Naast het aantal karaat hangt de opbrengst van een sieraad af van het gewicht en de mogelijkheid voor de juwelier om het stuk als occasion te verkopen. Een sieraad dat in de smeltoven belandt, brengt minder op dan een stuk dat tweedehands in de winkel wordt verkocht.
De goudmarkt is een vrije markt, dat betekent dat er geen wettelijke minimumprijs is voor goud. ‘Er zijn wel regels hoor’, zegt Scheich. ‘Je kunt niet zeggen dat iets veertien karaat is terwijl het achttien karaat is. Over het gewicht mag je ook niet liegen natuurlijk. Eigenlijk is dat het enige wat in de wet staat.’
Undercover bij juweliers
Consumentenprogramma ‘Kassa’ deed in februari een steekproef bij zes juweliers en goudwisselkantoren in Nederland. Journalisten gingen undercover en deden zich voor als verkopers van gouden sieraden en lieten deze taxeren. De geboden prijzen lagen volgens Kassa tussen de 38 en 73 procent lager dan de werkelijke waarde van de sieraden.
Volgens Scheich valt dit echter niet onder oplichting en hoort het bij de vrije markt. Daar zijn kopers vrij om te bieden wat ze willen en de verkopers zijn vrij om het bod af te slaan. Wel begrijpt hij dat een bod ver onder de werkelijke waarde voelt als oplichting: ‘Die praktijken slaan natuurlijk nergens op’, zegt hij.
‘Het is veel in de media geweest, mensen weten wel wat er speelt’, stelt hij. ‘Verdiep je er van tevoren in als je sieraden wilt verkopen. Je kunt deze gaan wegen, dan weet je in ieder geval hoeveel gram je hebt.’
‘Als het dan geen goud blijkt te zijn, dan is het een ander verhaal. Maar dan weet je ongeveer wat je kan verwachten. Mensen gaan ook weleens een rondje langs andere juweliers, dat is verstandig om te doen.’
‘Kijk gewoon nog even verder’
Kremer uit Stadskanaal raadt hetzelfde aan. ‘Ga langs verschillende juweliers en vraag wat ze er voor geven’, zegt hij. ‘Dan moet je niet direct bij de eerste winkel opgewonden raken over het feit dat je vier- of vijfhonderd euro krijgt. Dat doen mensen heel gauw en dat verblindt. Kijk gewoon nog even verder.’
Hij adviseert ook om goed na te denken over de verkoop van goud. ‘Ik denk dat het verstandig is om goud te houden en niet je sieraden te verkopen om bijvoorbeeld een nieuwe tv aan te schaffen’, stelt hij. ‘Maar als mensen het willen verkopen, dan doen ze dat toch wel. Ook al zeg ik dat ze het beter niet kunnen doen, dus dat zeg ik niet meer.’
Kremer is ervan overtuigd dat de goudprijs over de langere termijn stijgt en dat goud waardevast is. Hij baseert zich daarbij op de koersontwikkeling van de afgelopen honderd jaar. ‘Kijk maar eens terug naar de goudkoers, die kun je gewoon opzoeken.’
Ook Mulder wijst op het belang van de goudkoers op de lange termijn. ‘Stel, je hebt goud en je doet er niets mee, dan ben je na twintig of dertig jaar eigenlijk altijd spekkoper. Dat is altijd goed.’
Over de goudkoers op de korte termijn is hij minder stellig. ‘Ik krijg dagelijks de vraag: is het goed om nu te verkopen? Nou, ik zeg eerlijk, de goudprijs is hoog en het kan natuurlijk nog hoger worden. Maar het kan ook weer dalen. Ik weet dat niet.’