als je een oud stuk hout vindt, kun je het ringpatroon vergelijken met die kalender en zo achterhalen in welk jaar de boom werd gekapt, soms zelfs in welk seizoen.
Maar de jaarringen vertellen meer dan alleen de datum. Ze onthullen ook hoe oud de boom was toen hij werd geveld. En juist die informatie bleek goud waard voor de auteurs van deze studie.
Onstilbare honger naar hout
De Romeinen hadden enorme hoeveelheden hout nodig. Ze bouwden er huizen, schepen, bruggen en forten mee. Ze gebruikten het ook om wijn en andere goederen in te vervoeren, in de vorm van houten vaten. En ze stookten het in badhuizen, smederijen en de centrale verwarming van hun villa’s. Waar de Romeinen kwamen, steeg de vraag naar hout explosief.
De onderzoekers zagen dat terug in hun data. Tijdens de Romeinse bezetting nam niet alleen de hoeveelheid gekapt hout toe, maar veranderde ook het type bos dat werd geëxploiteerd. De Romeinen trokken doorheen de jaren steeds vaker naar oudere bossen en kapten uiteindelijk bomen die soms meer dan 200 jaar oud waren. Dat waren oerbossen die tot dan toe onaangeroerd waren gebleven, simpelweg omdat ze te ver van de bewoonde wereld lagen.
Het kantelpunt
Maar aan alle groei komt een einde. Rond de derde eeuw na Christus zien de onderzoekers een duidelijke omslag in de data. De gemiddelde leeftijd van gekapte bomen daalde toen sterk. De oude reuzen van 200 jaar en ouder verdwenen rond deze periode vrijwel volledig uit het archief.
Dit valt samen met een periode van politieke en economische crisis in het Romeinse Rijk. De derde eeuw staat bekend als een tijd van burgeroorlogen, invasies door barbaren en economische malaise. De onderzoekers zien dat terug in specifieke vondsten. Houten vaten werden bijvoorbeeld zeldzamer. Hout van naaldbomen, dat vaak van ver moest komen, verscheen ook minder vaak in archeologische vindplaatsen. Een verklaring hiervoor is dat de handel instortte en daarmee ook het transport van hout over lange afstanden.
Ademruimte voor de bossen
Tijdens de periode die daarna kwam, de late oudheid van pakweg de vierde en vijfde eeuw, vonden de onderzoekers opvallend weinig hout. In alle onderzochte regio’s daalde het aantal vondsten.
Maar juist die stilte maakte iets anders mogelijk. De onderzoekers keken naar bomen die pas in de vroege middeleeuwen werden gekapt, in de zesde en zevende eeuw. Door te berekenen wanneer die bomen begonnen te groeien, konden ze vaststellen dat veel ervan ontkiemden in de late oudheid. Met andere woorden: doordat het Romeinse Rijk instortte, kregen de bossen de kans om zich te herstellen.
De dataset die de onderzoekers hebben samengesteld, bevat informatie over meer dan 20.000 stukken hout en is openbaar gemaakt voor andere wetenschappers.
We schreven vaker over de Romeinen, lees bijvoorbeeld ook Maakten de oude Romeinen echt zulke smerige wijn? Nee, sterker nog, we gebruiken nog steeds dezelfde technieken en Vroeger in Rome vraten de rijken zich niet vol en aten de armen best divers: onderzoek onthult het eetgedrag van de Romeinen. Of lees dit artikel: Tijd om de geschiedenisboeken te herschrijven: industriële revolutie begon 100 jaar eerder dan gedacht.
Uitgelezen? Luister ook eens naar de Scientias Podcast: !