In september was PostNL klip en klaar naar de aandeelhouders. Het bedrijf meldde in een presentatie dat het veel minder vaak post wil bezorgen. De postbezorger schaalt het aantal bezorgdagen per wijk terug, van vijf nu, naar twee in 2028. “PostNL blijft vijf dagen per week bezorgen, maar niet elke dag in elke wijk”, zegt een woordvoerder daarover.
Dat is nodig, vindt PostNL, omdat er nu verlies gemaakt zou worden op het uitvoeren van de wettelijke taak op consumentenpost vijf dagen per week te bezorgen. Daarvoor wordt simpelweg te weinig post gestuurd.
Juridisch moeras
Maar de plannen stuiten al snel op juridische problemen. Dat komt omdat PostNL als uitvoerder van de zogenoemde ‘universele postdienst’ (UPD) moet voldoen aan Europese regels. Een daarvan is: vijf dagen per week bezorgen op ieder adres, mits er post is natuurlijk.
Hoe snél de post bezorgd moet zijn, staat dan weer niet in die Europese regels. Het kabinet is bereid om die termijn op te rekken naar drie dagen na de verzending. Maar als de post er drie dagen over mag doen, kan PostNL in de praktijk al toe naar twee bezorgdagen.
Twee bezorgdagen? ‘Tegen de wet’
Dat staat op gespannen voet met elkaar, zegt hoogleraar economisch recht Hans Vedder. “Het feit dat de overkomstduur ongeregeld is, pleit vóór juridische houdbaarheid.” Maar de ‘klip en klare bezorgverplichting’ voor vijf dagen per week pleit er juist tegen, schetst hij.
Universitair docent mededinging Jasper Sluijs is nog wat stelliger. Het voornemen van van PostNL om niet meer vijf dagen per week langs ieder adres te gaan ‘lijkt mij niet conform de wet’, zegt hij.
De toezichthouder voor de post, de Autoriteit Consument en Markt (ACM), blijkt het daarmee eens te zijn. In een brief aan minister Karremans van Economische Zaken schrijft de toezichthouder dat het afschalen naar twee bezorgdagen niet is toegestaan onder de Europese wetgeving.
Dit zou een ‘structurele overtreding van de Europese Postrichtlijn en de Postwet inhouden’. Maar diezelfde toezichthouder wijst ook meteen de weg naar het geitenpaadje in de regelgeving, waardoor er in de praktijk weliswaar maar twee bezorgdagen zijn, maar op papier nog altijd vijf.
Geitenpaadje gevonden
Een ‘D+1 prioriteitsproduct’ noemen ze dat. Dat is postwetjargon voor een speciale, duurdere postzegel, waarmee je toch je post binnen een dag kan laten bezorgen. En dat is precies wat PostNL van plan is. “Als iemand ervoor kiest om post binnen een dag te laten bezorgen, dan blijft dat zeker mogelijk. Daarvoor komt er naar verwachting een prioriteitsoptie tegen een ander tarief”, laat PostNL weten.
Daar komt meteen wel weer een extra probleem om de hoek: de betaalbaarheid. In de Europese regels staat namelijk ook dat de post moet worden bezorgd tegen ‘prijzen die voor alle gebruikers betaalbaar zijn’.
Wat is betaalbaar?
De grote vraag is dan: wat is betaalbaar? Dat blijft voorlopig nog geheim. De ACM bepaalt ieder jaar de zogenoemde tariefruimte voor PostNL. Dat is het maximale bedrag dat PostNL gemiddeld mag rekenen voor de verschillende UPD-diensten: brieven, pakjes en aangetekende post. Het gaat dan om een gewogen gemiddelde.
Daaruit is niet op te maken hoeveel de prioriteitszegel mag gaan kosten, dat is namelijk afhankelijk van hoe vaak consumenten dat product gaan gebruiken. PostNL houdt de kaarten ook nog tegen de borst: “We kunnen hier nog geen uitsluitsel over geven. Het is nog steeds zo dat de precieze invulling van het prioriteitsproduct onder andere afhangt van de keuzes van het ministerie.”
Postbode zijn is niet meer wat het was: “Ik sla soms hele straten over.”