Ware het niet dat Oasis al tekende voor de „rock-comeback-van-het-jaar„, dan was het zeker die van Radiohead geweest. Na zeven jaar live-afwezigheid en negen jaar na het laatste album met nieuw materiaal, trapte die band deze week een korte Europese tournee af in Madrid. De aankondiging daarvan werd breed gevierd als de bevestiging dat de band überhaupt nog steeds bestaat, zozeer waren de leden de afgelopen jaren opgeslokt door zij- en solo-projecten. De tournee is overigens meer een serie korte residenties in vijf Europese steden, met telkens vier avonden in één arena of stadion: Madrid, Bologna, Londen, Kopenhagen en Berlijn. Alles natuurlijk stijf uitverkocht. „Subliem” was het in Madrid, volgens El Pais. „Een absoluut genot”, volgens The Guardian.
Maar er zijn meer redenen om je kennis van de band van de vijf studievrienden uit Oxfordshire op te frissen: afgelopen jaar werd (28 jaar nadat het verscheen) het slepend weemoedige ‘Let Down’ via TikTok een onverwacht grote hit (die ze prompt als eerste nummer speelden in Madrid). „Wat had je gedacht?”, reageerden de zoons (18 en 21) van Thom Yorke (57), zo vertelde hij in een recent interview met The Sunday Times. „Tieners zijn depressief. Het is deprimerende muziek.”
Wat had je gedacht? Tieners zijn depressief. Het is deprimerende muziek
Zonen (18 en 21) van Radiohead-zanger Thom Torke
Ja, somber, zwaarmoedig, hunkerend, melancholisch en vaak ronduit verdrietig klinkt de muziek van Radiohead. Maar er is ook altijd troost: dat zulke gevoelens om te zetten zijn in zulke mooie muziek.
Hoe klinkt het?
Op de eerste twee albums Pablo Honey (1993) en The Bends (1995) klinkt de band nog als een bleke, vale gitaarband. Met hun sombere teksten en muren van gitaar begrijp je dat Radiohead in de grungegolf van Nirvanavanuit het niets gelijk voor zes platen werd getekend door label EMI Music. Aan doorbraakhit ‘Creep‘ (van Pablo Honey) had Radiohead zelf een pesthekel (een „jeugdzonde”). Maar het snijdt, juist door de hamerslagen op z’n gitaar waarmee Jonny Greenwood het dweperige refrein verstoort, tijdloos door die interne strijd.
Opvolger OK Computer (1997) geldt op veel lijstjes als het beste rock-album van de jaren negentig. Met meer experimentele rocknummers als ‘Paranoid Android’, rock-anthem ‘Karma Police’ en de depressieve robotstem uit ‘Fitter Happier’ (een soort sombere Siri avant la lettre) vindt de band haar geluid. Een stem om verslagenheid en vervreemding in de moderne, technologische en kapitalistische samenleving uit te drukken.
De omslag was iets minder controversieel dan Bob Dylans ‘elektrische wende‘, maar misschien wel net zo invloedrijk: met Kid A (2000) en Amnesiac (2001) maakt de band vrij abrupt de overstap naar een vrijwel geheel elektronisch geluid. Het meest politiek klinkt de band op Hail to The Thief (2003). Vervolgens komen nog de sublieme gitaar-patronen op In Rainbows (2007), de verregaande deconstructie van The King of Limbs (2011) en hoe alles samenkomt op A Moon Shaped Pool (2016).
Vanaf hier kan Radiohead alles zijn: vervreemdende elektronica, zwoele bossanova, onthechtte jazz, een intieme ballad, filmische ambient. Mede vanwege die muzikale ambitie en reikwijdte is de band in deze krant eens met Wagner vergeleken. Radiohead klinkt eigenlijk als die net iets slimmere, gevoelige vriend – die uit allerlei bronnen kan putten om gevoelens en ideeën net wat eloquenter te verwoorden.
Wie moet je (verder) luisteren?
Rare vraag misschien, voor een stuk over één band. Maar de leden van Radiohead zijn betrokken bij zoveel uitstapjes/zij- en solo-projecten, dat je een compleet minifestival zou kunnen programmeren met alleen maar Radiohead-gerelatereerde bands. (De vele artiesten die zijn geïnspireerd door Radiohead nog weggelaten.)
Luister naar de solo-albums van Thom Yorke, en naar Atoms for Peace (met Red Hot Chili Peppers-bassist Flea) als je van het elektronische geluid van Radiohead houdt. Maar zeker ook naar The Smile (Yorke, Greenwood en drummer Tom Skinner) – voor een meer uitgebeend, punky én tegelijk jazzy versie van Radiohead.
Echt mooi (en qua sound soms vintage Radiohead) zijn de filmsoundtracks van Jonny Greenwood, zoals recent voor de film One Battle after Another, met de heerlijk ritmisch ambigue piano in het gelijknamige nummer.
Ik heb niet meer dan 5:26 minuut, wat nu?
Bekijk en beluister op YouTube dan in ieder geval de registratie van ‘Present Tense’, geregisseerd door Paul Thomas Anderson. De treffende titel: ‘Jonny, Thom & a CR78’. We horen twee muzikanten (intiem op first-name basis) en een computer. Een warmbloedige, weemoedige song over dans als escapisme – begeleid door het kil doortikkende bossanova-ritme uit de drumcomputer, en de ijzig uitwaaierende gitaar van Greenwood. Dit is Radiohead in volmaakte essentie.
Geef cadeau
Deel
Mail de redactie
NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.