De 30-jarige Poolse Pawel Rudzki, werkte 8 jaar via uitzendbedrijf OTTO Work Force bij het AH-distributiecentrum in Pijnacker. Daar speelde hij volgens FNV een belangrijke rol bij stakingen van uitzendkrachten afgelopen zomer. Die leidden tot lege schappen in de winkels.
‘Nooit een waarschuwing gehad’
Volgens Rudzki sloeg de sfeer op het werk direct na de acties om. Waar hij jarenlang zonder problemen werkte, zegt hij dat hij ineens te maken kreeg met zwaardere roosters, verlies van functies en volgens hem onterechte waarschuwingen.
Rudzki vertelt dat hij maandenlang het gevoel had dat er constant op hem werd gelet. “Ik had in al die 8 jaar nooit een waarschuwing gehad, maar ineens was alles wat ik deed aanleiding voor een gesprek. Het voelde alsof er gezocht werd naar fouten.”
Twijfelachtige onderbouwing
Een leidinggevende zou tegen Rudzki hebben gezegd dat er een ‘vergrootglas’ op hem lag. Dit maakte volgens hem het werken steeds moeilijker: “Ik keek de hele tijd over mijn schouder en kon mij daardoor niet concentreren op mijn werk.”
FNV zegt dat Rudzki vier officiële waarschuwingen kreeg voor incidenten waarbij volgens betrokken collega’s onduidelijk is of de fouten wel of niet bij hem lagen. De bond spreekt van twijfelachtige en slecht onderbouwde incidentregistraties.
Strenger beoordeeld
Toen Rudzki bezwaar maakte, zou een gesprek over deze waarschuwingen zijn afgezegd omdat hij zich wilde laten bijstaan door de vakbond. Een paar dagen later werd hem verteld dat zijn inzet bij Albert Heijn werd beëindigd. Hij moest zijn pas direct inleveren en het pand verlaten.
Rudzki is niet de enige met soortgelijke ervaringen, zegt de FNV. De bond ontving signalen van andere uitzendkrachten die na stakingen minder werden ingepland, geen contractverlenging kregen of naar eigen zeggen strenger werden beoordeeld.
‘Stakingsrecht uitgehold’
In een interne mail die Eenvandaag heeft ingezien, wordt gesproken over het ‘monitoren van de zes meest problematische stakers’. Volgens FNV is dat een teken dat medewerkers actief worden gevolgd vanwege hun deelname aan acties.
“Eén van de fundamenten van het arbeidsrecht is dat werknemers niet bang mogen zijn om zich uit te spreken”, zegt FNV-bestuurder Levin Zühlke-van Hulzen. “Als mensen risico lopen zodra ze staken, wordt daarmee het stakingsrecht feitelijk uitgehold.”
Ontslag op staande voet
De rechtszaak die FNV aanspant draait om de vraag of Albert Heijn, Rudzki in vaste dienst had moeten nemen, waardoor hij niet zomaar weggestuurd had mogen worden. In de CAO voor Albert Heijn distributiecentra is afgesproken dat de 300 uitzendkrachten die het langst voor Albert Heijn werken, een vast contract moeten krijgen.
Rudzki werkte al 8 jaar via OTTO Work Force bij Albert Heijn en daarmee behoort hij tot die groep. Het beëindigen van de werkrelatie door Albert Heijn zou daarmee volgens FNV in feite een ontslag op staande voet zijn geweest, waarvoor volgens de vakbond geen grond is.
Misbruik van uitzendkrachten
Dit is volgens FNV in lijn met een recente uitspraak van de Hoge Raad, waaruit blijkt dat iemand niet eindeloos als uitzendkracht ingehuurd kan worden. Volgens de rechter kan er dan sprake zijn van misbruik van de uitzendconstructie.
De bredere zorg die FNV hiermee wil aankaarten, is dat uitzendkrachten – veelal arbeidsmigranten – geïntimideerd en benadeeld worden wanneer zij deelnemen aan acties of actief zijn voor de vakbond. De zaak is volgens FNV hard nodig omdat uitzendkrachten in de praktijk veel minder bescherming zouden ervaren dan vaste medewerkers, juist op momenten dat zij zich proberen te organiseren.
‘Angst houdt mensen stil’
De bond ziet de zaak tegen Albert Heijn ook als een principiële stap. Uitzendkrachten vormen een groot deel van de arbeidsmarkt, vooral in de logistiek. Door hun flexibele contracten durven zij volgens FNV vaak niet te staken of hun stem te laten horen.
“Je hoort vaak: ‘Als ik iets zeg, zetten ze me gewoon niet meer op het rooster’. Die angst houdt mensen stil”, zegt Zühlke-van Hulzen. “Dat is precies waarom we nu naar de rechter gaan. Dit probleem is groter dan Pawel Rudzki alleen.”
‘Alles kwijt’
Voor Rudzki zelf is de impact groot. Sinds hij het distributiecentrum moest verlaten, zit hij thuis. Hij vertelt dat de situatie hem zwaar heeft aangegrepen en hoe erg hij zijn voormalige collega’s mist.
“Ik hield van mijn werk en van het team”, zegt hij. “Ik dacht dat ik het goede deed door op te komen voor collega’s, maar nu ben ik daardoor alles kwijt.”
Verstrekkende gevolgen
Toch hoopt hij dat de rechtszaak iets verandert. “Ik wil dat niemand anders dit meemaakt. Je moet je stem kunnen laten horen zonder bang te zijn voor je baan.”
De rechtszaak is deze week formeel ingediend. FNV verwacht dat de uitkomst verstrekkende gevolgen kan hebben voor de bescherming van uitzendkrachten in heel Nederland.