Van jongs af aan is dr. Manon de Visser (32) al geïnteresseerd in dieren en de natuur. Ze groeit op in Rotterdam, een ‘concrete jungle’, zoals ze het zelf noemt, een stad met veel asfalt en beton. “Toen was ik me nog niet zo bewust van de stadsnatuur en had ik nog niet zo veel kennis als nu.”

Nieuwsgierigheid

Ze is als kind al wel bezig met de wereld om haar heen: “Ik vond het fascinerend om de buurtkatten te bestuderen en ging graag naar de dierentuin.” Thuis had het gezin altijd veel huisdieren: katten, vissen, vogels en reptielen. “En ik heb ook baardagamen (hagedissen, red.) gehad. Het was een gezellige boel.”

Inmiddels woont Manon in Breda met twee katten en een salamander. “Als ik nu buiten loop dan zie ik de kauwen of de stadsduiven, of een spin die een web aan het maken is”, zegt ze: “Dieren waar veel mensen niet naar omkijken, vind ik juist interessant.”

Slakkenrace

Haar liefde voor dieren uitte zich al vroeg op meerdere manieren. “Ik speelde eigenlijk bijna nooit met barbies en al helemaal niet met baby borns”, zegt Manon. “Ik had een hele verzameling dierenpoppetjes waar ik mee speelde, bijvoorbeeld in de zandbak, dan maakte ik mijn eigen kinderboerderij of dierentuin.”

“Op de computer speelde ik vaak Zoo Tycoon (een videogame waarbij je een eigen dierentuin kan bouwen, red.) en buiten deed ik weleens slakkenraces of pakte ik pissebedden op.”

Gebeten door een pinguïn

Tijdens een van de vele bezoeken aan de dierentuin in haar jeugd, kan ze dicht bij het verblijf van de pinguïns komen. “Ik was een jaar of 5 of 6 en werd gebeten door een pinguïn. Een mevrouw naast me wilde me een pleister geven en probeerde me te troosten.”

“Ik weet nog dat ik niet van slag was omdat ik pijn had of omdat ik gebeten was, maar meer omdat ik niet snapte waarom ik werd gebeten. Dacht de pinguïn dat mijn vinger eten was? Of wilde die niet dat ik in de buurt kwam, was hij bang? Op die leeftijd had ik dat soort vragen al, het observeren van gedrag zat er toen al in.”

‘DNA vond ik eerst saai’

Later kiest ze voor de studie biologie als ze wordt uitgeloot voor de opleiding tot dierenarts. In het begin van de bachelor gaat haar aandacht vooral uit naar het gedrag van dieren en dingen die je met het blote oog kan zien, zegt ze. “Ik vond DNA en wat met cellen te maken had toen allemaal heel erg saai.”

Maar hoe verder ze komt in haar opleiding, hoe meer haar interesse toch wordt gewekt. “Ik merkte dat DNA óók heel interessant is en dat het eigenlijk veel meer vertelt dan wat je kunt zien.” Ze specialiseert zich verder in DNA-dierenonderzoek: “Omdat je daar van alles uit kan leren, van ziektes tot aan evolutie, tot aan het herkennen van individuen met hun eigen DNA.”

DNA is een molecuul dat erfelijk materiaal draagt in ons lichaam. Elk levend organisme heeft DNA, dus ook dieren, planten en bacteriën en schimmels. De afkorting staat voor deoxyribonucleic acid, in het Nederlands desoxyribonucleïnezuur.

DNA bepaalt deels wie we zijn, hoe we eruitzien en zelfs hoe gezond we zijn, en dat geldt ook bij andere soorten.

‘Iets goeds bijdragen’

Manon heeft inmiddels een doctorstitel op het gebied van de evolutionaire genetica (studie van de genen) en de zoölogische wetenschap. Ze is gespecialiseerd in drie dingen: het gedrag van dieren, ecologie (de wisselwerking tussen ecosystemen en organismen) en DNA. Met haar bedrijf en blog Wild DNA wil ze de wetenschap zichtbaar maken.

“Mijn kindse, speelse nieuwsgierigheid om dieren en natuur te begrijpen”, combineert ze nu met haar andere streven. “Als volwassen persoon gaat het mij ook wel heel erg om iets goeds bijdragen aan de wereld.”

Instabiele natuur

Ze licht toe: “Wij als environmental scientists (milieuwetenschappers, red.) bekommeren ons om de staat van de natuur wereldwijd, want dat gaat best wel in rap tempo achteruit”, zegt Manon. “Soorten verdwijnen en ecosystemen hebben het steeds zwaarder en worden instabieler.”

Een ecosysteem is een natuurlijk systeem waarin levende soorten zoals planten, dieren en micro-organismen met een niet-levende omgeving zoals de lucht, het water en de bodem met elkaar bestaan en op elkaar reageren.

Verborgen informatie

Alle levende organismen hebben DNA, en alle verschillende organismen vormen samen de biodiversiteit, het leven op aarde. “DNA is eigenlijk een hele dataset aan verborgen informatie”, zegt Manon. “Je kan DNA-onderzoek doen bij planten tot aan schimmels en bij bacteriën tot aan algen; zelf heb ik interesse in dieren, omdat ik dieren gewoon leuk vind.”

Ze schetst een beeld van een piramide met drie lagen om de biodiversiteit op een simpele manier uit te leggen: “Het bovenste topje gaat om de diversiteit van de ecosystemen. Dat leunt op de middelste laag, het aantal soorten dat binnen zo’n ecosysteem bestaat. En de onderste verborgen laag van de driehoek, waarmee alles valt of staat, is de genetische diversiteit.”

Crisis in de biodiversiteit

“Dat het klimaat een probleem is, is inmiddels wel duidelijk”, zegt Manon. “Maar het thema biodiversiteitscrisis staat nog lang niet bij iedereen op de radar.” Ze legt uit: “Het aantal soorten in de ecosystemen neemt af. Soorten die kwetsbaar zijn, verdwijnen als eerst.” Haar werk kan bijdragen aan een duurzamere wereld, licht ze toe.

“Om te weten hoe je soorten kunt behouden, moet je dus het gedrag en hun leefwijze binnen een ecosysteem kennen, bijvoorbeeld als het om dieren gaat. Maar alleen daarmee weet je eigenlijk nog niet genoeg”, legt Manon uit: “Je moet ook weten of een soort of een populatie genetisch divers is. Als dat niet zo is, is de vraag: hoe kunnen we zorgen dat we dat weer optimaliseren, zodat een soort, ook op de langere termijn, evolutionair gezien gezonder is?”

Onderdeel van de natuur

“Daarom vind ik het heel relevant dat we steeds meer leren over die hele verborgen wereld van DNA, waaruit we heel veel informatie kunnen halen over hoe we onze natuur het beste een handje kunnen helpen”, zegt Manon. “We weten steeds meer wat we met die kennis kunnen om de natuur beter te begrijpen en te beschermen.”

En dat is belangrijk, zegt Manon. “Alles is verbonden aan elkaar, wij zijn ook onderdeel van die natuur. Alleen we vergeten dat nog al eens vandaag de dag. Hoe meer soorten er verdwijnen, hoe instabieler de ecosystemen worden. Maar die ecosystemen voorzien ons van alles: van ons eten, van het drinkwater. Ze vormen de voedselketen, van insecten tot roofvogels.”

Bron: Anagnostis TheodoropoulosMet een wattenstaafje wordt op een snelle en diervriendelijke manier het DNA van deze salamander verzameld, daarna wordt hij weer teruggezetOnderzoeksmethoden

In haar werk als DNA-dierenonderzoeker heeft Manon al verschillende onderzoekstechnieken gebruikt. “Bijvoorbeeld ‘barcoding’, waar je maar een heel klein stukje DNA-code van een soort bekijkt. Je gaat dan scannen, net als bij de supermarkt eigenlijk, wat voor product heb je”, legt ze uit.

Wetenschappers scannen een klein stukje ‘barcode’ om te bepalen met welke soort ze te maken hebben. “Je kan bijvoorbeeld een schepje water uit de sloot halen en kijken wat voor stukjes DNA daarin zitten, om te bepalen wat voor dieren er leven.”

Inteelt tegengaan

Een andere techniek onderzoekt juist de totale DNA-code van een individu. “Dan bekijk je wat al het DNA tezamen vertelt over bijvoorbeeld de genetische diversiteit.”

Ze licht een mogelijke toepassing van die techniek toe: “Bij fokprogramma’s van dieren die op het punt van uitsterven staan, moet je voorkomen dat er te veel inteelt plaatsvindt. De mate van inteelt is iets wat je aan de hand van het DNA van een dier terug kan zien.”

Betere technieken

Door technologische vooruitgang, wat onder andere zorgt voor betere laboratoria en betere microscopen, kan steeds beter DNA-onderzoek worden uitgevoerd en wordt meer data verzameld. “Er is meer kennis over DNA-data en dat helpt ook verder om de diversiteit te monitoren en te begrijpen, en natuurbeleid goed aan te passen op die kennis. Daardoor, en de technische ontwikkelingen dus, wordt het onderzoek alleen maar goedkoper en sneller en beter en preciezer, en groeit het vakgebied nog steeds.”

Waar sommige wetenschappers zich bezighouden met het weer tot leven wekken van uitgestorven soorten, “Jurassic Park-achtige praktijken” (in de film worden dinosauriërs tot leven gewekt met genetisch materiaal, red.), zegt Manon: “Ik denk dat het is beter als we gewoon de soorten in eerste instantie al niet kwijtraken en zuinig zijn op onze natuur.”

Tot in detail analyseren

Met haar kennis en kunde kan Manon bijdragen aan het in stand houden van onze natuurlijke leefomgeving, legt ze verder uit.

“Door het monitoren van soorten en het inschatten van de gezondheid van populaties bijvoorbeeld.” Soorten die nodig zijn om de ecosystemen gevarieerd en stabiel te houden. “Een deel van het gedrag en de kenmerken worden bepaald door DNA. Ik heb de kennis om de DNA-data tot in detail te analyseren.”

Mensen inspireren

“Of het gaat over een evolutionair vraagstuk of over het identificeren van soorten, met die data kan ik goed omgaan. En die gegevens worden steeds belangrijker.”

“Los daarvan vind ik het dus heel leuk om erover te vertellen. Dus ik draag ook bij aan het bewustzijn, over hoe leuk onderzoek doen naar DNA en naar dieren is. Ik inspireer graag over hoe verwonderlijk de natuur is. Ik wil verbinden en de wetenschap zichtbaar maken.”

Sieraden met echt DNA

Een andere manier waarmee ze DNA-wetenschap zichtbaar maakt, is door sieraden met DNA afkomstig uit bijvoorbeeld bloed of speeksel te maken. “Dat is iets wat uit passie is ontstaan”, licht ze toe. “Toen ik met mijn promotieonderzoek bezig was, moest ik weleens het DNA van dieren uitlezen in het laboratorium.”

In het labproces zit een bepaalde stap, vertelt ze: “Als je geluk hebt en als de DNA-concentratie van het monster hoog genoeg is, kan je het molecuul even kort met het blote oog zien zweven, meestal in de vorm van een wit wolkje, voordat het weer vervliegt in de volgende stap.”

Tastbaar maken

“Dat is zo’n bijzonder moment”, zegt ze enthousiast, en eigenlijk vindt ze het zonde dat anderen die niet in het lab werken dat wolkje nooit kunnen zien. Ze bedacht daarom een manier om het DNA te ‘vangen’ in een sieraad in haar thuisstudio. Zo klopte laatst iemand bij haar aan van wie de kat was overleden. “Die had nog een buisje bloed van de dierenarts bewaard. Toen heb ik uit een druppeltje bloed het DNA verwerkt in een sieraad, als aandenken.”

“Het is een symbolische en letterlijk tastbare manier om mensen te verbinden met wetenschap en DNA.”