Eén taal beheersen blijkt samen te hangen met een hoger risico op versnelde veroudering. De onderzoekers ontdekten dat mensen die één taal spreken ongeveer twee keer zo veel kans hebben op versnelde veroudering, terwijl het spreken van meerdere talen veroudering in de loop van de tijd vertraagde.
Het onderzoek werd gehouden onder ruim 86.000 personen uit 27 Europese landen en werd gepubliceerd in tijdschrift Nature Aging. Onder de extra taal die mensen kunnen spreken, vallen ook streektalen. Voorbeelden van streektalen in Nederland zijn Fries, Limburgs en Nedersaksisch.
Veroudering tegen gaan
Dat het regelmatig gebruiken van meer dan één taal verband houdt met minder risico op versnelde veroudering, noemt Floor van den Berg een ‘mooie conclusie’.
Van den Berg is verbonden aan de Universiteit van Amsterdam en promoveerde vorig jaar aan de Rijksuniversiteit Groningen op het onderwerp meertaligheid en veroudering. “Dit is de laatste twintig jaar een belangrijk onderwerp geworden, omdat de wereldbevolking rap ouder wordt en wereldwijd veel mensen twee of meer talen spreken. Het wordt gezien als een laagdrempelige manier om veroudering tegen te gaan”, zegt ze tegen RTL Nieuws.
Meer talen betekent meer effect
Voor haar promotie deed Van den Berg twee studies met data over meertaligheid en veroudering in Noord-Nederland. “Net zoals dit onderzoek vonden wij dat hoe meer talen iemand heeft geleerd, hoe groter het positieve effect op cognitief functioneren is”, zegt ze.
“Mensen die meer talen spreken, bleken het binnen ons onderzoek beter te doen op een cognitief taakje waarmee we onder andere het geheugen en verwerkingssnelheid testten.”
Hersennetwerk
Hoe zit dat? “Bij het leren van een nieuwe taal gebruik je een groot hersennetwerk waarbinnen meerdere hersengebieden samenwerken. Het gaat dus niet alleen om het geheugen om woorden en zinstructuren te herinneren, maar je moet ook het activeren van de taal onder de knie krijgen. Daarvoor gebruik je het voorste deel van het brein. Dat deel is ook belangrijk voor het uitvoeren van dagelijkse handelingen en het maken van beslissingen.”
Volgens Van den Berg maakt het daarbij niet uit hoe oud je bent als je een extra taal leert. “Misschien is het leren van een extra taal op latere leeftijd wel nog uitdagender.”
“Als je ouder wordt, worden de verbindingen tussen hersendelen zwakker. Maar de ene groep kan langer goed functioneren dan de andere. Dat heeft te maken met de cognitieve reserve. Die wordt opgebouwd door meertaligheid, maar ook bijvoorbeeld het kunnen spelen van een muziekinstrument. Hoe meer je je hersenen uitdaagt die verbindingen te leggen, hoe langer ze goed blijven.”