RTL 4-ster Carlo Boszhard stopt na jaren met zijn wekelijkse column in de tv-gids Televizier, omdat hij het naar eigen zeggen te druk heeft met andere zaken. Gaan we het missen? Waarschijnlijk niet.

Door onze entertainmentredactie

Carlo Boszhard © SBS, Televizier

Als je een bekende naam als columnist strikt, hoop je daar natuurlijk wel spraakmakende stukjes voor terug te krijgen. Die van Carlo Boszhard in de Televizier haalde echter bijna nooit de headlines: het waren te veel ditjes en datjes om er een pakkende headline van te maken, en daar worden showmedia als het AD en RTL Boulevard natuurlijk niet blij van.

Vingers aan de pols

Waar de stukjes van Carlo zoal over gingen? Dat hij door zijn enkel ging in Oxford Street in Londen, dat zijn verstandskies eruit moest, dat hij een zwak hart heeft en dat hij knallende hoofdpijn had door corona. Al met al: het leek meer Vinger aan de Pols dan dat er echt wat relevants uitkwam.

Carlo maakte het bijna nét zo bont als zendercollega Robert ten Brink. Die schrijft een wekelijks stukje in de Vriendin en daar is al helemaal niet doorheen te komen. De lezers daarvan weten inmiddels precies wanneer hij de kattenbak verschoont, hoe de groepsapp met zijn dochters heet en welk onkruid er in zijn voortuin groeit. Gaap.

Carlo stopt ermee

Hoe dan ook: de 56-jarige Carlo stopt ermee. “Het hoge woord moet er maar uit. Na 6,5 jaar is dit mijn laatste column. In 2026 wacht namelijk een nieuwe uitdaging en met alle programma’s en de musical is het druk zat. Die nieuwe uitdaging ligt ook in het schrijven en ik vind het heerlijk”, schrijft hij in Televizier.

Met als laatste woorden: “Wat deze columns betreft, bedank ik u voor het lezen en dank ik mijn liefde Herald en de redactie van Televizier. Jullie waren helemaal… het einde.”

Waarom zo saai?

De grote vraag is: waarom waren die stukjes van Carlo zo onmetelijk saai? Hij moet over genoeg Hilversumse sleaze and dirt beschikken om er iets leuks van te bakken. “Kritiek op collega’s en programma’s heb ik hier zoveel mogelijk proberen te vermijden”, zegt hij echter.

Waarom? “Omdat ik zelf nog midden in het werkveld sta. Kritiek komt vaak van mensen die aan de zijkant staan, die kunnen makkelijker hard om zich heen slaan. Hun positie in het werkveld is in vele gevallen namelijk al uitgespeeld. Of het past geheel bij zijn of haar stijl. Prima, ieder zijn ding.”

Hopelijk vindt Carlo snel een nieuw podium voor de proza over zijn zwakke enkel. Het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde misschien?