Een van de eerste keren dat Europa als politiek begrip werd genoemd, was in de vijftiende eeuw. Dat was in 1458, om precies te zijn, in een Latijnse tekst getiteld De Europa. Daarin noemt de auteur, Enea Silvio Piccolomini, die in datzelfde jaar tot paus (Pius II) werd gekozen, de bewoners van het continent afwisselend ‘christenen’ en ‘Europeanen’. Christenen, dat was de oude benaming: mensen met één religie. Maar Europeanen, dat was nieuw. Voor het eerst werd gezinspeeld op het feit dat zij ook een politieke, sociale en culturele lotsverbondenheid hadden. Dat gebeurde niet toevallig op het moment dat er Turkse invasies waren op de Balkan. Toen Piccolomini zijn tekst schreef, probeerde een Hongaarse generaal de troepen van de sultan bij Belgrado tot staan te brengen. Dit was ook de tijd van de kruistochten. Kort en goed: door de confrontatie met buitenstaanders kreeg het begrip Europa vorm.

In het huidige Europa zie je iets soortgelijks gebeuren: ook dat krijgt vorm door de confrontatie met vijandige grootmachten. Een van de voorbeelden daarvan is het besluit op de Europese top vorige week om collectief, met de EU-begroting als onderpand, goedkoop geld te lenen op de financiële markten en dat renteloos door te lenen aan Oekraïne. Tien, vijftien jaar geleden was het gebruik van eurobonds – want daar hebben we het hier over – een van de grootste taboes in Europa, zeker in onze contreien. Op 18 december besloten de regeringsleiders in een paar uur tijd om eurobonds uit te geven.

Veel commentatoren focussen op wat er niet gelukt is tijdens die top: Russische tegoeden in Europa gebruiken om Oekraïne te steunen, bijvoorbeeld. Ook zijn velen nog altijd bezig om de winnaars en verliezers te duiden. Heeft Friedrich Merz „verloren”? Hebben Emmanuel Macron en Giorgia Meloni hem „in de gracht gereden”, met hun nee tegen zijn voorstel om die Russische tegoeden te gebruiken? Of was de „winnaar” juist de Belgische premier Bart De Wever, die Macron en Meloni voor zijn standpunt wist te winnen?

Allemaal begrijpelijk. De strijd om de Russische tegoeden had maanden geduurd. En aangezien regeringsleiders alle belangrijke beslissingen nemen in Europa, is het niet onbelangrijk om te weten wie er zegeviert tijdens zo’n top. Maar je moet wel door de bomen het bos blijven zien. En dat bos wordt steeds dichter. Precies wat er nodig is in het moderne Europa, actief tegengewerkt door mercantiele grootmachten Rusland en China, en zelfs door Amerika, eens Europa’s rotsvaste bondgenoot.

Je moet door de bomen wel het bos blijven zien. En dat bos wordt steeds dichter

Als gezegd: tijdens de eurocrisis waren eurobonds in het Europese noorden onbespreekbaar, omdat ze werden geassocieerd met steun aan landen die hun financiële huishouding niet op orde hadden en (volgens de calvinistische moraal) eigenlijk geen steun verdienden. Nu zijn eurobonds ergens anders voor: een land overeind houden dat buiten zijn schuld door rampspoed van buiten wordt getroffen. Het voorspel zagen we in 2020, toen een van de rijkste regio’s van Europa – het Italiaanse Lombardije – door een virus uit China werd platgelegd. De top waarop ze dat besloten, duurde drie dagen en nachten. Het was een „eenmalige, tijdelijke” actie, haastten noordelijke regeringsleiders zich te zeggen, geen Hamiltonian moment naar Amerikaans voorbeeld waarbij de federale staat garant ging staan voor schulden van de deelstaten. Dat deels dezelfde regeringsleiders nu in drie uur een herhaling goedkeurden, ditmaal om Oekraïne voor twee jaar te financieren, spreekt boekdelen.

Dit is een krachtig, Europees gebaar. Niet alleen omdat Oekraïne daarna ongetwijfeld meer geld nodig heeft, en het ditmaal dus niet om iets eenmaligs gaat maar om solide beleid. Maar ook om andere redenen is dit een krachtig besluit. Eén: de Europeanen nemen als financiers van Oekraïne resoluut de plek in van de Amerikanen, die zijn opgestapt, en positioneren zo Europa als geopolitieke speler met een duidelijke strategie. Twee: er waren drie dissonantjes (Hongarije, Slowakije en Tsjechië), maar die kregen een opt-out en blokkeerden niks. Na jarenlange heisa rond het ‘Hongaarse veto’ is dit een resolute stap op weg naar meerderheidsbesluitvorming. En drie: de uitgifte van gezamenlijke Europese obligaties versterkt de positie van de euro. Dit punt wordt veel te weinig gemaakt. In een tijd waarin Amerika zijn munt als wapen inzet, is dit een signaal dat Europa niet over zich heen laat lopen. Washington gebruikt de dollar om Europese bedrijven en landen te koeioneren en chanteren, Europese voorvechters van digitale regulering als oud-eurocommissaris Thierry Breton sancties op te leggen en de Europese interne markt kapot te maken. Bij wijze van antwoord bieden Europese regeringsleiders, met de uitgifte van eurobonds, beleggers nu extra kansen om in Europa te investeren – wat de interne markt juist sterker maakt en minder afhankelijk van de dollar. Klasse.

Met een paukenslag laten de Europeanen, met alle stommiteiten die ze soms begaan, zien dat ze begrijpen welke kant het op moet

Dit besluit was een mooie afsluiter van een moeilijk jaar en geeft hoop voor 2026. Met een paukenslag laten de Europeanen, met alle stommiteiten die ze soms begaan, zien dat ze begrijpen welke kant het op moet. Hoe harder Trump en Poetin Europa bedreigen, hoe sterker het wordt als gemeenschap. Precies hetzelfde effect dus als vanaf de vijftiende eeuw, toen er onder druk van buiten voor het eerst sprake was van een gedeelde, Europese identiteit. Het effect daarvan kan weleens zijn dat de interne polarisatie in Europa afneemt. Zoals de Groningse hoogleraar Pieter de Wilde in zijn boek Het Veiligheidsverhaal van Europa; Van vredestichter tot behoeder van de democratie schrijft: „Hoe meer we het over veiligheid hebben, hoe minder de aandacht zal gaan naar thema’s die aan de basis liggen van de huidige polarisatie: diversiteit en inclusie en – bovenal – migratie.” Waarom niet. Zoals Piccolomini schreef, uiteindelijk zijn we allemaal „Europeos homines”. Onder druk van buiten zie je dat altijd wat beter.

Geef cadeau

Deel

Mail de redactie

De journalistieke principes van NRC