Jordi Cruijff vond dat hij het niet verdiende. De achternaam Cruijff, die behoorde toe aan zijn vader Johan, een van de grootste voetballers in de geschiedenis. „Cruijff is gewoon Johan Cruijff”, zei hij er in 1997 over tegen het televisieprogramma Barend & Van Dorp, in hetzelfde Amsterdamse accent als zijn vader. „Hij hep het verdiend. Zijn naam is van hem. Ook van mij, maar ik bedoel te zeggen: hij hep er echt voor gewérkt.”
Voor de dan 23-jarige Cruijff junior was de schaduw van zijn vader eerder een belasting, vanwege de torenhoge verwachtingen die hij met zich meebracht. Jordi Cruijff wilde zijn eigen pad bewandelen, zijn eigen dromen volgen, zei hij vaak. Vrij van de verdenking dat hij het gemakkelijker had omdat hij ‘het zoontje van’ was. Als tiener koos hij er daarom al voor om met zijn voornaam op zijn shirt te spelen, en niet Cruijff. Want: „Als iemand Cruijff zegt, dan bedoelen ze niet mij. Mij noemen ze Jordi overal.”
Vanaf begin februari is er voor Jordi Cruijff nochtans geen ontkomen meer aan. Dan gaat hij naar alle waarschijnlijkheid aan de slag als technisch directeur bij Ajax. De club bevestigde zondagavond dat, na weken van gesprekken, inmiddels een mondeling akkoord met de voetbalbestuurder is bereikt. Ook de raad van commissarissen is het al eens met de benoeming. Bij Ajax wordt Cruijff de opvolger van Alex Kroes, die begin november zijn vertrek aankondigde, op hetzelfde moment dat hoofdtrainer John Heitinga werd ontslagen, vanwege de aanhoudend zwakke sportieve prestaties.
Cruijff (51) keert daarmee terug naar de club die hij als 14-jarige jeugdspeler verliet. Maar vooral ook de plek waar zijn vader onmogelijk te ontwijken is. Want het was bij Ajax dat de tienjarige Johan Cruijff zijn loopbaan begon. Onder zijn aanvoering beleefde de Amsterdamse club zijn sportieve glorietijd en vestigde Ajax zich als Europese topclub, met zes landstitels en drie opeenvolgende overwinningen in de Europacup 1.
Cruijff senior bleef er actief tot in de laatste jaren van zijn leven, toen in de rol van commissaris en adviseur (tussen 2010 en 2016), met de missie om Ajax na zes seizoenen zonder landstitel te laten herrijzen uit het sportieve dal. Jordi Cruijff wacht, bijna tien jaar na het overlijden van zijn vader, eenzelfde opdracht.
Meer Spaans
Net als zijn vader begon Jordi Cruijff zijn sportieve loopbaan op het veld: hij was zeven toen hij werd toegelaten tot de jeugdopleiding van Ajax. Prof werd hij bij FC Barcelona, waar hij op zijn veertiende naartoe verhuisde, omdat zijn vader er hoofdtrainer werd. Toen Johan Cruijff in 1996 werd ontslagen, vertrok ook Jordi weer bij de club. Hij verhuisde naar Manchester United, waar hij niet verder kwam dan een rol als invaller.
Een echte doorbraak kwam er nooit. De jongste Cruijff vervolgde zijn loopbaan in de Spaanse subtop, Oekraïne en op Malta. Daar kwam hij ook in aanraking met functies langs het veld. Hij werd assistent-trainer, en later technisch directeur bij de Cypriotische subtopper AEK Larnaca. Diezelfde rol vervulde hij vervolgens ook vijf jaar lang bij Maccabi Tel Aviv, de Israëlische recordkampioen.
Het is op die plek dat Cruijff zich vooralsnog het meest bewees als voetbalbestuurder. Maccabi was in het voorgaande decennium afgegleden naar de middenmoot, het Israëlische voetbal was minder ontwikkeld dan in veel grote Europese voetballanden. Cruijff bracht vernieuwing, haalde buitenlandse trainers, ging aan de slag met data en investeerde in onder meer de jeugdopleiding en betere voeding. Het leidde tot drie landstitels in drie achtereenvolgende seizoenen. Sindsdien is Maccabi stabiel terug in de Israëlische voetbaltop.
Regelmatig kreeg Jordi Cruijff daarna de vraag of hij zoiets niet ook in Nederland wilde proberen. Daar reageerde hij dan lauwtjes op. Omdat Nederland voor hem veel minder nabij voelde dan voor zijn vader, zei hij er in 2016 over tegen Het Parool. „Ik heb er ook nooit gevoetbald. Tot mijn dertiende woonde ik er, ik ben nu 42. Ik heb meer met Barcelona en Spanje. In mijn paspoort ben ik een Nederlander maar het is heel gek, ik ben in mijn mentaliteit veel meer Spaans.”
Liever vervolgde hij zijn loopbaan dan in verre oorden, waar de naam Cruijff minder sterke associaties met zijn vader opriep. In China bijvoorbeeld, waar hij twee clubs trainde. Of in Ecuador, waar hij in 2020 een mislukt avontuur aanging als bondscoach. Tot hij in 2021 terugkeerde bij FC Barcelona, dat in die tijd een sportief moeizame periode doormaakte.
Crisis na crisis
Bij de club waar hij als voetballer debuteerde werd Cruijff technisch adviseur, en later technisch directeur. Op voordracht van de nieuwe clubvoorzitter Joan Laporta, een goede vriend en de voormalig advocaat van vader Johan, die vond dat Barcelona een nieuwe koers nodig had, met meer invloeden van Cruijff senior. Na twee jaar vertrok Jordi Cruijff er weer, naar eigen zeggen omdat hij meer ambitie voelde als trainer dan als technische man.
In Amsterdam, waar bestuurlijke en sportieve crises elkaar laatste jaren in rap tempo opvolgen, wacht nu een vergelijkbare opdracht. Ajax staat na een half seizoen derde, op zestien punten achterstand van koploper PSV. Als de nieuwe technisch directeur straks binnenstapt in het stadion dat de naam van zijn vader draagt, kan hij meteen op zoek naar een nieuwe hoofdtrainer, om tijdelijke invaller Fred Grim op te volgen, en een nieuwe hoofdscout.
Het geloof is er, zeker ook bij de fans die al weken hoopvol uitkeken naar de aankondiging van zondag. Vanwege de verdiensten van Jordi Cruijff als trainer en directeur natuurlijk, maar ongetwijfeld ook vanwege de gelijkenissen met zijn vader, qua visie, qua speelstijl. En natuurlijk om de belofte die zijn achternaam in zich draagt: is Ajax er ooit minder op geworden nadat er een Cruijff aan boord kwam?
Geef cadeau
Deel
Mail de redactie
De journalistieke principes van NRC