Regie: Ivan Hidayat, Jasper ten Hoor | Scenario: Jasper ten Hoor | Cast: Duncan Meijering (Wiebe), Wendy Ruijfrok (Jenny), Max van Kreij (Sam Haine), Ethan Nguyen (Fox), Iris Van Geffen (Jamie), Nick Netsounski (Martin), Jaron Rook (Rex), e.a. | Speelduur: 85 minuten | Jaar: 2025

Halloween, het feest aan het eind van oktober waar steeds meer kinderen naar uitkijken. Wanneer mogen we weer verkleed als spook? Gaan we dan weer langs de deuren? En natuurlijk een pompoen uithollen en in de vensterbank laten staan totdat die weer tot leven lijkt te komen (dat zijn maden). Hoogste tijd dus voor de allereerste Nederlandstalige ‘Halloweenkomedie voor het hele gezin’, zoals deze geadverteerd wordt. Vanaf vandaag kunnen we zien of we daar behoefte aan hebben; wel een maandje te vroeg, maar een kniesoor die daarop let.

Het gaat jammer genoeg behoorlijk mis met HalloWiebe. Te beginnen met de titel, die een nogal vergezochte en niet bepaald grappige woordspeling bevat. Naast deze merkwaardige vondst komen diverse variaties op dit thema voorbij, zoals het bedrijf ‘Wiebeveiligtmij’ en de slogan ‘Wie bel je?’. Alsof deze humorloze confrontaties met de naam Wiebe niet voldoende zijn, is om de haverklap het lied ‘Wiebe, Wiebe, Wiebe, Wiebe’ te horen. De soundtrack staat overigens nooit uit: de hele film door horen we deuntjes en geluidseffecten op de achtergrond. Er zijn mensen van minder gek geworden.

Het plot van HalloWiebe is van een eenvoud die je mag verwachten van een film voor kleine kinderen. Het is dus géén familiefilm. Wiebe is een beveiliger die altijd blut is en van Halloween Happyland (in werkelijkheid Toverland in Sevenum) een klein vermogen krijgt aangeboden om het pretpark de nacht voor Halloween veilig te houden. Een snoodaard met een jeugdtrauma is namelijk van plan de attracties te laten slopen door zijn trio robots. Ja, dat lees je goed. Wiebe moet als de wiebeweerga (eigen woordspeling) een team beveiligers samenstellen om de klus te klaren. Naast zijn gebruikelijke hulpje, technisch genie Jenny, komt hij uit bij vier mensen die hij net heeft ontmoet.

Nogmaals, met het verhaaltje van HalloWiebe is niet zo heel veel mis. Originaliteit en ingewikkelde plotwendingen zijn toch niet aan de allerjongsten besteed. Ook de bordkartonnen decors en goedkope props zijn de filmmakers vergeven, maar de flauwe grappen en ongeïnspireerde dialogen in het script niet. Verder leunt de film op erbarmelijk acteerwerk om de kinderen aan het lachen te maken. De casting heeft sowieso een fundamenteel probleem: geen van de rollen wordt namelijk vertolkt door een kind! Er is dus niemand met wie de kleine kijker zich kan identificeren. Een doodzonde voor een jeugdfilm.

In plaats van jonge helden moeten we het doen met een kale, gezette veertiger met onaantrekkelijke nekbaard in de titelrol. Duncan Meijering komt over als een Jim Carrey- of Jack Black-wannabe, maar zijn mimisch-komisch repertoire is zo geforceerd dat je de neiging krijgt om je gezicht af te wenden en je vingers in je oren te steken (alsof de soundtrack en de overige castleden niet al erg genoeg zijn). Vrijwel iedereen heeft de neiging de zinnen uit het script met rare pauzes uit te spreken. Het klinkt stroperig en onnatuurlijk. De enige die zich nog een beetje aan de malaise weet te onttrekken, is de atletische Wendy Ruijfrok. Zij praat tenminste gewoon door en brengt de nodige energie richting doek.

Ook Steven Kazan draaft nog even op in een scène die misschien wel de leukste is uit de film. De getalenteerde illusionist speelt een talentloze illusionist die om de een of andere reden wordt ontvoerd. Deze verhaallijn wordt vervolgens volledig vergeten. Misschien was Kazan te duur voor meerdere draaidagen of moest hij nog een verhuizing regelen met Vieze Jack? Hoe het ook zij, HalloWiebe is een lauwe zit voor jonge kinderen en een marteling voor ieder ander. Volgend jaar weer een kans, maar dan wel graag een release in de week van 31 oktober.