Binnen een week krijgt boer Bartele Holtrop uit Rotstergaast te horen of de gemeente een dwangsom mag opleggen, als hij doorgaat met de nevenactiviteiten op zijn bedrijf. Dat is vandaag duidelijk geworden in de rechtbank van Groningen.
“Iedereen moet kijken naar zijn eigen gedrag.” De rechter in Groningen is kritisch op zowel Holtrop als de gemeente De Fryske Marren. Die twee stonden in de rechtbank tegenover elkaar vanwege een geschil over vergunningen.
De gemeente De Fryske Marren wil een dwangsom aan ‘Boer Bart’ opleggen, als hij doorgaat met de nevenactiviteiten bij zijn boerenbedrijf, zoals een restaurant en een winkel. Hij heeft daar namelijk de vergunning niet voor, zegt de gemeente. Volgens Holtrop zou hij failliet gaan als hij die nevenactiviteiten niet mag uitvoeren.
Het ging in de zitting om de vraag of er sprake is van spoedeisendheid om de dwangsom op te schorten.
Advocaat Fonny Krol, die de belangen van Boer Bart behartigt, vindt van wel: “Cliënt moest activiteiten afzeggen. De kerstperiode is een heel drukke periode, stelt ze.
“Het is geen filantropische instelling, dus mijn cliënt heeft hier schade van.”
“Dat verbaast me een beetje”, reageert Kevin Timmer, de advocaat van de gemeente daarop. “In de vergunning die is verleend staat dat er überhaupt geen activiteiten mogen plaatsvinden in deze periode.”
De advocaat van Boer Bart stelt dat openingstijden en tal activiteiten niet in de vergunning worden vermeld. Als daar een beperking op zou liggen, dan had dat wel gemoeten.
“De gemeente vindt wat van het aantal personeelsleden, het aantal parkeervakken, maar dat is niet omschreven in de vergunning.”