Boos beende Joy Beune door de tunnel onder het ijs van Thialf. Even daarvoor zat ze op het middenterrein met haar gezicht in haar handen, daarna smeet ze haar trainingsjack op de grond. Het was ongeloof, verdriet, woede.

De regerend wereldkampioene, de vrouw die in het wereldbekercircuit nog geen wedstrijd had verloren dit seizoen, de schaatsster wie kansen werd toegedicht om de opvolger van Irene Schouten te worden als winnares van drie olympische gouden medailles, mag straks in februari niet meedoen aan de olympische 1.500 meter in Milaan-Cortina.

Beune (1.53,21) werd op de 1.500 meter driemaal verslagen, eerst in een rechtstreeks duel met Marijke Groenewoud (1.53,05), daarna door de tegen elkaar duellerende Antoinette Rijpma-de Jong (1.53,02) en Femke Kok (1.53,03). Zij mogen in plaats van Beune de Nederlandse equipe vertegenwoordigen op de schaatsmijl.

Het is na de twee stayerzeges van Stijn van de Bunt de tweede grote verrassing van het olympisch kwalificatietoernooi – en de eerste deceptie voor een favoriet. „We zitten er met elkaar echt een beetje doorheen. Ik wist net niet zo goed wat ik tegen Joy moest zeggen. Het doet gewoon heel erg pijn dat je nu niet naar de Spelen mag op je favoriete afstand”, zei haar coach Martin ten Hove verslagen.

Reddingsboei

Rijpma-de Jong en Kok, ploeggenotes bij het commerciële Reggeborgh-team, staken na de finish gelijktijdig hun armen in de lucht om hun kwalificatie te vieren. Kok, de sprinter die zich al plaatste op de 500 en 1.000 meter, begon als een raket en lag een ronde voor het eind nog een seconde voor. Maar Rijpma-de Jong had de betere slotronde en naast elkaar reden de twee vrouwen zichzelf naar een olympisch startbewijs.

„Dit is echt een droomscenario. We waren elkaars reddingsboei”, zei Kok, doelend op het feit dat zij eerst als mikpunt fungeerde voor Rijpma-de Jong, die haar daarna op het laatste rechte eind meetrok naar de finish. Terwijl Beune en ook Rijpma-de Jong stijf van de spanning stonden omdat het voor hen op deze afstand moest gebeuren, had Kok ontspannen toegeleefd naar de maandagavond, zei ze. „Ik was nieuwsgierig naar hoe het zou gaan en had niets te verliezen. Dit is alleen maar bonus.”

Dat Kok een goede 1.500 meter kan rijden, liet ze eerder dit seizoen al zien toen ze in een trainingswedstrijd het baanrecord van Rijpma-de Jong in Thialf verbeterde. Tegelijkertijd was het pas Koks vierde 1.500 meter in vier jaar tijd. Maar haar ploeggenoot was niet verbaasd over de tijd van Kok: „Ik wist dat Femke in de training had laten zien dat ze dit gewoon aankon”, zei Rijpma-de Jong.  Nu gaat de pure sprinter ook als medaillekandidaat op de 1.500 meter naar de Spelen. „Wie weet, bizar”, zei Kok.

Antoinette Rijpma-de Jong (links) en Femke Kok vieren hun eerste en tweede plek op de 1.500 meter.

Antoinette Rijpma-de Jong (links) en Femke Kok vieren hun eerste en tweede plek op de 1.500 meter.

Foto Sem van der Wal/ANP

Zoom in

Voor Rijpma-de Jong was de opluchting groot. Ze werd afgelopen vrijdag teleurstellend zevende op de 1.000 meter, besloot zich vervolgens uit voorzorg terug te trekken voor de 3.000 meter en zette al haar geld op de schaatsmijl. „Dit was wel met het mes op de keel, echt puur op vechtersmentaliteit. Nu heb ik toch laten zien wat ik in me heb”, verzuchtte ze geëmotioneerd.

Rijpma-de Jong wil soms te graag, vertelde ze, waardoor ze haar timing verprutst en zichzelf opblaast. Na afloop kan ze dan bijzonder hard voor zichzelf zijn. „Steeds lukte het net niet dit seizoen, telkens stel je jezelf teleur. Zo fijn dat precies vandaag de puzzelstukjes op zijn plek vallen.” Nu staat ze voor haar vierde olympische deelname, en mag Rijpma-de Jong proberen haar bronzen medaille op de 1.500 meter van vier jaar geleden een nog beter vervolg te geven.

Met haar kwalificatie verloste Rijpma-de Jong ook de selectiecommissie van de KNSB van een lastig probleem: omdat ze vóór de 1.500 meter nog niet een individueel olympisch startbewijs had veroverd, maar wel een belangrijk onderdeel is van de ploegenachtervolging, waarop Nederland kans maakt op goud, had ze mogelijk moeten worden aangewezen – ten koste van een andere schaatser. Dat is nu niet meer nodig.

‘Kutregels’

Zo gingen na afloop de emoties alle kanten op in Heerenveen. Alleen de nummer drie van de 1.500 meter, Marijke Groenewoud, stond nuchter in de mixed zone. Toch was het spannender geweest dan van haar af te lezen was, bekende ze. „Dit zat wel heel erg dicht bij elkaar. Ik reed een persoonlijk record, maar dat moest ook wel. Het niveau is gewoon superhoog.”

Voor Beune zit er niks anders op dan zich te richten op de 5.000 meter, de afstand waarop ze zich dinsdag nog kan plaatsen. Eerder kwalificeerde ze zich wel al voor de 3.000 meter en zal ze geselecteerd worden voor de ploegenachtervolging. Haar vriend Kjeld Nuis, die zich plaatste op de 1.000 meter door derde te worden, noemde ter verdediging van Beune de selectieregels van de KNSB „onzin” en „belachelijke kutregels”.

Dat veranderde niets aan de uitslag. Beune zal zelf balen van haar misslag in de eerste ronde, nadat ze met de ritssluiting van haar pak had zitten frommelen. „Het schoot even door mijn hoofd: als ze zich nu laat vallen, krijgt ze een aanwijsplek”, zei haar coach Martin ten Hove, die aangaf dat Beune al direct na haar rit voorvoelde dat haar tijd niet genoeg zou zijn. Verder bleef het gissen naar Beunes gedachten: de verslagen wereldkampioene liet zich niet meer zien.   

Zoom in

Geef cadeau

Deel

Mail de redactie

De journalistieke principes van NRC