Het demissionaire kabinet wilde vermogens volgend jaar zwaarder belasten. Dat zou op twee manieren gebeuren. Ten eerste door het veronderstelde rendement op beleggingen te verhogen van 6 procent naar 7,78 procent. Over dat rendement betaal je belasting, waarbij een hoger verondersteld rendement dus betekent dat iemand meer belasting moet betalen.
Ten tweede door het heffingsvrije vermogen te verlagen van 57.684 euro naar 51.396 euro (voor partners die samen aangifte doen is dat het dubbele). Het heffingsvrije vermogen is het deel van je vermogen waarover je nog geen belasting hoeft te betalen. Door dat heffingsvrije deel te verlagen, moeten mensen dus ook meer belasting betalen én wordt een grotere groep belast.
Verkeerde keelgat
Die belastingverhoging schoot een meerderheid van de Kamer, onder aanvoering van ChristenUnie-Kamerlid Pieter Grinwis, in het verkeerde keelgat. Een amendement van zijn hand om deze belastingverhoging terug te draaien, werd gisteren aangenomen.
De indieners van het amendement vrezen namelijk dat particuliere verhuurders massaal hun panden gaan verkopen, als ze nog meer belasting moeten betalen. Die extra panden worden namelijk meegeteld bij het vermogen. Daarmee zouden de problemen op de woningmarkt alleen maar toenemen.
Ouderen de dupe
Maar goed, het schrappen van de belastingverhoging kost de staat wel zo’n 1,2 miljard euro aan inkomsten die al begroot waren. Dat gat wordt meteen gedicht door een belastingvoordeel voor mensen met een eigen huis versneld uit te kleden.
Specifiek voor mensen met een eigen huis die hun hypotheek al helemaal of bijna helemaal hebben afgelost, voornamelijk ouderen dus. Zij profiteren namelijk van de Wet-Hillen: een regeling die ervoor zorgt dat je korting krijgt op het eigenwoningforfait. Dat geldt alleen als je aftrekbare hypotheekrente lager is dan dat eigenwoningforfait.
Die regeling werd al afgebouwd, maar dat gaat nu versneld gebeuren.