Een goed vredesverdrag zorgt voor vrede, een slecht vredesverdrag zorgt voor oorlog. Het verdrag van Versailles, waarmee in 1919 officieel een einde kwam aan de Eerste Wereldoorlog, geldt voor velen als het ultieme voorbeeld van zo’n slecht vredesverdrag. De onbarmhartige behandeling van de verliezers zaaide in Duitsland zoveel rancune dat het aftellen naar de Tweede Wereldoorlog eigenlijk meteen begon toen de delegaties Parijs verlieten.

Nu Oekraïne, Rusland, de Verenigde Staten en de Europese Unie praten over het beëindigen van de oorlog in Oekraïne, is de vraag welke lessen er te trekken zijn uit de geschiedenis van internationale vredesonderhandelingen. Wanneer werkte een verdrag wel en wanneer niet? Een vlugge duik in het verleden leert dat het handig is de verliezer van een oorlog niet te vernederen. Een nieuwe gezamenlijke vijand kan ook helpen.

Het oudste vredesverdrag waarvan we de tekst kennen, is een overeenkomst tussen Egypte en het rijk der Hettieten (in het huidige Turkije) uit 1259 voor Christus. De Verenigde Naties zien dit akkoord als de geboorte van de internationale diplomatie en hebben er daarom een kopie van opgehangen naast de zaal van de Veiligheidsraad. De oorspronkelijke tekst stond geschreven op zilveren tabletten, maar die zijn verloren gegaan.

In 1970 onthullen VN-secretaris-generaal U Thant en de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Ihsan Sabri Caglayangil een replica van het verdrag tussen de Hettieten en Egyptenaren uit 1274 voor Christus op het VN-hoofdkwartier in New York.

In 1970 onthullen VN-secretaris-generaal U Thant en de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Ihsan Sabri Caglayangil een replica van het verdrag tussen de Hettieten en Egyptenaren uit 1274 voor Christus op het VN-hoofdkwartier in New York.

Foto Teddy Chen

Zoom in

In twee overgeleverde versies, op een Egyptische tempel en een Hettitisch kleitablet, valt te lezen wat farao Ramses II en koning Ḫattušili III afspraken. Ze beloofden niet langer om Syrië te vechten, maar elkaar juist te hulp te komen als een ander land een van hen bedreigde. Het verdrag sloot af met een vreselijke verwensing voor wie het brak: „Duizend goden van het land van Hatti zullen samen met duizend goden van het land van Egypte zijn huis, land en dienaren vernietigen.”

Deze vloek miste zijn uitwerking niet, want beide rijken vochten hierna niet meer met elkaar. Cruciaal hierbij was, aldus historici, dat de overeenkomst niet alleen een vredesverdrag behelsde, maar ook een bondgenootschap om samen op te trekken tegen nieuwe vijanden. (Dat detail is de VN wellicht ontgaan.)

Boter tot den boom

De Klassieke Oudheid kende tal van vredesverdragen die eigenlijk niet meer waren dan een dictaat van de overwinnaar na een vernietigende oorlog. Bekend is de uitspraak over de Romeinen van het Schotse stamhoofd Calgacus, geciteerd door de historicus Tacitus: „ubi solitudinem faciunt, pacem appellant”, „ze maken een woestenij, en noemen het vrede.” De Romeinen trokken echter niet altijd aan het langste eind. Toen Marcus Licinius Crassus in 53 voor Christus een verdrag met de Parthen schond, versloegen zij hem en executeerden de steenrijke senator door vloeibaar goud in zijn keel te gieten.

Het eerste moderne vredesverdrag, dat door wetenschappers wordt gezien als de geboorteakte van het volkenrecht, was de Vrede van Westfalen (in Nederland beter bekend als de Vrede van Münster) uit 1648. Dit akkoord, waarover vijf jaar lang was onderhandeld, maakte een einde aan de Tachtigjarige Oorlog (tussen Nederland en Spanje) en de Dertigjarige Oorlog (tussen het Heilige Roomse Rijk en zijn Duitse bondgenoten enerzijds en Spanje en Zweden en de hunne anderzijds).

Het eerste moderne vredesverdrag, dat door wetenschappers wordt gezien als de geboorteakte van het volkenrecht, was de Vrede van Westfalen

Uit een studie van pamfletten die in deze periode verschenen, blijkt dat in de Republiek der Verenigde Nederlanden het animo voor een vrede met Spanje in de laatste twee jaar van de onderhandelingen rap groeide, omdat de bevolking zich inmiddels meer zorgen maakte om de territoriale ambities van Frankrijk. Ook was er in heel Europa sprake van een grote oorlogsmoeheid – in sommige delen van Duitsland was een derde van de bevolking omgekomen.

Neerlandica Lotte Jensen citeert in haar boek Vieren van vrede (2016) dichter Joost van den Vondel, die na het verdrag van Münster jubelde: „De koeien geven melck en room. Het is al boter tot den boôm. [Er breekt een tijd van grote welvaart aan.]  Men zingt al PAIS en VRE”. Jensen concludeert echter ook dat er tijdens de vrede voortdurend werd gevochten, zij het op papier in politieke pamfletten en literatuur. De volgende oorlogen – tegen Engeland en Frankrijk – waren dan ook niet ver weg.

Schuttersmaaltijd ter viering van de Vrede van Münster, schilderij door Bartholomeus van der Helst.

Schuttersmaaltijd ter viering van de Vrede van Münster, schilderij door Bartholomeus van der Helst.

Beeld Rijksmuseum

Zoom in

Historici en juristen beschouwen de verdragen van 1648 als het begin van het ‘Systeem van Westfalen’, waar voor het eerst werd vastgesteld dat een staat de exclusieve soevereiniteit over haar grondgebied heeft. Deze aanzet tot het moderne volkenrecht stond niet met zoveel woorden in de teksten, maar was wel het praktische uitvloeisel van het machtsevenwicht waarnaar de betrokken partijen streefden.

Eeuwig vrede werd het hierna uiteraard niet in Europa. Zo moest na de Franse Revolutie en de Napoleontische oorlogen in 1815 bij het Congres van Wenen een nieuw internationaal stelsel worden opgetuigd. In haar boek Tegen de Terreur (2021) schrijft historica Beatrice de Graaf dat het hier ging om „een eerste experiment van gezamenlijk en geïnstitutionaliseerd veiligheidsmanagement”, dat „de basis legde voor het latere Europese systeem van collectieve veiligheid zoals we dat vandaag nog kennen”.

Ets van de deelnemers aan het Congres van Wenen in 1815.

Ets van de deelnemers aan het Congres van Wenen in 1815.

Beeld Getty Images

Zoom in

Ook hier lag dus een gedeelde vijand – de krachten van onrust, opstand en terreur – aan de basis van een succesvol vredesverdrag. Na Wenen bleef het namelijk een halve eeuw relatief rustig in Europa, mede omdat in 1815 verliezer Frankrijk binnen de tent van het nieuwe systeem was gehaald.

Goede buren

Het incorporeren van de verliezer van de oorlog gebeurde in Versailles nadrukkelijk niet. De Britse econoom John Maynard Keynes schreef in 1919 in The Economic Consequences of the Peace dat het akkoord een „Carthaagse vrede” was, een verwijzing naar het economisch ruïneuze verdrag dat het verslagen Carthago in 201 voor Christus met de Romeinse Republiek had moeten sluiten. Keynes sprak harde woorden over de Franse regeringsleider Georges Clemenceau. Die was van mening dat er sprake was van een permanente oorlog tussen de grote machten in Europa, met om de zoveel tijd een nieuwe ronde. Een „grootmoedige vrede” zou er alleen maar toe leiden, aldus de premier, dat Duitsland zich eerder aan de Franse grens kon melden. De vijand moest dus gestraft worden.

Keynes was het hier niet mee eens. Het vredesverdrag bevatte volgens hem niets wat Duitsland en de andere Centrale Machten tot „goede buren” zou maken. Hij voorspelde dat de draconische herstelbetalingen de Duisters in een door inflatie veroorzaakte economische crisis zouden storten. De bevolking zou lijden, totdat ze het niet meer volhield. Dan zou de Duitser „luisteren naar welke geluiden van hoop, illusie en wraak hem over de lucht zouden bereiken”. Adolf Hitler speelde vanaf medio jaren twintig inderdaad met succes in op de Duitse onvrede over wat hij het Dictaat van Versailles noemde.

Keynes’ opvattingen zijn  niet onweersproken gebleven. Margaret MacMillan bijvoorbeeld schreef in Peacemakers (2001) dat de diplomaten in Versailles het uitbreken van de volgende wereldbrand niet in de schoenen kan worden geschoven. De vredesbepalingen waren voor Hitler niet meer dan een nuttig propagandamiddel dat hij gebruikte om de door hem gewenste oorlog te kunnen beginnen, aldus de Canadese historica. Kwalijker vond ze het feit dat de zegevierende Europese machten bevolkingsgroepen die niet bij elkaar pasten bij elkaar gooiden in staten als Irak en Joegoslavië. Daardoor kwam er weinig terecht van het „zelfbeschikkingsrecht” van deze volken, een term die de Amerikaanse president Woodrow Wilson had geïntroduceerd.

Pruimenbrandewijn

De Amerikaanse diplomaat Richard Holbrooke schreef in een voorwoord bij Peacemakers dat de erfenis van Versailles altijd in zijn gedachten was toen hij in 1995 in Dayton met Alija Izetbegović, Franjo Tuđman en Slobodan Milošević onderhandelde over de beëindiging van de burgeroorlog in Bosnië, één van de staten waarin Joegoslavië was versplinterd na de val van het communisme. Zijn werk in Dayton bestond eruit, aldus Holbrooke, „een deel van Versailles te begraven”.

De handtekeningen onder het vredesakkoord van Dayton werden uiteindelijk gezet in het Élysée-paleis in Parijs.

De handtekeningen onder het vredesakkoord van Dayton werden uiteindelijk gezet in het Élysée-paleis in Parijs.

Foto Corbis/VCG via Getty Images

Zoom in

Zijn band met de later voor oorlogsmisdaden veroordeelde Servische leider Milošević smeerde Holbrooke met grote hoeveelheden whisky, wijn en pruimenbrandewijn. De moeilijkste momenten waren echter toen de Amerikanen probeerden de Bosnische regering te laten inzien dat ze moest kiezen tussen volledige rechtvaardigheid – wat betekende: geen vrede – of enkele kleine concessies in ruil voor vrede, zei Holbrooke in 1996 in een gesprek met NRC Handelsblad. „Je morele sympathie lag bij de Bosnische moslims, maar objectief gezien hadden ze al negentig procent bereikt van wat ze wilden. Zij moesten dus kiezen tussen negentig procent en niets.”

Zo ver is het voor de Oekraïners nog lang niet. Aangezien de Russische president Vladimir Poetin geen grote drinker is, zal dit gedeelte van de aanpak van Holbrooke in ieder geval geen onderdeel kunnen zijn van een Amerikaanse of Europese strategie om tot een succesvol vredesverdrag te komen.

Lees ook

In het onderhandelingsspel rond Oekraïne dingt iedereen naar de gunst van Trump

Amerikaanse en Oekraïense onderhandelaars zondag aan tafel in Genève.

Geef cadeau

Deel

Mail de redactie

NIEUW: Geef dit artikel cadeau
Als NRC-abonnee kun je elke maand 10 artikelen cadeau geven aan iemand zonder NRC-abonnement. De ontvanger kan het artikel direct lezen, zonder betaalmuur.

The Trust Project | 
Waarom je NRC kan vertrouwen