•  

Gisteren

  •  

leestijd 4 minuten

  •  

1196 keer bekeken

  •  

bewaren

ahmetAhmet Daskapan

Activist binnen de anti-racismebewegingen, arbeidersbewegingen en vredesbewegingen

Persoon volgenANP-351163884

Hoe de voorstellen van Asscher passen binnen een autoritaire neoliberale aanval op de vakbeweging.

Wat zich momenteel binnen de FNV afspeelt, is veel meer dan een discussie over organisatievorm of bestuurscultuur. Het is een confrontatie met een bredere ontwikkeling waarin neoliberalisme, ondanks zijn taal van vrijheid en marktwerking, in de praktijk steeds werkt via centralisatie, autoritaire reflexen en het verzwakken van democratische tegenmacht. Het presenteert zich vriendelijk en professioneel, maar onder dat masker schuilt een logica die steeds meer controle wil over organisaties die zich verzetten tegen ongelijkheid.

Precies dat patroon zien we nu in de FNV. De voorstellen van Lodewijk Asscher worden verpakt als noodzakelijke modernisering, terwijl ze in werkelijkheid passen bij een neoliberale invasie die opereert achter een links masker. Ze versterken niet de vakbond, maar ondermijnen de democratische fundamenten waarop die rust.

Een vakbond in een tijd van groeiende ongelijkheid
Dat gebeurt op een moment waarop werkenden juist kwetsbaar zijn. Terwijl energie, huur en levensmiddelen duurder worden, blijven lonen achter en neemt de bestaansonzekerheid toe. Flexwerk en outsourcing drukken werknemers verder in een afhankelijke positie. Grote bedrijven behalen winststijgingen, terwijl werkenden worden geconfronteerd met dalende koopkracht en minder zekerheid. Deze ongelijkheid komt voort uit politieke keuzes die structureel in het voordeel van kapitaal uitvallen.

Juist nu zou de vakbeweging haar democratische kracht moeten versterken en de strijd tegen deze ontwikkelingen moeten aanscherpen. In plaats daarvan wordt binnen de FNV een koers ingezet waarin bestuurders meer macht krijgen en leden minder grip hebben. Dat is precies wat neoliberale hervormingen doen, ze ontdoen organisaties die tegenmacht vormen van hun democratische slagkracht.

De voorstellen van Asscher: een autoritaire richting
Het Ledenparlement, het hoogste democratische orgaan van de FNV, heeft Asschers voorstellen afgewezen. Dat besluit had leidend moeten zijn. Toch koos Asscher ervoor om niet terug te keren naar de leden, maar via de rechter aanvullende bevoegdheden te claimen die hem democratisch zijn ontzegd. Deze aanpak wordt door veel leden gezien als een autoritaire manier van handelen die haaks staat op vakbondstradities. Waar een democratische organisatie luistert naar de leden, kiest een autoritaire bestuursstijl voor juridische omwegen.

Draagvlak verdwenen: een onherstelbare vertrouwensbreuk
Door deze stap is het vertrouwen in Asscher binnen brede lagen van de FNV volledig verdwenen. Kaderleden, actieve werkers en afgevaardigden ervaren zijn handelen als strijdig met de basisprincipes van de bond. Er is inmiddels sprake van een onherstelbare vertrouwensbreuk tussen Asscher en de FNV. Een toezichthouder kan binnen een vakbeweging alleen functioneren met draagvlak uit de organisatie en dat draagvlak bestaat niet meer. Daarom is de conclusie die onder leden steeds duidelijker wordt, democratisch logisch: Asscher moet vertrekken als toezichthouder. Een vakbond kan niet geleid worden door iemand die de democratie van de leden niet erkent.

De koers van de bond kan niet afhankelijk zijn van autocratische bestuurders of toezichthouders die handelen buiten de wil van de leden om. Alleen het congres van leden, de hoogste democratische instantie binnen de bond, kan een nieuwe richting bepalen.

Neoliberalisering van de vakbeweging: het laatste stadium
De neoliberalisering van de vakbeweging is geen bijkomstigheid, maar vormt het laatste stadium van de vervolmaking van het neoliberale project. Zodra de zorg is geprivatiseerd, het onderwijs gemarketiseerd en de sociale zekerheid uitgekleed, blijft de vakbond de enige plek waar werkenden nog daadwerkelijk tegenmacht kunnen organiseren.

Daarom richt het neoliberalisme zich in zijn eindfase niet alleen op het beperken van publieke voorzieningen, maar ook op het neutraliseren van de vakbeweging.

FNV is de laatste verdedigingslinie tegen het neoliberalisme
De FNV is daarmee de laatste verdedigingslinie tegen een systeem dat steeds meer druk legt op werkenden en steeds minder ruimte laat voor echte democratie. Als de vakbond van binnenuit wordt omgevormd tot een beheersbare organisatie met een top-down bestuursmodel, verliest hij zijn essentie als collectief machtsinstrument. Daarom is de strijd binnen de FNV niet secundair, maar bepalend voor de toekomst van democratische tegenkracht in Nederland.

De strijd om de toekomst van de vakbeweging
Een vakbond kan alleen een volksbeweging zijn wanneer hij wordt aangestuurd door de leden, niet door bestuurders die zich boven hen plaatsen. Een vakbond is geen bedrijf en geen technocratische organisatie; het is een democratisch instrument dat zijn kracht haalt uit solidariteit en collectieve macht van onderop.

Daarom moet de FNV terugkeren naar haar fundament: besluitvorming via de Algemene Ledenvergadering (ALV), democratische controle en een werkorganisatie die dienstbaar is aan de leden. De vakbond kan zijn rol alleen vervullen als hij zich niet laat inkapselen door neoliberale bestuursmodellen, maar kiest voor een koers die wordt bepaald door werkenden zelf.

De toekomst van de vakbeweging en daarmee de toekomst van georganiseerde tegenmacht in Nederland, ligt in de handen van de leden. Niet bij toezichthouders, niet bij autocratische bestuurders, maar bij de mensen voor wie de vakbond bestaat.

Het is tijd dat de leden hun vakbond terug claimen op iedereen die hem wil depolitiseren.