Financiële veranderingen voor 2026

Qua inkomen zal volgend jaar een deel van de Nederlanders erop vooruitgaan. Zo stijgt het bruto minimumuurloon voor werknemers van 21 jaar en ouder van 14,40 euro naar 14,71 euro.

Alle uitkeringen stijgen door indexatie. Het gaat onder andere om de participatiewetuitkeringen (bijstand), IOAW, IOAZ, AOW, ANW, Wezenuitkering, Wajong, WW, IOW, WIA, WAO, Ziektewet en Toeslagenwet.

Voor mensen die een uitkering ontvangen, wordt 2026 ook nog eens eenvoudiger. Het kabinet past de Participatiewet aan. Er komen eenvoudigere regels en meer financiële zekerheid als mensen vanuit de bijstand weer aan het werk gaan. De bijverdiengrenzen om te werken met behoud van uitkering worden verruimd. Er komen duidelijke regels voor het ontvangen van giften. In totaal mogen mensen met een uitkering tot 1.200 euro per jaar aan gift ontvangen, zonder dat dit invloed heeft op de uitkering.

Ouders kunnen ook op hogere vergoedingen rekenen. Zo stijgen de kinderbijslag, kinderopvangtoeslag en kindgebonden budget. Wanneer ouders een gezamenlijk inkomen hebben tot 56.412 euro krijgen ze 96 procent van de kosten voor kinderopvang vergoed. Ouders die samen meer verdienen krijgen minder vergoed, maar gaan er zeker ook op vooruit. Het kindgebonden budget gaat iets omhoog voor alleenstaande ouders met een inkomen tot 29.736 euro. De kinderbijslag stijgt door indexatie.

Jongeren met een afstand tot de arbeidsmarkt krijgen betere begeleiding bij de overgang van school naar werk. Gemeenten, scholen en doorstroompunten worden verplicht samen te werken om te voorkomen dat jongeren uitvallen. De begeleiding is er voor jongeren tot 27 jaar van het mbo (niveau 1 en 2), vso, pro en vroegtijdig schoolverlaters.

De transitievergoeding bij ontslag gaat omhoog door indexatie en bedraagt maximaal 102.000 euro. Of, als het jaarsalaris hoger is dan dit bedrag, krijgt iemand die ontslag krijgt maximaal één bruto jaarsalaris mee.

Werknemers die zwaar werk doen, kunnen door de Regeling voor Vervroegde Uittreding (RVU) drie jaar eerder stoppen. Zij krijgen van hun werkgever een uitkering tot hun pensioenleeftijd. De werkgevers hoeven over die uitkering geen extra belasting (RVU-heffing) te betalen.

Tot slot veranderd er per 1 januari veel voor gepensioneerden. Ruim 9,5 miljoen pensioenen gaan over op het nieuwe stelsel.

Bron: Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid