Schnieders maakte in zijn leven volgens zijn eigen schatting ongeveer 30.000 tekeningen. Daarbovenop schilderde hij zowat 500 werken bij elkaar. Tekenen en schilderen gingen Bruneau altijd vlot af, hij was een natuurtalent dat zich graag spiegelde aan Picasso en Matisse.
In de performance De grote tekenshow op 18 juli 1980 in café Pannenhuis maakte hij in één roes alleen al 500 tekeningen. “Ze werden verkocht in een plastic verpakking zoals in de supermarkt voor 99 frank (2,50 euro, red.)”, zei hij eerder in Gazet van Antwerpen.
LEES OOK.Blind en in rolstoel, maar cultfiguur Bruneau tekent aan comeback
In 1988 tekende Bruneau honderden schrijversportretten die onder meer in het MuHKA tentoongesteld werden. © FH
Stunts
In die vroege jaren tachtig zat Bruneau niet om een stunt verlegen. Op 12 mei 1983 hield hij in zaal Paradox op het Zuid het Pinguïn Projekt. Hij tekende pinguïns aan de lopende band, liet de oppasser van de Zoo in pinguïnpak een lezing geven terwijl punkgroep Jezebel pinguïnsongs speelde. Na het evenement publiceerde hij nog de Gazet van Antartika. Op de Eerste Chauvinistische’ in pakhuis Montevideo in 1984 pakte hij dan weer uit met een gigantische geschilderde vis.
De jaren tachtig waren een glorieperiode voor de Belgische kunst, ook voor Bruneau. Kunstmanager Dorian van der Brempt, die zich eveneens over Jan Fabre en Nicole Van Goethem ontfermde, bracht hem in het MuHKA en zelfs in galeries in Amsterdam en New York. Bruneau leverde een continue stroom van tekeningen en schilderijen: honderden schrijversportretten, stoelen, hoofddeksels of pin-up Betty Page. Alles kon.
Na Dorian van den Brempt nam horecagoeroe Cis Van Kets het management over. Menig café en restaurant werden opgefleurd met een Bruneau. Er volgden Bruneau-grafiek en kleurboeken, stoeltjes, tapijten en keramiek.
Rolstoel en blind
Tot alles plots ophield. “Ik dacht dat ik het zelf ook kon: tentoonstellingen vastleggen, verkopen en alles wat daarrond hangt”, bekende de kunstenaar. Niet dus. En zo snel hij was opgeklommen, zo snel verdween hij weer uit de aandacht. Parallel stortten zijn prijzen in.
Een expositie kwam er wél nog in 2016 in eetcafé Rode Zeven op het Sint-Jansplein. “Mensen die kwamen kijken, dachten dat ik al dood was”. Daar was reden voor, want Bruneau had altijd al een fragiele gezondheid en zijn wilde, zelfdestructieve leven had zijn lichaam zwaar ondermijnd. Het ergste moest dan nog komen. Hij belandde in een rolstoel en door een glaucoom werd hij in 2020 blind.
Blijven tekenen
Maar dat hield de man echter niet tegen om verder te tekenen. Dat deed Bruneau met de hulp van de jonge kunstenares Katharina Bader. In geregelde sessies gaf zij aan waar zijn potlood zich op het papier bevond, welke richting hij uit kon en hoe de compositie zich ontwikkelde. “Als ik me goed voel, maak ik zes tekeningen per dag”, aldus Bruneau.
In 2023 volgden er zelfs nog tentoonstellingen, onder meer in het grote atelier van Ehnt Rüdiger Scharmann op het Kiel.
Katharina Bader assisteert de blinde Bruneau bij het maken van tekeningen. © FH