Hoe reageerde de ombudsman en waarom is het externe onderzoek nu toch van de baan?
De bezwaren waar Wijnants rekening mee hield kwamen inderdaad. Afgelopen maandag kwamen zowel Ramlal als andere ombudsmannen met een brief waarin ze het laten doen van een extern onderzoek sterk afraadden. Ramlal schreef dat hij zo’n onderzoek ‘bijzonder beschadigend’ vindt voor ‘het instituut ombudsman en de onafhankelijkheid ervan’.
Eerder had hij al tegen AT5 gezegd dat zijn onderzoek geen sociaal wetenschappelijk onderzoek was, maar een ‘ombudsman-onderzoek’. Ook had hij toen gezegd dat hij druk had ervaren en dat de kritiek hem had geraakt.
De andere ombudsmannen, uit Rotterdam, Den Haag en Utrecht, schreven dezelfde dag dat een extern onderzoek naar het onderzoek van hun Amsterdamse collega een ‘ongekend precedent vormt dat de onafhankelijkheid en het fundament van tegenmacht kan aantasten’. Ze vreesden dat er in de toekomst vaker externe onderzoeken zullen komen, waardoor ‘de feitelijke problematiek achter klachten buiten beeld zou kunnen dreigen te raken’.
De meeste raadsleden wilden dinsdag nog niet ingaan op de brieven van de ombudsmannen. Ze zeiden dat ze er tijdens het overleg van fractievoorzitters over zouden praten en dat besloten overleg vond de volgend dag, afgelopen woensdag, plaats. VVD’er Daan Wijnants zei dinsdag nog wel dat hij in principe nog achter het externe onderzoek stond.
Toch meldde Wijnants na dat fractievoorzittersoverleg juist dat het externe onderzoek vanwege de ‘verschillende bezwaren’ toch niet meer doorgaat. Wel komen er twee zogeheten technische sessies. Een van die bijeenkomsten is met de ombudsman zelf over de onderzoeksmethode, de andere bijeenkomst is met het team van de burgemeester over de bestuurlijke reactie. Raadsleden kunnen zowel vooraf als tijdens de bijeenkomsten met vragen komen.
Hierover vertelde politiek verslaggever Nicolai Brannan het volgende in het AT5 Nieuws van woensdag 12 november: