“Asielzoekers mogen sinds kort werken als ze een half jaar in Nederland zijn en ik denk dat het goed is als mensen aan het werk zijn, ook omdat ze misschien een status krijgen en hier mogen blijven”, wethouder Rutger Groot Wassink van de gemeente Amsterdam.

Betaalde baan

In totaal doen 233 asielzoekers mee aan de Amsterdamse pilot, ze zijn allemaal bewoners van het azc aan de Willinklaan in Nieuw-West. Na een half jaar heeft ongeveer 36 procent van hen (83 mensen) een betaalde baan gevonden. Dit is vooral in de horeca, productie, logistiek en schoonmaak. Daarnaast volgden 83 deelnemers een sollicitatietraining, kregen hulp bij het opstellen van hun cv of namen deel aan ontmoetingen met werkgevers op banenmarkten.

Met tot nu toe 83 mensen aan het werk, komt dat neer op een investering van ruim 11.000 euro per asielzoeker die via het project een baan vond. Volgens Groot Wassink, is dat het geld waard. “Sterker nog: ik denk dat het buitengewoon rendabel is voor de samenleving. Deze mensen betalen ook gewoon belasting en ik denk dat het heel zinvol is dat deze mensen aan het werk zijn”, zegt hij.

Arbeidsparticipatie vergroten

Volgens de gemeente is het doel van de pilot om de arbeidsparticipatie onder asielzoekers te vergroten en te leren hoe begeleiding naar werk beter kan. Deelnemers worden geholpen via een Werkdesk op het azc, waar ze intakegesprekken, trainingen en contact met werkgevers krijgen. De pilot is opgezet in samenwerking met het COA, UWV en het Werkgeversservicepunt Groot Amsterdam.

De gemeente ziet het als investering: vroege participatie zou op de lange termijn minder beroep op bijstand betekenen en snellere integratie opleveren zodra mensen een verblijfsstatus krijgen.

Gemotiveerd om te werken

Een van de deelnemers is Charles uit Oeganda. Sinds maart 2024 is hij in Nederland. Hij wacht nog op een verblijfsvergunning. Hiervoor deed hij vrijwilligerswerk, maar door de Amsterdamse pilot heeft hij nu een betaalde baan in de thuiszorg. “Nu kan ik werken en wat geld verdienen”, zegt hij. Hij is blij dat hij iets kan doen en het motiveert hem iets van zijn leven te maken.

Volgens Groot Wassink laat de pilot zien dat veel asielzoekers gemotiveerd zijn om te werken. “Heel lang hebben we mensen veroordeeld tot passiviteit, want ze zitten maar te wachten op een procedure. Dat is beter voor de mensen zelf en voor werkgevers”, zegt hij.

Belemmeringen

Toch kent de pilot obstakels. Zo moeten werkgevers voor elke asielzoeker een tewerkstellingsvergunning (TWV) aanvragen, wat veel administratieve lasten oplevert. Dat schrikt werkgevers af, erkent de gemeente. Om hen te helpen, schakelt Amsterdam het bedrijf Untapped Talents in om de eerste maanden te ontzorgen bij dat papierwerk.

Tegelijkertijd lobbyt de stad bij het Rijk voor afschaffing van de TWV-plicht, vergelijkbaar met de versoepelde regels die gelden voor Oekraïense vluchtelingen. Ook taalbarrières en verhuizingen van bewoners maken duurzame plaatsingen lastig. Sommige deelnemers raken hun baan kwijt doordat ze door het COA worden overgeplaatst naar een andere regio.

Uitbreiding andere opvanglocaties

Sinds augustus is de tweede fase van de pilot gestart. Die richt zich op uitbreiding naar andere opvanglocaties in de stad, zoals aan de Kabelweg en Provincialeweg. De pilot loopt door tot eind 2026 en wordt geëvalueerd door Platform31, dat onderzoekt welke aanpak echt werkt en of voortzetting zinvol is.

De pilot focust zich op asielzoekers zonder verblijfstatus. Toch is twee derde van de statushouders in Amsterdam, nog niet betaald aan het werk. Je zou kunnen denken; focus eerst op die groep. Volgens Groot Wassink is het een kwestie van beiden. “Het is voor iedereen het allerbeste als ze zo snel mogelijk aan het werk zijn.”