Koningin Máxima zorgt voor een shock bij Jeroen Snel. Volgens de realitykenner van RTL Boulevard ziet ze er namelijk doodmoe uit in Suriname. En dat vlak na haar vermeende botoxbehandeling.
Door onze entertainmentredactie
© RTL
Het is volgens Spaanse media overduidelijk: koningin Máxima heeft vorige maand een bezoekje gebracht aan de botoxdokter. Of het geholpen heeft is nog maar de vraag, want tijdens haar huidige staatsbezoek aan Suriname maakt ze met haar uiterlijk in elk geval geen indruk op royaltykenner Jeroen Snel. Hij schrikt van haar verschijning.
‘Echt moe!’
Máxima draagt steeds een hele grote hoed in Paramaribo. “De hoed was aanwezig, zou je kunnen zeggen”, zegt mode-expert Arno Kantelberg, die dat ding kennelijk een beetje too much vindt, in RTL Boulevard.
Collega Luuk Ikink: “Wel lekker tegen de zon.”
Jeroen daarop: “Zij was moe. En onder die hoed verbergt ze zich lekker. Ik vond haar er echt moe uitzien.”
Luuk: “En ze moet nog een paar dagen!”
‘Valt tegen’
Wat vinden de Surinamers eigenlijk van het staatsbezoek? Luuk vraagt het zich af. “Wij vinden het razend interessant dat ze daar zijn, het is ook lang geleden al, maar hoe kijken de Surinamers daar zelf naar eigenlijk?
Jeroen daarop: “Nou, dat valt een beetje tegen. De kinderen die je hier ziet zijn gewoon geproduceerd, namelijk van een school en daarnaartoe gebracht, maar de straten rondom het presidentieel paleis zijn gewoon leeg. Ik zag één jongen in een oranje T-shirt ergens langs de route.”
30 jaar
Het Surinaamse volk heeft niet echt interesse, vervolgt Jeroen. “De gemiddelde leeftijd ligt ook onder de 30 jaar in Suriname, dus die hebben het nooit meegemaakt dat het nog bij Nederland was. Wij moeten vooral niet de fout maken dat wij denken, zoals bij Curaçao, dat iedereen het daar heel leuk vindt als Willem-Alexander en Máxima komen.”
Die band is er nou eenmaal niet meer, besluit hij. “Nu gaan ze nog elke vijf jaar naar Curaçao, maar in Suriname zijn ze nooit meer geweest. Het is geen Nederland meer, hè. Het is een land op zich, een republiek en dat moeten we goed onthouden.”